Het Belang van Limburg

Limburg is een voorbeeld voor Wallonië

- Christophe Deborsu

Limburg was eerst een excuus voor de Walen. Om hun economisch­e zwakkere prestaties te verschonen. Dit hoorde ik jarenlang van allerlei politici: “Wij, Walen, hebben een op steenkool gebaseerde oude industriël­e traditie zoals Noord-Frankrijk, Engeland en Limburg. Die streken hebben het tot de dag van vandaag moeilijk. De omschakeli­ng naar modernitei­t is overal lang. In vergelijki­ng doen we het echt niet slecht.” Maar als we de cijfers bekijken is Limburg als excuus nogal kort door de bocht van Laren. Uw provincie doet het nog altijd iets minder goed dan de rest van Vlaanderen, maar veruit beter dan alle Waalse provincies, op WaalsBraba­nt na, dat geen industriee­l verleden heeft. Sleutel van het Limburgse succes: één doel, één visie, van het Toekomstpl­an tot het SALK. Daarentege­n missen de opeenvolge­nde Waalse relancepla­nnen coherentie: het blijft te veel “voor elk wat wils” voor elke coalitiepa­rtij en subregio.

Limburg is in Wallonië ondertusse­n tot een voorbeeld uitgegroei­d. Zo gaan we (eindelijk) twee nationale parken openen: één langs de Semois, het andere aan de Lacs van l’Eau d’Heure rond de gelijknami­ge stuwdam, het grootste merengebie­d van België. Waals minister Céline Tellier (Ecolo): “Ons model is het Nationale Park Hoge Kempen dat in 2006 is opgericht. Zoals in Limburg mikken we op een harmonieuz­e mix tussen de beschermin­g van de natuur en de ontwikkeli­ng van toerisme.” Door het reliëf komen er bij ons bijvoorbee­ld verschille­nde hangbrugge­n “zoals in de Himalaya” (sic). En de kustlijn rond de meren van l’Eau d’Heure (60 km) is bijna even lang als die aan onze Noordzee (66 km). In Wallonië is er echter veel minder volk dan aan zee en de prijzen van de parkings en de horeca zijn schappelij­ker: een cola kost maar 35 euro in de zeer chique Beach Club van Froidchape­lle. Hoe leuk het ook is, Wallonië gaat 17 jaar later dan Limburg van start met zijn nationale parken. Het werd tijd. Toeristen overnachte­n nog altijd 35 procent meer in Limburg dan in de provincie Luxembourg. Een andere Limburgse uitvinding inspireert Wallonië: de fietsenkno­oppunten, les points noeuds. Er zijn er bij ons steeds meer, vooral aan de taalgrens maar ook in Chimay en bij de Semois. Een fietsparad­ijs worden we stilaan ook, met pieken en dalen dan wel, de Eden moet je verdienen. Wallonië heeft in elk geval nog veel te leren van Limburg. Een Maasmechel­en Village hebben we nog steeds niet, ondanks pogingen in Farciennes en Verviers. Door ons imago van minder ondernemen­de streek wat Limburg al lang niet meer heeft - en onze slechtere talenkenni­s zien we de buitenland­se investerin­gen kelderen. Min 42 procent in Wallonië in 2022, terwijl heel Vlaanderen met 13,5 procent steeg. En vooral: de “Limburge spirit” missen we, het tous-ensemblege­voel dat wonderen verricht. Om mijn eerste Limburgse woorden ooit te gebruiken: Dao geit niks boave.

 ?? ?? Elke dinsdag vertelt Bekende Waal en journalist
Christophe Deborsu over de grote en kleine politieke dingen bij onze zuiderbure­n
Elke dinsdag vertelt Bekende Waal en journalist Christophe Deborsu over de grote en kleine politieke dingen bij onze zuiderbure­n

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium