Serieuze stationwagons met stekker
Peugeot 508 SW Hybrid, Skoda Superb Combi iV, Volkswagen Passat Variant GTE
De CO2-uitstoot moet omlaag en automerken gebruiken plug-in hybrides om dat gedaan te krijgen. Met de Skoda Superb Combi iV, de Peugeot 508 SW Hybrid en de Volkswagen Passat GTE kunnen jij en je gezin het milieu een handje helpen en voorzichtig kennismaken met elektrisch rijden.
De simpelste manier om de CO2-uitstoot van het Europese wagenpark te verlagen, is door alle benzineauto’s in te ruilen voor zuinige dieseltjes. Niet zo lang geleden stond de Nederlandse overheid nog vierkant achter deze oplossing, maar die tijd is voorbij. Diesels mogen dan minder CO2-uitstoot uitstoten dan benzineauto’s, ze hebben hun eigen ‘bijwerkingen’. En sinds er flink is gesjoemeld met de precieze uitstootcijfers, zijn veel autokopers en -merken daar wel klaar mee. De stekkerhybride lijkt het milieuvriendelijke antwoord. In Nederland worden kopers gematst met een lagere bpm en korting op de wegenbelasting. Bovendien is rijden op stroom uit eigen stopcontact goedkoper dan rijden op benzine. Dat de fabrikanten van zulke modellen een elektrische actieradius van circa 50 kilometer opgeven, is niets om je zorgen over te maken. Zodra de stroom op is, springt de verbrandingsmotor bij en rijd je stressvrij nog vele honderden kilometers verder. Welke combinatie van benzinemotor en elektromotor het best werkt, onderzoeken we in deze test.
In-/exterieur
Is de Superb Combi niet langer Koning Kofferbak?
Het is Peugeot gelukt om de 508 SW van hybride-techniek te voorzien zonder kostbare bagageruimte op te offeren. Skoda en Volkswagen doen wel concessies. Door de toevoeging van het accupakket, krimpt de kofferbak van de Superb Combi met 150 liter en blijft er 510 tot 1800 liter over. Dat is nog steeds een fors laadruim, maar met de achterbank in stelling wint de 508 SW (530 tot 1780 liter). Dat maken we zelden mee; een test waarbij een Skoda niet de grootste kofferbak heeft. Schrale troost: met de bank plat is de Superb nog altijd onverslaanbaar. De Passat Variant GTE levert zelfs 167 liter in en komt uit op 483 tot 1613 liter. Skoda-liefhebbers kunnen van de schrik bekomen door op de ruime achterbank plaats te nemen. Daaronder mag dan het accupakket liggen, de beenruimte blijft onovertroffen. Ook heb je meer dan genoeg hoofdruimte. Iets wat je van de 508 SW niet kunt zeggen. Zijn fraaie, lage daklijn gaat ten koste van de binnenruimte. Lekker met je benen trappelen zit er ook niet in.
Als we naar het laadvermogen kijken, dan blijken de verhoudingen daar hetzelfde te liggen: weinig voor 508 SW (469 kilo) en veel voor de Superb (522 kilo). De Passat zit ertussenin. Wat dan weer in het voordeel van de 508 SW spreekt, is zijn fascinerende dashboard. Er valt veel te zien en te beleven, met hologramachtige digitale displays en een klein stuur. Het is niet het toonbeeld van bedieningsgemak, maar op dat gebied zijn de Volkswagenmodellen nu eenmaal lastig te overtreffen. Kijken we naar de veiligheidsuitrusting, dan geeft de Passat GTE het goede voorbeeld met een waslijst aan rijhulpsystemen. Een assistent die niet op zijn lijst staat, maar wel op die van de 508 SW, is de nachtzichtassistent.
Comfort
Extra comfort-opties bezorgen de Passat GTE de overwinning.
De cabines van de Passat Variant en de 508 SW beschermen je gehoor beter tegen herriemakers van buitenaf. In de Superb Combi denken we bij dwarsrichels een duidelijker ‘kedengkedeng, kedengkedeng’ te horen. Onze decibelmeter velt, zoals wel vaker, een ander oordeel: hij bestempelt juist de Superb als stilste auto. Zo zie je maar dat een hinderlijk geluid niet hard hoeft te zijn, om toch in negatieve zin op te vallen. Over de stoelen van de Superb niets dan lof. Ze voelen stevig aan en dat is prettig voor je rug. Volkswagen laat niets aan het toeval over en monteert in onze testauto een ErgoComfort-stoel, speciaal voor de bestuurder. De wangen bieden veel ondersteuning, mensen met lange benen kunnen de zitting uitschuiven en op lange ritten maak je het jezelf comfortabel met de verstelbare lendensteun en de massagefunctie. De meerprijs van zo’n gerieflijke troon bedraagt 1217 euro, maar dan is stoffen bekleding te min. Je moet upgraden naar leer. Dat maakt de Passat GTE nog eens 2657 euro duurder. De Volkswagen beschikt ook over de lekkerst zittende achterbank en daar hoef je niet voor bij te betalen. Hij biedt de beste ondersteuning voor je bovenbenen. Wie achter in de Peugeot reist, moet wat compacter zijn. Heb je korte benen, dan is de vlakke bank met weinig beenruimte minder storend. Achter het stuur van de 508 SW kun je ook over een
massagefunctie beschikken. Daarvoor moet je upgraden van de standaard Allure-uitvoering naar de GT. Deze ene trede hoger op de prijslijstladder kost je wel meteen 7500 euro. Daarvoor krijg je ook luxezaken zoals adaptieve schokdempers en adaptieve cruisecontrol, full led-koplampen en -achterlichten, 18-inch lichtmetaal en een premiumaudiosysteem met digitale radio en een draadloze telefoonoplader. En ergonomisch verantwoorde voorstoelen, waarvan de kussens zachter aanvoelen dan van het Duitse meubilair.
