Seat Leon Sportstourer 1.5 eTSI
Voor een persevenement met een elektrische Audi in Ingolstadt kiezen we een Seat Leon Sportstourer als vervoermiddel. Zonder stekker, op benzine. De elektrische auto heeft de toekomst, maar deze ritten zonder angst voor een lege batterij zullen we missen.
Elders in dit magazine staat de rij-impressie van de elektrische Audi E-Tron Sportback S. De persintroductie vond plaats in de omgeving van Ingolstadt, de thuishaven van Audi. Toen niemand nog van corona had gehoord, gingen we meestal met het vliegtuig naar dergelijke evenementen. Maar toen kwam de lockdown en werd elk evenement afgelast. Inmiddels mag er weer gevlogen worden, maar als het kan, is autorijden toch leuker. Ik zit liever in mijn eentje in de auto, dan opgepropt tussen onbekende, onheilspellend snotterende vliegtuigpassagiers. Liever autobahn dan aerosolen.
De auto van dienst is de nieuwe Seat Leon Sportstourer
1.5 eTSI, voorzien van 48 volt mild hybrid-syteem. De actieradius is 510 kilometer, wat betekent dat je tijdens de 664 kilometer lange trip naar Ingolstadt slechts één korte tankstop nodig hebt. Voor de reis staat volgens Google Maps zes uur en veertig minuten. Dat kan sneller als je op de autobahn je eigen maximumsnelheid bepaalt, maar ook langzamer in de Baustellenbrei die Duitsland al jaren is, met bijbehorende megafiles.
Geen regels
Ongetwijfeld komt er een einde aan het autobahnwalhalla, waarbij je op veel plekken zo hard mag rijden als je wilt. Hoe lang zal dat nog duren? Vijf jaar? Tien jaar? Of zou het volgend jaar al worden afgeschaft? Eigenlijk is het een wonder dat het überhaupt zo lang heeft gemogen. De autobahn geeft nog steeds een ultiem vrijheidsgevoel. Het ‘einde alle verboden’bord is een uitstekende therapie tegen welke levensdip dan ook. Je hoeft niet voortdurend naar verdekt opgestelde camera’s te speuren en je hoeft evenmin te vrezen dat in de auto die jou al een tijdje volgt een grijnzende agent zit die klaar is om je onverbiddelijk op de bon te slingeren. Je bepaalt alles zelf en je hebt de wet aan je zijde. Na de grensovergang bij Venlo kun je meteen het gaspedaal vloeren, op de A61 naar Mönchengladbach. De Seat Leon draait zijn hand niet om voor snelheden tot 180 km/h. Hij is dan nog verrassend stoïcijns: het motorgeluid dringt zich niet op en de auto is nog altijd prima in balans. Rijd je 180 km/h, dan word je nauwelijks ingehaald. Dat had ik
anders in mijn herinnering: tijdens vroegere autobahnritten was er altijd wel iemand in een 911 Turbo S die nog meer haast had dan ik. Of reed ikzelf langzamer?
Zalfje
Het is al snel uit met de pret: een wegafsluiting, met een lange file tot gevolg. Als vervolgens de ene na de andere Baustelle zich aandient en de verwachte aankomsttijd alsmaar oploopt, is de lol er wel even af. Gelukkig duurt de ellende niet lang. Ik rijd langs Keulen en neem de A3 naar Frankfurt. Hier zijn de wegwerkzaamheden grotendeels achter de rug. Het landschap wordt nu heuvelachtiger, de temperatuur neemt steeds een graadje toe.
Het mooiste deel van de reis komt nog wat later. Tussen Frankfurt en Würzburg heb je een autobahntraject zoals dat ooit bedoeld was: zonder Baustellen, niet te veel verkeer, geen snelheidslimiet over een lange afstand én magnifieke uitzichten over de heuvels van Beieren. De autobahn als zalfje voor het aardse tranendal waarin wij verkeren. Bij Nürnberg neem ik de A9 richting München. In dit rijke deel van Duitsland lijkt iedereen in een grote BMW of Audi te rijden. Maar geen priemende dubbele ronde koplampen van nerveuze BMW-rijders in mijn spiegel, het lijkt wel alsof Duitsland wat tot bedaren is gekomen.
Collega in een E-Tron
In Ingolstadt aangekomen, is het gemiddelde verbruik van de Leon Sportstourer 6,9 l/100 km (1 op 14,5). Heel acceptabel, gezien de hoge snelheden. Tot mijn verbazing staat er ook een Audi E-Tron met Nederlands kenteken op de parkeerplaats. Een collega van een concurrerend tijdschrift blijkt óók met de auto te zijn gegaan. Ik vroeg hoe hij dat heeft gedaan, vanuit zijn woonplaats vlak over de grens bij Emmen tot hier. “In één keer, met 200 km/h”, grapte hij. In werkelijkheid bleek het heel wat voeten in de aarde gehad te hebben. Een laadpaal die op de navigatiekaart stond aangegeven, bleek in het echt een weiland met een hek eromheen. De tweede laadpaal in een Duits dorp bleek niet te werken. Ikzelf had aan één tankbeurt van drie minuten genoeg. De terugreis de dag erna zou nachtwerk worden, daar had hij zich al op ingesteld.
Na de testritten met de E-Tron Sportback S en de Audi A3 Limousine, kom ik de collega al snel tegen op de terugweg. Hij was een halfuur eerder vertrokken dan ik. Op een stuk waar geen limiet geldt, passeer ik hem. Na 6 uur en 6 minuten rijden ben ik thuis, de reis werd alleen onderbroken door een korte tankbeurt en een kleine wandeling om de benen te strekken. Ik denk aan mijn collega. Hopelijk heeft hij een werkende laadpaal gevonden, in de buurt van een goede schnitzeltent.