Het geld, het hart en de Giulia
Het heeft even geduurd, maar in deze AutoReview kunnen we onze lezers dan een vergelijkende test voorschotelen met de belangrijkste Alfa Romeo sinds tijden, de nieuwe Giulia. De belangstelling voor het model is groot, en als je bedenkt dat zijn voorganger, de 159, al in 2013 uit de prijslijst verdween, is dat niet zo vreemd. Die 159 zag er schitterend uit maar was veel te zwaar. Gevolg: de auto reed meer als een Volvo dan als een Alfa, wat het merk veel klanten kostte. Gelukkig valt het BMI van de nieuwe Giulia keurig binnen de gezonde grenzen. En hoewel niet iedereen het eens is over het uiterlijk, is de auto in elk geval van voren en vanbinnen duidelijk te herkennen als Alfa. Iedereen die het merk een warm hart toedraagt, hoopt dat de nieuweling op alle fronten de succesvolle 156 achternagaat. Maar als we in de Nederlandse verkoopcijfers duiken, zinkt de moed ons in de schoenen. Toegegeven, de 156 vierde zijn grootste successen in de topjaren van de vaderlandse autoverkopen (1998-2000), maar de verschillen zijn intimiderend. In 1999 wist Alfa in ons land bijna zesduizend 156’s te slijten en bracht in totaal ruim 9600 auto’s aan de man. Dit jaar waren dat er tot dusver – schrik niet – zo’n zevenhonderd … De oorzaken zijn velerlei: de opkomst van Koreaanse merken, een smal en verouderd gamma en zeker ook het gebrek aan fiscaal gunstige modellen. Natuurlijk gaat het de Giulia niet lukken om Alfa Romeo in ons land weer hetzelfde commerciële succes te bezorgen als in 1999. Maar er is hoop ... Het fiscale beleid gaat ernstig op de schop, wat betekent dat alle auto’s met brandstofmotor vanaf volgend jaar in dezelfde bijtellingscategorie van 22 procent vallen. Een grammetje CO2 meer of minder maakt dan niet meer uit, wat mogelijk betekent dat leaserijders minder met de portemonnee gaan kiezen, en meer met het hart. En als dat een cuoresportivo is, schatten wij de kansen van de Giulia gunstig in. Destijds scoorde de 156 onder zakelijke rijders vooral met zijn looks, zijn rijeigenschappen en besturing. Bovendien speelde Alfa Romeo een voortrekkersrol met zijn fijne JTD-motoren. Als we de twijfels over het uiterlijk even opzijzetten, zien we dat de Giulia op dezelfde punten hoge ogen gooit als zijn voorvader. Of dat genoeg is om de concurrentie af te troeven, lees je vanaf pagina 24 in de vergelijkende test met de BMW 3-serie, Audi A4 en Jaguar XE. We verwachten niet dat de Giulia de top 10 gaat bestormen, wel dat Alfa flinke stappen gaat maken. Het is de Italianen gegund.