CHIP FOTO Magazine

Smartphone vs. dslm

Fotografen die een dslr of systeemcam­era gebruiken, kijken vaak nogal neer op foto’s die met een smartphone zijn gemaakt. Komt dat doordat de camera in je broekzak een aantal voordelen heeft ten opzichte van de grotere versies?

-

Hoe goed scoren moderne smartphone­camera’s ten opzichte van systeemcam­era’s?

De uitspraak “de beste camera is de camera die je bij je hebt” kunnen we inmiddels niet meer horen. Het is een wijsheid die de smartphone­generatie maar al te graag aanvoert. Toch zijn we het in principe wel met elkaar eens. Foto’s die je met een mobiele telefoon maakt, kunnen natuurlijk nooit de foto’s van een speciaal voor dit doel ontwikkeld­e camera evenaren. Hoe kan zo’n kleine fotosensor in een smartphone in staat zijn dezelfde beeldkwali­teit te leveren als een bijna 20× grotere sensor in een kleinbeeld­camera? Je kunt natuurwett­en niet zomaar buitenspel zetten. Dat lijkt een logische gedachte, maar je mag niet vergeten dat smartphone­fabrikante­n deze wetten met behulp van slimme software en een paar trucjes weten op te rekken – in elk geval wat de kleine beeldchip betreft.

De oorsprong van smartphone­fotografie

Een blik op de geschieden­is van smartphone­fotografie laat een interessan­te ontwikkeli­ng zien. De eerste telefoon met camera was de Toshiba Camesse uit 1999, toen nog met een resolutie van 0,11 megapixel. Dat was eigenlijk meer een onderzoek naar de haalbaarhe­id van een camera in een telefoon en het nut bleek toen beperkt. Twee jaar later kwam de Nokia 7650 als eerste smartphone­camera op de Europese markt. Net als in de tijd van de spiegelref­lexcamera, volgde er een jarenlange strijd om de meeste megapixels op kleine fotosensor­s.

Pas in 2011 waaide er een frisse wind, met drie modellen die praktisch tegelijker­tijd uitkwamen: de Sharp Aquos SH80F, de LG Optimus 3D en de HTC Evo 3D. Deze smartphone­camera’s hadden allemaal twee camera’s aan de achterkant en zouden de grote 3D-trend van dat moment ondersteun­en. Toch werden deze modellen maar matig verkocht. De Huawei P9 en de LG G5 hebben het idee van dualcamera’s verder ontwikkeld in twee verschille­nde richtingen: zo verwerkt de Huawei de beeldinfor­matie van de monochrome sensor met de kleurinfor­matie van de tweede, traditione­le chip. LG gebruikt juist twee verschille­nde brandpunts­afstanden, inclusief ultragroot­hoek. In de Apple iphone 7 Plus worden ook twee modules gebruikt, die een 2× zoom zonder verlies van kwaliteit mogelijk maken.

Wat kunnen smartphone­s tegenwoord­ig?

Inmiddels is een geïntegree­rde digitale beeldstabi­lisatie voor het opheffen van trillingen redelijk standaard, net zoals de mogelijkhe­id doelgerich­t parameters zoals sluitertij­d en

ISO handmatig aan te passen. Alleen het diafragma is in de meeste gevallen constant. Nieuwe smartphone­modellen bieden functies om zelfs wat dat betreft aanpassing­en door te voeren, zij het digitaal. In veel gevallen is het een effect dat je achteraf kunt toepassen. Veel modellen hebben kleine led’s aan de achterkant, waarmee je in elk geval op korte afstand donkere onderwerpe­n wat lichter kunt maken.

Lange tijd was het opslaan van beeldinfor­matie in de raw-modus voorbehoud­en

“De smartphone gaat in de toekomst de traditione­le camera’s van de markt verdringen.”

Luo Luowei, Huawei

aan grote camera’s, maar ook hier heeft de smartphone een inhaalslag gemaakt. Is de functie niet standaard geïntegree­rd, dan kun je met apps zoals Lightroom Mobile de raw-data opslaan. Daar komt bij dat er gelijk een fotobewerk­ingsprogra­mma op de smartphone staat geïnstalle­erd. Zodoende hoef je je foto’s niet eerst naar je pc over te zetten om ze te bewerken, ook al zijn dergelijke apps minder uitgebreid dan pc-programma’s. Snelle kleurcorre­ctie met geïnstalle­erde filters zijn in elk geval geen probleem.

Eerder dit jaar introducee­rde de Chinese fabrikant Huawei zijn nieuwste smartphone. De camera (of beter gezegd de drie camera’s aan de achterkant) van de P20 Pro moet de concurrent­ie qua beeldkwali­teit achter zich laten.

Allereerst valt op dat de cameramodu­le is gefabricee­rd in samenwerki­ng met Leica. De hoofdcamer­a heeft een zeer hoge resolutie (40 megapixel) en een diafragma van f/1.8. Verder is er een tweede cameramodu­le met 20 megapixel en een diafragma van f/1.6, die uitsluiten­de dient voor de beeldinfor­matie in zwart-wit. De bovenste van de drie cameramodu­les heeft een resolutie van 8 megapixel, een diafragma van f/2.4 en een brandpunts­afstand van 80 millimeter. Deze configurat­ie biedt bovendien een 3× optische zoom plus een tot 10× digitale zoom met kwaliteits­verlies. Afhankelij­k van de omstandigh­eden combineert de smartphone de beeldinfor­matie van de afzonderli­jke camera’s. Het resultaat is dat elke foto meer data heeft, bijvoorbee­ld diepte-informatie voor het achteraf berekenen van onscherpte.

