Mini Cooper S Cabrio
De Mini Cabrio heeft altijd een grote aantrekkingskracht gehad op hippe mensen. Nu de lente is aangebroken, kunnen ze weer dakloos flaneren en vervolgens aan spannende cocktails nippen. De echte hipster koopt meteen de vernieuwde versie, die in Born wordt
In deze uitgave van AutoReview rijden we met twee tegenpolen. Verderop lees je over de Mazda MX-5 Sakura, een pure roadster waarbij alles in het teken staat van een laag gewicht en zoveel mogelijk rijplezier. Dat je daardoor niet al te hoge eisen moet stellen aan het comfort, is voor de liefhebber geen enkel probleem. De meer dan 300 kilo zwaardere Mini Cabrio heeft precies het tegenovergestelde karakter. Hij is er voor de luxepaarden; in de praktijk vaak vrouwen die de wereld aanschouwen vanachter een grote zonnebril en onafscheidelijk zijn met hun handtas van Prada. Open rijden is leuk, maar je haar moet niet in de war raken en stoelverwarming, een windscherm en de nieuwste multimedia-gadgets zijn onontbeerlijk. En wie bedient nu handmatig het dak als het ook elektrisch kan? Toevallig zijn beide ongeveer even duur; maar dat is zo’n beetje de enige overeenkomst. Toch weten ze alle twee op hun eigen manier te charmeren. FACELIFT VOOR ALLE VARIANTEN Niet alleen de Mini Cabrio is vernieuwd, ook de drie- en vijfdeurs Mini zijn aangepast. De wijzigingen zijn eerder subtiel dan meeslepend. Het opvallendst aan het uiterlijk zijn de achterlichten, die hetzelfde motief hebben als de Britse vlag. Ze zitten standaard op de Cooper S en de John Cooper Works. Bij de minder dure versies moet je 870 euro bijbetalen voor achterlichten met het Union Jack-design. Toch grappig dat dit idee met de Britse vlag op het Duitse hoofdkantoor van Mini’s moederbedrijf BMW is bedacht, en dat de lichtunits in de Nederlandse fabriek in Born in de carrosserie worden geschroefd. De bijzondere achterlichten zijn niet alleen een geinige gimmick, de indeling is bovendien doordacht. Het horizontale deel van de vlag dient als richtingaanwijzer. De verticale baan van de vlag is het remlicht, terwijl het achterlicht wordt gevormd door de diagonale lijnen. Als je echt goed oplet, zie je dat Mini zijn logo op de achterklep, de motorkap en het stuur heeft vernieuwd. SAINT-TROPEZ Wij rijden met de Cooper S, die nu standaard is voorzien van led-koplampen. Optioneel krijg je er bochtverlichting bij en passen de koplampen hun licht aan de situatie op de weg aan. Zo heeft de verlichting een automatische dimfunctie voor het grootlicht, zodat tegenliggers niet worden verblind. Wie bang is dat zijn Mini te veel lijkt op die van de modieuze buurvrouw, kan hem dankzij het Mini Yours-programma uitgebreid aan
zijn of haar persoonlijke smaak aanpassen. Zo kun je zelf decoratieve interieurpanelen ontwerpen die aan de kant van de bijrijder worden aangebracht. Via een speciale onlineshop kun je allerlei kleuren, patronen en afbeeldingen kiezen. Handig is dat je nu ook draadloos je telefoon kunt opladen, zodat hij nooit leeg is als je een selfie wilt maken op de boulevard van Saint-Tropez. Bovendien is de verkeersinformatie van het vernieuwde navigatiesysteem nu altijd actueel. Het bleef niet bij uiterlijke wijzigingen, ook op technisch gebied vonden kleine aanpassingen plaats. De Mini One, de instapper, heeft nu een 1,5-liter driecilinder motor, die 102 pk levert. Voorheen had hij een kleinere 1.2-motor. De One, de Cooper, de Cooper S en de Cooper D zijn nu leverbaar met een nieuwe zeventraps Steptronic-transmissie met dubbele koppeling. Daarmee hebben we meteen het grootste technische nieuws van de facelift bij de horens gevat.
BEPERKT ZICHT
Zoals gezegd dient gemak de mens in de Mini Cabrio, Je hoeft dus geen ingewikkelde han- delingen te verrichten om open te rijden: met een druk op de knop vouw je het stoffen dak volautomatisch naar beneden. Dan ontpopt zich wel meteen een nadeel: het opgevouwen dak achter je rug beperkt het zicht naar achteren flink. Zeker als je niet zo heel lang bent, kun je nauwelijks zien wat zich achter je auto afspeelt. Maar dat is een klein smetje op de overdosis rijplezier die de 192 pk sterke Cooper S Cabrio te bieden heeft. Ligt er een uitdagende weg vol bochten voor je, dan is de Mini niet de beroerdste. De Cooper S stuurt scherp en nauwkeurig en de Steptronic-transmissie schakelt precies op de momenten waarop je dat wilt. De prestaties zijn indrukwekkend: de Mini heeft maar 7,2 seconden nodig om van 0 naar 100 te sprinten en heeft een topsnelheid van 230 km/h. Ook als je geen haast hebt, is de Cooper S een leuke auto. Als je voor 900 euro het Always Open-pakket bestelt, hoef je je sleutel niet te gebruiken om het portier te ontgrendelen; dat gaat vanzelf. Bovendien krijg je stoelverwarming en een windscherm. Zo kun je zelfs bij lage temperaturen nog uitstekend open rijden. Je billen worden verwarmd en de wind wordt keurig over de auto heen geleid. Mocht het geen weer zijn om open te rijden, dan heb je – anders dan bij de MX-5 – met dichte kap nog altijd voldoende bewegingsvrijheid. Er is zelfs een achterbankje aangebracht, waarop kleine kinderen met wat inschikkelijkheid kunnen zitten. Een tas van Prada kun je er zeker op kwijt.
GEEN KOOPJE
De Brits-Duits-Limburgse Mini Cabrio is te koop vanaf 28.200 euro (Mini One). Betaal je
Open rijden is leuk, maar je haar moet niet in de war raken en stoelverwarming en een windscherm zijn onontbeerlijk.
3000 euro meer, dan krijg je de Cooper met 136 pk. De Cooper S is met 39.700 euro al flink duurder, voor onze versie met zeventraps transmissie betaal je 500 euro extra. Het topmodel, de John Cooper Works met 231 pk, kost 49.900 euro. Wie liever dieselt, kan een Cooper D bestellen vanaf 34.400 euro, of een SD (standaard met achttraps automaat) voor 43.300 euro. Wil je hip zijn, dan moet je bereid zijn om flink je portemonnee te trekken. Een simpele feature als cruisecontrol is niet eens standaard, en dus loopt de basisprijs al snel op. Maar daar krijg je wel iets voor terug: rijplezier én luxe. En dat – als het weer meezit – onder een fonkelende sterrenhemel die zich met één druk op de knop voor je opent.