Tegenlicht
Fotografie is zo'n populaire hobby, omdat je het bijna altijd en overal kunt doen. Of je nu onderweg bent in de stad of op het platteland, je hoeft alleen maar een camera bij je te hebben om dingen waar je oog op valt te vereeuwigen. Natuurlijk worden de foto's het mooist als het licht perfect is, dus liefst ‘s ochtends vroeg en vlak voor zonsondergang. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Misschien stond de zon tijdens je laatste opnamen bijvoorbeeld al te hoog aan de hemel. Het maakt niet echt uit, want met behulp van Photoshop kun je het licht alsnog realistisch verbeteren. Deze methode werkt voor zowel landschappen als portretten en auto’s. Het is daarbij wel belangrijk dat achter het hoofdonderwerp de lucht of een heldere lichtbron zichtbaar is – als je hoofdonderwerp daarentegen pal voor een muur staat, is de methode die we hier bespreken niet bruikbaar. Maar afgezien van dergelijke gevallen kun je met je eigen computer fascinerende belichtingen creëren.
1 De basiskleur instellen
Open de afbeelding en zorg dat het Lagenpalet geopend is. Druk op F7 als je hem niet ziet. Klik dan op het zwart-witte rondje onderin (Nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken) en vervolgens op Verloop. Klik op het verloopbalkje en dan op de tweede voorinstelling (voorgrond naar transparant). Dubbelklik daarna op het kleurblokje linksonder en stel een oranje tint in.
2 Het eerste verloop aanpassen
Klik op OK en dan nog eens om de twee laatste vensters te sluiten, maar laat het laatste venstertje (Verloopvulling) nog even open staan. Stel bij Stijl de optie Radiaal in en bij Schaal 200%. Zorg ook dat er vinkjes staan bij Dithering en Uitlijnen met laag. Beweeg je muis over de afbeelding en sleep het verloop naar de gewenste plek. Zet de overvloeimodus van de laag op Bleken.
3 Voeg een vleugje geel toe
Maak nog een verloop op dezelfde manier als in stap 1 en 2, maar kies nu geel als kleur. Selecteer opnieuw bij Stijl de optie Radiaal, maar stel Schaal in op 120%. Kies ook weer Dithering en Uitlijnen met laag en sleep het verloop naar de juiste locatie. De overvloeimodus is wederom Bleken.
4 De lichtbron lichter maken
Toets D om de voor- en achtergrondkleuren in te stellen op zwart en wit, en druk dan op X om van wit de voorgrondkleur te maken. Maak een nieuwe verlooplaag van wit naar transparant. Kies Radiaal met Schaal 90%. Je hebt hier ook Dithering en Uitlijnen met laag nodig. Sleep het verloop naar de juiste positie, maar laat de overvloeimodus op Normaal staan.
5 Strooilicht en nevel
Maak weer een nieuwe aanpassingslaag via de knop onderin het Lagenpalet en kies nu Niveaus. Sleep de zwarte regelaar bij Uitvoerniveaus naar 25 om strooilicht te produceren. Sleep dan de grijze schuif onder het histogram (de middelste regelaar) naar 1,15 om de afbeelding een beetje lichter te maken. Het effect is de simulatie van strooilicht, dat vaak gepaard gaat met tegenlicht.
6 Lagen groeperen
De Niveauslaag is nu de bovenste laag en hij is actief. Houd Shift nu ingedrukt en klik op de laagminiatuur van de onderste verlooplaag om alle aanpassingslagen te selecteren. Druk dan op Ctrl+G om deze lagen in een groep samen te voegen. Dubbelklik op de tekst Groep 1 en verander de naam in Tegenlicht. De Dekking van de groep verlaag je naar 80%.
7 Nog een nieuwe laag
Toets Ctrl+Shift+N om een nieuwe, lege laag te maken. In het venser dat verschijnt zet je de Modus op Bedekken en zet je een vinkje bij Vullen met Bedekken-neutrale kleur (50% grijs). Ga dan naar Filter>Omzetten voor slimme filters en klik op OK. Slimme filters kun je altijd achter naar wens wijzigen als je het lagenbestand opslaat als tif of psd.
8 Lensreflectiess
Ga naar Filter>Rendering>Zon en schuif de regelaar bij Helderheid naar 140%. Stel Lenstype in op 35 mm, maar als je een voorkeur hebt voor een ander lenstype, dan kan dat ook. Sleep het zwarte kruisje in het midden van de preview naar het midden van het tegenlicht, in dit geval rechtsboven. Klik op OK. Dubbelklik op Zon in het Lagenpalet als je de positie wilt wijzigen.