Al decennia een monstersucces
Terwijl explosies, laserstralen en vele computereffecten tegenwoordig schering en inslag zijn, begon het in 1933 meer bescheiden. Met voor die tijd geavanceerde animatie met stopmotion werd de prehistorische aap tot leven gewekt. Het beeld van Kong op het Empire State Building met
Ann (gespeeld door Fay Wray) in zijn poot is een van de meest iconische filmfragmenten ooit.
Het geschreeuw van Wray moest het publiek schrik aanjagen, maar Kong kon tegelijk op sympathie rekenen. Hij was immers weggerukt uit zijn habitat uit hebzucht van mensen die hem tentoon wilden stellen in New York. Maatschappijkritiek waar niemand ongevoelig voor was tijdens de Grote Depressie. Getuige de vochtige ogen van het publiek dat de zalen verliet. Met dat succes kwam er al snel een vervolg, nog in datzelfde jaar met Son of Kong.
Atoombommen
Intussen werkte het Japanse filmhuis Toho aan een ander beest. Godzilla zag in 1954 het levenslicht, en kreeg meteen King of the monsters! als ondertitel. Een prehistorisch reptiel werd tot leven gewekt na kernproeven, en dreigde een nucleaire massavernietiging aan te richten. Opnieuw putten makers inspiratie uit hun leefwereld, waarin Japan herstellende was na de horror van de atoombommen tijdens de Tweede Wereldoorlog en met de Amerikanen die vlakbij kernproeven uitvoerden.
De Verenigde Staten kregen in 1956 een opgeschoonde, minder politieke versie te zien. Pas in 2004 krijgen ze daar voor het eerste de ‘echte’ versie te zien. De ene recensent noemde het een
“idiote film die grenst aan de kitsch van de B-horrorfilms”, de andere noemde het “een klassieker”. Hoe het ook zij, Godzilla werd een icoon en krijgt geregeld nog een plek in de top tien beste monsterfranchises.
Het duo ontmoette elkaar voor het eerst in 1962 in King Kong vs. Godzilla. Kong-bedenker Cooper trok er zijn neus voor op. Vooral dat zijn aap nu door een man in een apenpak gespeeld werd, stond ’m niet aan. Net zoals Godzilla, met wie de aap het kartonnen decor aan gort trappelde en sloeg. Hoe knullig het resultaat er ook uitzag, het werd wel een succes bij het publiek. Her en der kwamen er remakes en vervolgverhalen. De versie uit 2005 van Peter Jackson die Lord of the Ringsgewijs drie uur duurde, wist zelfs drie Oscars te winnen voor geluid en visuele effecten.
Universumcinema
Gaandeweg maakte een andere franchise faam. Superheldenfabriek Marvel had de succesformule gevonden om volk in hordes naar de zaal te lokken. Verschillende figuren werden verenigd in één universum en kwamen een eerste keer samen in The Avengers (2012). Commercieel gezien een meesterzet, waar ook producenten Legendary en Warner Bros. oren naar hadden.
Ze verenigden hun krachten en gooiden hun twee populairste monsters in één wereld: MonsterVerse. Ze pakten het slim aan. Het verhaal is niet zo complex dat je telkens de eerdere films gezien moet hebben om het vervolg te snappen. Het budget houden ze voor een blockbuster relatief laag en dankzij de technologie kan alles grootser en luider. Net voor dat spektakel met twee monsters die hier al decennia rondlopen, koopt een bioscoopganger een kaartje.