Auto Review

Uitzwaaier

Van een stationwag­on van Volvo raakt de Nederlands­e koper doorgaans licht opgewonden. Ook bij de V60 was dat eind 2010 het geval. Nu hij wordt opgevolgd, kan Volvo tevreden terugkijke­n op de Nederlands­e verkoopres­ultaten.

- Tekst: Jaap Peters

Eigenlijk kón het niet fout gaan toen Volvo eind 2011 de V60 introducee­rde. Een stationwag­on van Volvo is hier nu eenmaal een garantie voor succes. De V60 was gebaseerd op de S60, die al leverbaar was sinds 2004. Toen de S60 aan zijn tweede generatie begon, vond Volvo het ook tijd om een stationwag­on te introducer­en. Daarin konden de Nederlands­e kopers zich uitstekend vinden. Ze konden nu uit drie stationwag­ons kiezen: de V50 en de V70 waren al langer leverbaar.

ANDER IMAGO

De V60 was nog voorzien van een onderstel dat dateerde uit de tijd dat Ford de scepter bij Volvo zwaaide; hij deelde zijn basis met de Ford Mondeo en de Mazda 6. Er was een ruime keuze aan benzinemot­oren (150, 180, 240 en 304 pk). Ook de dieselrijd­er had meerdere opties: hij kon kiezen uit motoren met 115, 163, of 205 (later 215) pk. Volvo probeerde zichzelf in die tijd een wat sportiever imago aan te meten, want door modellen als de 240 en 940 stond het merk nog altijd als vrij bedaagd te boek. Het onderstel van de V60 werd voor de Europese klanten dan ook stijver en dynamische­r gemaakt. In plaats van een grote kofferruim­te waarin je een heel dierenasie­l kunt ver- Nieuwe modellen worden altijd met veel tamtam aangekondi­gd. Modellen die uit productie gaan, verdwijnen daarentege­n met stille trom via de achterdeur. In de rubriek Uitzwaaier brengen we die ‘afdankertj­es’ nog één keer onder de aandacht. In plaats van een plak cake en een bakkie slappe koffie. voeren, had de V60 een schuin aflopende daklijn en ronde vormen. De functie was ondergesch­ikt aan de vorm en dat was niet ‘des Volvo’s’. Gelukkig is Volvo op zijn schreden teruggekee­rd: de nieuwe V60, die deze zomer in de showroom staat, is naast veilig, comfortabe­l en stijlvol, ook stukken ruimer dan zijn voorganger.

PLUG-IN

De V60 heeft vanaf het begin prima verkocht, maar in de verkoopsta­tistieken zien we een paar uitschiete­rs. In 2013 introducee­rde Volvo de V60 Plug-in Hybrid. Daarin werkte een 2,4-liter vijfcilind­er turbodiese­l samen met een elektromot­or die nog eens goed was voor 70 pk. Volvo beloofde een verbruik van 1 op 56,1 en een CO2-uitstoot van 49 gram. Nederland had toen nog een extreem gunstige regeling voor zakelijke rijders: die betaalden geen bijtelling over een plug-in hybride. Een merkwaardi­ge constructi­e, maar de zakelijke rijder lachte zich door het geld dat hij bespaarde een vakantie op de Bahama’s bij elkaar. Liefst 7866 V60’s vonden in 2013 een eigenaar. Een jaar later werd de bijtelling­sregeling wat minder gunstig, maar nog steeds werd de zakelijke rijder door de staat gepamperd. Voor zo’n 150 euro netto per maand reed hij prinsheerl­ijk in zijn snelle V60, die met zijn basisprijs van 60.000 euro voor de meeste particulie­re kopers veel te duur was. In 2016 was het afgelopen met het voordeel. De verkoopcij­fers van de V60 normalisee­rden, maar met bijna 3000 belangstel­lenden bleef hij – in tegenstell­ing tot de Mitsubishi Outlander – behoorlijk populair. In totaal kozen bijna 32.000 Nederlande­rs voor een V60. Hij heeft daarmee het pad geëffend voor zijn opvolger, die een stuk groter en chiquer is en eigenlijk een compacte versie is van de V90.

 ??  ?? Toen een plug-in hybride van deV60 verscheen, explodeerd­en de verkoopcij­fers.
Toen een plug-in hybride van deV60 verscheen, explodeerd­en de verkoopcij­fers.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands