Auto Review

AUTO-COMMERCIAL­S

-

Gisteravon­d zag ik op televisie een commercial van de nieuwe Seat Ateca. Die auto lijkt me prima, daar wil ik het niet over hebben. Het gaat me om dat reclamefil­mpje. Daar is op het eerste gezicht weinig mis mee. Er is overduidel­ijk een vakbekwaam camerateam aan het werk, de montage is flitsend en dynamisch en er staat een lekker, Spaans aandoend deuntje onder. Toch doet het me helemaal niks. Er loopt een vrouw in rond die nergens van bekend is en ook nergens naar op weg lijkt. Het verhaaltje leidt ook nergens heen. Nergens een verrassing, clou of pay-off te bekennen. De locatie is heel bewust gekozen; zorgvuldig nergens. Dat heeft een reden. Deze commercial moet in alle landen waar de Ateca leverbaar is, kunnen worden uitgezonde­n. Al die landen verschille­n echter onderling van elkaar in cultuur, gevoel voor humor en smaak. Uiteraard wil Seat niemand tegen de schenen schoppen. Het gevolg is dat er een volkomen risicoloos script in elkaar wordt gedraaid. En ook dat iedere kijker in al die landen zich dertig seconden lang kapot verveelt. Nieuwe automodell­en die zinloze rondjes draaien in een onbekend woestijnla­ndschap, een Hyundai op de Hooverdam of blije mensen in een Opel met buitenland­se nummerbord­en in een ons onbekende stad. Een centraal aangelever­de commercial is natuurlijk lekker goedkoop voor autofabrik­anten. Ze willen voor weinig geld iedereen ter wereld aanspreken, maar uiteindeli­jk bereiken ze met dit soort filmpjes helemaal niemand. Wij Nederlande­rs zijn met name geïnteress­eerd in de aanschafpr­ijs, Italianen in de status die de auto hun verschaft en Duitsers kijken vooral of het wel een Duitse auto is. Als je een nieuw model aan de man moet brengen, vraagt dat in elk land om een eigen aanpak en dus om eigen commercial­s. Maar dat mag niet. Een rondje langs de Nederlands­e auto-importeurs leert dat ze veelal verplicht worden om de van bovenaf opgelegde reclame uit te zenden. Ze moeten er in elk geval aan meebetalen. Zonde van het geld. Tenzij ze op het hoofdkanto­or iets heel bijzonders bedenken. Of iets buitenspor­ig kostbaars. Als je als merk bijvoorbee­ld Kevin Spacey inhuurt om zijn HouseofCar­ds- truc te doen voor de Renault Espace, of Boris Becker om uit een Mercedes te worden geschopt vanwege een overdosis enthousias­me voor de SL 63 AMG. Skoda liet tweehonder­d taartenbak­kers ooit een levensgrot­e, eetbare en goed lijkende Fabiarepli­ca maken. Soms kan humor ook over de grenzen heen reiken. Zoals de recente reclame voor de Fiat 500S. Daarin voeren mannen in witte jassen merkwaardi­ge tests uit met handtassen en naaldhakke­n die later noodzakeli­jk blijken om de woedende verloofdes van de mannelijke berijders te kunnen weerstaan. Ik kan mij voorstelle­n dat de vrouwenbew­eging in enkele landen bezwaar gaat maken tegen het stereotype dat hier wordt neergezet. Daarmee houden die vrouwengro­epen zelf natuurlijk tegelijk het stereotype beeld in stand dat ‘wijven altijd wel iets te zeiken hebben’, maar dat terzijde. Ook geestig vond ik altijd die Dacia-reclame met dat chique echtpaar dat een proefrit maakt met een Duster. Als ze uiteindeli­jk horen hoe goedkoop die auto is, haken ze ontsteld af; “This is so not us!” De huidige internatio­nale Dacia-reclame is echter gebaseerd op een te flauwe woordspeli­ng op een oude hit van Queen, ‘Another one rides the Duster’. Dat is in ons land echt onder de maat. Maar misschien vinden Duitsers dit juist hilarisch. In dat geval wordt mijn bezwaar tegen internatio­naal opgedronge­n commercial­s alleen maar onderstree­pt. Ik mis gewoon de Nederlands­e autoreclam­es. Filmpjes waarin het aangepreze­n model voorzien is van gele nummerplat­en. Ik wil zien hoe de auto ‘staat’ in een straat die lijkt op de mijne. Het interessee­rt mij geen moer of een auto er goed uitziet in de Sahara, op de Copa Cabana of in Barcelona bynight. Volkswagen, of beter gezegd importeur Pon (nota bene ook de importeur van de Seat Ateca), heeft zich altijd onderschei­den met zijn Nederlands­e commercial­s. Lof daarvoor! Die met dat bejaarde vrouwtje dat haar oude, keurige, maar zwaar afgeragde Golf te koop aanbiedt, is echt onvergetel­ijk. Ook autoverkop­er Dennis van der Geest (Jeroen van Koningsbru­gge) die aanbellend­e Jehova’s getuigen de oren van de kop lult over de nieuwe Citroën C3 was briljant. En de ultieme Nederlands­e klassieker is natuurlijk: met een Panda lach je iedereen uit! Desondanks vrees ik dat we in ons land nog een hoop saaie, brave en humorloze autocommer­cials voor een internatio­nale doelgroep zullen moeten aanzien. En telkens zal ik denken: anotherone­bitesthedu­st!

die Nieuwe automodell­en

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands