Vierdeurs coupés met powerdiesels
Audi A7 Sportback, BMW 6-serie GranTurismo, Volkswagen Arteon
Audi heeft de A7 Sportback uiterlijk aangescherpt, zijn veiligheidsuitrusting opgewaardeerd en de bediening compleet herzien. Daarmee is deze mooiboy weer helemaal bij de tijd. Maar kan hij genoeg tegengas bieden aan de steengoede BMW 6-serie GT en de gunstig geprijsde Volkswagen Arteon?
Vroeger bestond de automobiele elite vooral uit peperdure sedans en sportwagens, maar tegenwoordig ziet het autolandschap er veel minder overzichtelijk uit. Wie zich ook graag letterlijk op het hoogste niveau beweegt, kan bijvoorbeeld kiezen uit diverse grote suv’s die het summum bieden op het gebied van motoren, comfort en veiligheid. Zelf zoeken we het liever iets dichter bij de grond – we klimmen ‘s avonds immers ook niet meer in een hoogslaper – maar een sedan vinden we iets te voorspelbaar. Een vierdeurs coupé vinden we spannender, zonder dat we al te veel concessies hoeven te doen op het gebied van ruimte en gebruiksgemak. Wat is er te koop als we een diesel met ongeveer 250 pk willen? Laten we beginnen met de Audi A7 Sportback. De auto oogt door zijn ranke lijnen sportief en slank, maar hij is stiekem behoorlijk aan de maat. Alleen hebben we bij de eerste aanblik wel wat twijfels over de hoofdruimte. De BMW-liefhebber die in het hogere segment graag buiten de gebaande paden treedt, kan bijvoorbeeld kiezen voor de 6-serie Gran Coupé. Maar als je voor minder dan een ton een lekkere diesel wilt, raakt die buiten beeld. Een betaalbaardere optie is de 6-serie Gran Turismo. Dat is geen coupé, geen sedan en ook geen suv, maar iets daartussenin. Vleesch noch visch dus? Of juist van alles het beste? We gaan het zien, maar niet voordat we er nog een iets betaalbaarder alternatief bij hebben gehaald, in de vorm van de Volkswagen Arteon. In een eerdere vergelijkende test waren we al erg te spreken over Volkswagens topmodel, al beweren kwade tongen dat het niets meer is dan een ‘Passat met kapsones’.
IN-/EXTERIEUR
Gewone knoppen behoren in de A7 tot het verleden. We stipten het hierboven al even aan; wat ons betreft is de A7 Sportback een bijzonder fraaie automobiel. Doordat de daklijn geleidelijker afloopt is de auto en profil veel beter in balans dan voorheen en ook de doorlopende achterlichtpartij doet het uiterlijk goed. De neus met de nieuwe grille oogt breder en lager dan bij het vorige model, wat enorm bijdraagt bij aan de gelikte looks. Gaat je dit als liefhebber van traditionele sedans al te ver, dan raden we je af om in te stappen. Het interieur voldoet weliswaar aan de allerhoogste eisen op het gebied van materialen en afwerking, maar het is verre van traditioneel. Vrijwel alles bedien je via touchscreens of aanraakvlakken, gewone knoppen behoren in
de A7 tot het verleden. Alles wat met infotainment te maken heeft, bedien je via het bovenste centrale display en met het onderste aanraakscherm beheers je het boordklimaat. Zelfs een gewone lichtschakelaar schittert door afwezigheid en een MMI-achtige draai-/ drukschakelaar zoek je ook tevergeefs. Het ziet er prachtig uit, maar al na een paar ritten zitten die glanzende schermen vol met vingerafdrukken. Dan gaat het mooie er toch wel een beetje vanaf. Verder laten niet alle functies zich intuïtief vinden en bedienen. We voorspellen dan ook dat de A7 het geduld van zijn bestuurder in het begin meer dan eens op de proef zal stellen. Een ander minpunt aan het A7-interieur is de beperkte hoofdruimte voor de achterpassagiers. Zijn die een beetje uit de kluiten gewassen, dan zullen er voor elk vertrek ‘shotgun-duels’ worden uitgevochten om de plek op de bijrijdersstoel. Wat dat betreft ben je in de A7 absoluut niet beter af dan in de compactere – en goedkopere – Arteon. Nee, qua ruimtegebruik is de A7 niet het toonbeeld van efficiency. Het zicht rondom is zowel in de Arteon als in de A7 mager, het gevolg van de hoge taillelijn en de schuin geplaatste ruiten. Bovendien is de voorruit van de Arteon verhoudingsgewijs smal. Was er binnen in de Audi en de Volkswagen nog sprake van een lichte claustrofobie, in de BMW krijg je zowat pleinvrees. In alle richtingen biedt de 6-serie GT verreweg de meeste ruimte. Van dit trio is de BMW dan ook de beste auto voor onderweg werkende captains of industry of politici. Desnoods voeg je tegen meerprijs nog wat extra kussens of de elektrische rugleuningverstelling toe. Zonder dat
Is er binnen in de Audi en de Volkswagen nog sprake van lichte claustrofobie, in de BMW krijg je zowat pleinvrees.
we BMW willen betichten van conservatisme, moeten we toch zeggen dat het er binnen in de 6-serie GT een stuk traditioneler aan toe gaat dan in de A7. Maar wie niet puur op uiterlijk gefixeerd is, zal dit waarschijnlijk eerder als een voordeel dan als een nadeel beschouwen. Ook de bagage geniet in de BMW alle ruimte. In de kofferbak met dubbele bodem kun je minimaal 610 liter aan spullen kwijt. Mocht dit nog niet genoeg zijn, dan kun je met een drukknop in de bagageruimte de achterbankleuning in delen neerklappen, wat je maximaal 1800 liter aan stouwruimte oplevert. Bij de Arteon en de A7 hebben we evenmin te klagen over de inhoud van de kofferbak. Toch vinden we het opvallend dat de Arteon zich ook op dit punt de meerdere toont van zijn dure neef. De Volkswagen zet een baga- geruimte van 563 liter en een laadvermogen van 555 kilo op het scorebord, de Audi blijft daar in beide gevallen iets bij achter. Uiteindelijk stevent de nieuwe A7 Sportback af op een nederlaag in dit hoofdstuk. Even lijkt het erop dat de Audi zich revancheert dankzij alle veiligheidssystemen, want hij is leverbaar met het nieuwste van het nieuwste op dat gebied. Maar voor veel hulpsystemen, zoals kruispuntassistent, uitstapwaarschuwing en dwarsverkeerassistent gelden meerprijzen, al zijn die niet al te hoog. Een noodremsysteem en een rijstrookassistent zijn wel standaard. Bij de veel goedkopere Arteon heb je minder keus, maar zijn wel meer systemen standaard, zoals bijvoorbeeld led-lampen met actieve bochtverlichting en verkeersbordherkenning. De BMW zit op veiligheidsgebied tussen de Audi en de VW in.
COMFORT
In de BMW trekt de buitenwereld als een stomme film aan je voorbij. Al na de eerste meters kunnen we opgelucht constateren dat de tijd van Audi’s keiharde sportonderstellen voorbij is. Ook de andere twee auto’s tonen zich doorgaans aangenaam comfortabel, terwijl ze op behoorlijk grote voet leven. De BMW staat op 19-inch wielen, de Audi en de Volkswagen maken het nog een maatje bonter. Dankzij de combinatie van adaptieve schokdempers en luchtvering (meerprijs) ondergaan de A7 Sportback en de 6-serie GT oneffenheden in het wegdek uitermate gelaten. Het Arteon-onderstel met stalen veren en de standaard gemonteerde adaptieve schokdempers blijft hier niet eens al te ver bij achter, maar voelt toch duidelijk steviger aan.
Terwijl de inzittenden van de Audi nog wel iets meekrijgen van de aard van het wegdek, worden de BMW-passagiers compleet van de werkelijkheid afgesloten. Van het spreekwoord ‘wie niet horen wil, moet maar voelen’ blijkt in de 6-serie dan ook niets te kloppen. De buitenwereld trekt hier als een stomme film aan je voorbij, terwijl de rit aanvoelt alsof je door het luchtledige zweeft. Wellicht dat je met gespitste oren de banden zachtjes hoort zingen, maar dan alleen op asfalt van de ruwere soort. Ook de grote, goedgevulde stoelen werken ontstressend, wat een totaalplaatje oplevert van de ideale gran turismo. Lange afstanden zijn een genot, voor alle inzittenden. De bestuurder geniet daarbij van de optimale ergonomie, terwijl de passagiers dankbaar gebruik zullen maken van de riante ruimte en de vele opbergmogelijkheden die de auto biedt. Ook in de Audi en de Volkswagen is het bijzonder goed toeven, al hebben de achterpassagiers hier te maken met een kortere zitting, minder hoofdruime en een lagere zitpositie, waardoor ze de knieën sterker moeten buigen.