Dat brengt ons bij het onderdeel veercomfort. De Passat en de 508 zijn te bestellen met adaptieve schokdempers en onze testauto’s hebben ze. Bij de Peugeot is upgraden naar de eerdergenoemde GT-uitvoering genoeg en bij de Volkswagen moet je 1134 bijbetalen voor Dynamic Chassis Control. Skoda heeft die adaptieve ondersteltechniek ook tot zijn beschikking, maar reserveert die voor de luxe Laurin & Klementuitvoering. En laat dat nu net de versie zijn waarin de stekker-Superb op de Nederlandse markt(nog) niet leverbaar is. En dus springt het conventionele onderstel van de geteste Superb iV minder soepel om met hobbels. Zijn carrosserie is meer in beweging dan die van de
Peugeot. De 508 SW glijdt juist relatief zacht over de hobbels op de weg. Wat dat betreft voldoet hij keurig aan het positieve cliché over het weldadige veercomfort van grote, Franse auto’s. Maar hoe harder je rijdt, des te meer van de veerweg wordt gebruikt. Met volle bepakking zit-ie dan ook eerder aan zijn grens dan de Passat Variant. Diens adaptieve onderstel is op comfortgebied baas boven baas.
Motor/transmissie
Zuinig, soepel en snel – de aandrijflijn van de 508 SW Hybrid blinkt uit.
Stationwagons met een stekker mogen dan een nieuw fenomeen zijn, onder elke motorkap zit een verbrandingsmotor van het type ‘oude bekende’. In de Peugeot spotten we de 1,6-liter viercilinder
turbomotor die voortkomt uit een eerdere samenwerking met BMW. Hij levert 181 pk vermogen en krijgt hulp van een 110 pk sterke elektromotor die geïntegreerd is in de behuizing van de achttraps automaat. Zo komt de 508 SW Hybrid aan een systeemvermogen van 224 pk. De 1,4-liter turbomotor met vier cilinders in de Skoda en de Volkswagen werd al in talloze modellen toegepast. Bijgepunt en opgefrist produceert hij 156 pk in beide plug-in hybrides. De elektromotor voegt daar 115 pk aan toe. De Superb iV en de Passat GTE beschikken tevens over dezelfde automatische transmissie met dubbele koppeling, die vanwege de ingebouwde elektromotor maar zes versnellingen heeft. Onder de streep bedraagt het vermogen 218 pk.
Bij alle drie de testauto’s verloopt het samenspel tussen de verbrandingsmotor en de elektromotor soepel en bijna onmerkbaar. De aandrijflijn van de Peugeot voelt het energiekst aan. Op de standaardsprint van 0 naar 100 km/h komt dat met een tijd van 8,0 seconden niet zo tot uiting, want zijn concurrenten zijn bijna een seconde sneller, maar daarboven komt de leeuw in de 508 los. Een krachtige acceleratie, een lekker sportief geluid en een topsnelheid van 250 km/h (Skoda: 224 km/h, VW:
222 km/h) zorgen voor verraste blikken op de autobahn. Eenmaal terug op Nederlands 100 km/h-grondgebied, scoort de soepele aandrijflijn van de 508 SW Hybrid het laagste testverbruik: 5,9 liter en 4,7 kWh per 100 kilometer.
Een minpunt dat we willen aanstippen, is het schokkende schakelen van de automaat bij het optrekken vanuit stilstand, in bijvoorbeeld fileverkeer.
De 508 Hybrid mag dan krachtig zijn, achter het stuur van de Superb iV en de Passat GTE voel je je heus geen stumper. Je hebt tenslotte 400 Nm koppel tot je beschikking. Zoals gezegd ligt hun verbruik wel iets hoger: 5,2 kWh aan stroom, plus 6,0 liter benzine in het geval van de Skoda en zelfs 6,5 liter voor de Volkswagen.
Hoeveel elektrische kilometers je kunt afleggen met een volle accu, hangt voor een groot deel af van je rijstijl. De fabrikanten verkondingen een elektrische actieradius van dik 50 kilometer, maar de werkelijkheid is anders. Wij haalden met de Peugeot slechts 29 kilometer, met de Skoda 30 kilometer en met de Volkswagen 34 kilometer. Het accupakket van de 508 is 10 procent kleiner, dus dat verklaart het verschil. Waarom de Passat verder komt dan de Superb, is ons een raadsel.