MOTOR/TRANSMISSIE
De meerwaarde van de zescilinders is vooral het gemak waarmee ze hun superieure prestaties leveren. Van dit drietal is de Audi de enige waarvan de motor al aan de allernieuwste uitlaatgasnorm Euro 6D voldoet. Dat betekent niet per se dat hij schoner is dan zijn twee tegenstrevers, wel dat de metingen zijn verricht onder realistische omstandigheden, en niet in het laboratorium. Een SCR-katalysator en een roetfilter zijn bij alle drie standaard, zodat de uitstoot van stikstofoxiden en vaste deeltjes (vrijwel) tot het verleden behoort. Met zijn 286 pk is de drieliter V6 van de A7 tevens de krachtigste van het stel, gevolgd door de zes-in-lijn van de 6-serie, die 265 pk geruisloze pk’s op het asfalt brengt. De Arteon doet het motorisch iets kalmer aan. Hij levert ‘slechts’ 240 pk, maar heeft daarvoor slechts vier cilinders en twee liter slagvolume nodig. Daarmee beschikt de Volkswagen wel mooi over de motor met de meeste pk’s per liter. Door zijn achterstand van 25 tot 46 pk komt hij niet tot de oppermachtige prestaties van zijn Beierse concurrenten, maar dat maakt de Arteon allerminst tot een sneue sukkelaar. Sterker nog, de prestaties en de gretigheid van de dubbel geblazen TDI-motor zijn behoorlijk indrukwekkend, daarbij van harte ondersteund door de zeventraps DSG-transmissie. In slechts 6 seconden schiet de vierwielaandrijver naar 100 km/h, waarmee hij slechts 0,1 respectievelijk 0,4 seconden prijsgeeft op de duidelijk zwaardere BMW en Audi. De meerwaarde van de zescilinders is vooral het gemak waarmee ze hun superieure prestaties leveren. Vooral de lijnmotor van de 6-serie blinkt uit in beschaving en de samenwerking met de achttraps automaat is voorbeeldig. Onder stress klinkt de TDI-motor van de A7 iets minder soeverein, maar op het gebied van efficiency zet hij de beste prestatie neer. Met een gemiddeld verbruik van 7,8 l/100 km (1 op 12,8) is de Audi nipt zuiniger dan de Volkswagen (1 op 12,7) en de BMW is nog iets dorstiger. Met een gemiddelde van
Mooi dat de Volkswagen over de motor met de meeste pk’s per liter beschikt.
8,2 l/100 km (1 op 12,2) kun je echter niet zeggen dat de 6-serie de concurrentie finaal onder tafel drinkt. Wie het nieuwe rijden tot kunst verheven heeft, slaagt er met alle drie de auto’s wel in om onder de 7,0 l/100 km (1 op 14,3) te blijven.
RIJEIGENSCHAPPEN
Wellustig dendert de tweetonner uit Ingolstadt op bochten af. Bij alle drie de testauto’s kun je met een druk op de knop de rijdynamische eigenschappen beïnvloeden. Maar ook al selecteer je de sportiefste afstemming, de BMW en de VW zullen zich nooit ontpoppen als plankharde slalomtijgers. De Audi ondergaat nog de grootste karakterverandering als de bestuurder de Drive Select-knop via het onderste touchscreen in de meest extreme stand zet. Het onderstel wordt stugger, de remmen krijgen de hitsigheid van een jonge reu die de geur van een loops teefje opsnuift, en de besturing wordt messcherp. Wellustig dendert de tweetonner uit Ingolstadt op bochten af en als de bestuurder een beetje zijn best doet, kan hij de auto met het gaspedaal besturen, door de achterkant licht te laten uitbreken. Voorwaarde hierbij is wel dat de auto over het sportdifferentieel en de dynamische vierwielbesturing beschikt. Iets minder wild, maar nauwelijks langzamer stort de BMW zich op het testparcours. Dat is vooral te danken aan de fijngevoelige besturing en de uitstekende tractie. Daarmee distantieert de 6-serie zich ook van de Arteon, vooral tijdens het slalomparcours tussen de pylonnen. De grote Volkswagen wordt dan ook als
De BMW en de Volkswagen zullen zich nooit ontpoppen als plankharde slalomtijgers.
laatste afgevlagd, wat overigens niet wil zeggen dat het onder extreme omstandigheden een slome duikelaar is.
MILIEU/KOSTEN
Voor de geteste Audi betaal je meer dan 100.000 euro. In de geteste uitvoering gaat de Audi door de grens van één ton heen. De BMW blijft er net onder, terwijl de Volkswagen niet eens in de buurt komt. Door zijn lagere prijs scoort de Arteon ook stukken beter op het gebied van afschrijving en verzekering, bovendien schudt de belastingdienst je duidelijk minder mrb uit je zakken. Dat de Audi de zuinigste is, mag niet baten; hij eindigt op de derde plaats. Dat de BMW niet als laatste eindigt, heeft hij puur te danken aan zijn lagere aanschafprijs.