Rijeigenschappen
De Superb Combi iV kan de andere twee niet bijhouden. Wanneer je een stationwagon met een zuinige plug-in hybride aandrijflijn gaat kopen, is zijn rondetijd op ons testcircuit waarschijnlijk geen doorslaggevende factor. Toch doorlopen we alle testonderdelen van dit hoofdstuk. Dat geeft ons een duidelijk beeld van de rijeigenschappen van de drie auto’s. Zo blijkt de Peugeot opvallend direct in te sturen en dat maakt hem lekker wendbaar. Maar hoe groter de stuurhoek, des je minder contact de besturing met de weg maakt. Dat doet afbreuk aan de stuurprecisie. Jammer, want zijn tractie is wel berekend op een vlotte rijstijl. De 508 SW laat absoluut goede rijeigenschappen zien, maar zijn overijverige ESP gooit al heel vroeg roet in het eten.
Zijn Fransen soepeler in de heupen dan Tsjechen? Feit is dat de Superb Combi in bochten veel minder wendbaar is dan de 508 SW. Je hoeft het tempo maar iets op te voeren of de Skoda glijdt over zijn voorwielen naar de buitenbocht. Dit mag dan misschien niet direct storend zijn, de middelmatige prestaties op de remmentest gaan wel iedereen aan. Voor een noodstop vanaf 100 km/h heeft hij 2 tot 3 meter extra nodig om tot stilstand te komen dan zijn concurrenten.
Het adaptieve onderstel van de Passat Variant GTE is baas boven baas.
De remdosering vraagt gewenning; die verloopt niet lineair ten opzichte van de pedaalbeweging. Dat heeft te maken met de recuperatie; het terugwinnen van remenergie wanneer je het rempedaal een beetje indrukt.
In de Volkswagen Passat GTE kan de remdosering ermee door. Sowieso laat de Volkswagen een sportiever rijgedrag zien dan zijn Tsjechische neef. Zijn besturing is neutraal, waardoor we de auto behendig en zelfverzekerend door de bochten van onze testbaan smijten. Het regelsysteem dat een oogje in het zeil moet houden, zit onderuitgezakt in een tuinstoel door Facebook te scrollen en grijpt alleen gedoseerd in als dat nodig is om de auto op koers te houden. Precies zoals het hoort bij een auto met voorwielaandrijving.
Milieu/kosten
Een basisprijs van 50 mille lijkt normaal, maar Skoda duikt eronder. Aangezien de prijslijsten van de Peugeot en de Volkswagen bij circa 50.000 euro beginnen, is de 43.450 euro kostende Superb Combi iV scherp geprijsd. Dat je vervolgens 390 euro extra kwijt bent voor een digitaal instrumentarium en 790 euro voor een pakket met handige of juist comfortabele opties, valt dan ook nog te behappen. De vaste lasten van de Skoda vallen eveneens gunstig uit, je betaalt iets minder voor het onderhoud, de verzekering en de wegenbelasting.
Met de afschrijving zit het ook wel snor. Op dit moment is het zo dat plug-in hybrides met een officiële CO2-uitstoot van 50 g/km of minder in het halftarief vallen. Dat betekent dat je de helft van de gebruikelijke wegenbelasting betaalt en dat is mooi meegenomen. Omdat alle drie de testauto’s op papier maar circa 35 gram uitstoten, word je tot en met 2024 dus voor de helft gematst. In 2025 loopt de korting terug naar 25 procent en met ingang van 2026 ga je de volle mep betalen. Maar tegen die tijd ben je misschien wel doorgestroomd naar een volledig elektrische stationwagon.
Conclusie
Als stekkerauto’s op groene stroom stadscentra uitstootvrij doorkruisen, maken ze de leefomgeving van veel mensen een klein beetje beter. Dat geeft een goed gevoel, maar werkt alleen als de gebruiker de discipline heeft om regelmatig op te laden. Deze extra handeling zal even wennen zijn, maar als je een plug-in hybride overweegt, sta je daar waarschijnlijk voor open. Bovendien maakt de elektromotor de aandrijflijn lekker krachtig. Bij de stekkerversies van de Skoda en de Volkswagen met je wel wat bagageruimte inlevern.
Alles bij elkaar opgeteld, is de Passat Variant GTE de winnaar van deze test. Hij blinkt uit in comfort (met het beste zit- en veercomfort) en dynamiek, is hoogwaardig afgewerkt en heeft een uitgebreid aanbod aan veiligheidssystemen. De Superb Combi iV eindigt op de tweede plaats. Hij is ruim en betaalbaar, maar zijn remmen presteren matig. De 508 SW Hybrid heeft een spraakmakend design en de zuinigste aandrijflijn. Dat hij derde wordt, is vooral te wijten aan de krappe cabine en de hoge prijs.
Van dit trio is de Skoda verreweg het scherpst geprijsd.