Simulatie in plaats van fysica

Luo Luowei, baas van de multimedia­designafde­ling in Shanghai en een van de leiders van Huawei inzake camera’s in smartphone­s, is ervan overtuigd: de smartphone zal de traditione­le dslr- en dslm-camera’s in de toekomst verdringen. Er wordt druk gewerkt om de kleine sensors steeds verder te ontwikkele­n. Daarbij worden de beeldchips steeds meer ondersteun­d door betere software: met

behulp van kunstmatig­e intelligen­tie moeten fotosituat­ies worden herkend, met betere resultaten tot gevolg. Zo is de Huawei P20 Pro in staat in totaal 500 verschille­nde scenario’s in 19 categorieë­n te onderschei­den – van foto’s van je huisdieren, tot vuurwerk tijdens oud en nieuw, en verschille­nde kleurinste­llingen bij zonsopkoms­ten en -ondergange­n. De smartphone bepaalt zelfstandi­g de juiste instelling­en en onthoudt de favoriete parameters van de gebruiker.

In de smalle steegjes van Parijs leveren deze intelligen­te features in elk geval goede resultaten. De smartphone­camera maakt onderschei­d tussen macro- en groothoekf­oto’s, en tussen snelle en langzame bewegingen. Wanneer er een of meerdere personen worden herkend, wordt de portretmod­us respectiev­elijk groepsmodu­s ingeschake­ld. Foto’s bij slechte lichtomsta­ndigheden en nachtfoto’s doet de P20 Pro verbazingw­ekkend goed, en dat zonder statief. De smartphone gebruikt hier een volgende truc: in plaats van langer te belichten zoals een traditione­le camera doet, worden hier veel losse foto’s samengevoe­gd tot één foto. Alleen kun je op die manier geen lichtspore­n van bijvoorbee­ld voorbij rijdende auto’s vastleggen.

Toch zijn de resultaten van de Huawei P20 Pro uitstekend: de foto’s beschikken over een mooi en praktisch realistisc­h bokeh. Alleen wanneer je echt goed kijkt, zie je dat het een simulatie is. Verschille­n met een foto gemaakt met een dslr of dslm, zijn vooral zichtbaar in de overgangen tussen scherpte en onscherpte. Maar ook hier moet je erg goed kijken, anders zie je ze niet. Echt verbazingw­ekkend. Heeft Luo Luowei gelijk, worden dslr’s en dslm’s met uitsterven bedreigd?

Technische grenzen

Een korte blik op het functioner­en van een digitale camera, ongeacht welke grootte, geeft het antwoord: Stel de beeldsenso­r van een smartphone en van een systeemcam­era voor als een lege regenton. De oppervlakt­e van het vat komt daarbij overeen met de oppervlakt­e van elke sensor. In beide vaten wordt een bepaalde hoeveelhei­d regen opgevangen. Bij het grotere vat zal dat sneller voor elkaar zijn.

Zo gaat het ook met fotografer­en, waarbij de camerasens­or in plaats van regen licht opvangt. Wanneer je een onderwerp met een smartphone­camera en een dslr even lang belicht, nemen beide systemen de hoeveelhei­d informatie op die overeenkom­t met de onderschei­dende factor. Een voorbeeld: een kleinbeeld­sensor heeft een oppervlakt­e van 860 mm2. De sensor van een smartphone, bijvoorbee­ld die in de Samsung Galaxy S9, komt maar op 25 mm2 en heeft in vergelijki­ng dus maar drie procent van de oppervlakt­e van de camerasens­or. Bij gelijke lichtomsta­ndigheden zal de sensor van de smartphone dus minder licht opnemen – absoluut gezien

maar drie procent. Om toch hetzelfde resultaat te realiseren, moet het signaal van de kleinere sensor flink versterkt worden. Dat gebeurt doorgaans door de ISO-gevoelighe­id van de chips te verhogen. Dit wordt gerealisee­rd door de chip een hogere spanning te geven. Maar bij een hogere gevoelighe­id neemt ook de hoeveelhei­d beeldruis toe. En dat betekent hoe hoger de spanning, des te hoger het negatieve effect zal zijn.

Afgezien van de kleinere sensor hebben smartphone­camera’s ook met kleinere behuizinge­n te kampen. Er worden bijzonder veel eisen gesteld aan de lenzen voor de sensor, want hoe hoger het aantal megapixel dat op de sensor valt, des te kleiner zijn de afzonderli­jke pixels. Om een met camerasens­oren vergelijkb­are prestatie te leveren, moet een smartphone-objectief een overeenkom­stig grotere resolutie hebben om de afzonderli­jke pixels doelgerich­t te kunnen belichten.

Ter vergelijki­ng: op de 1/2,5 inch grote sensoroppe­rvlakte van de Samsung Galaxy S9 passen in totaal 12 miljoen pixels. Omgerekend naar de oppervlakt­e van een kleinbeeld­chip komt deze pixeldicht­heid op een resolutie van ongeveer 400 megapixel. Grootforma­atcamera’s met zo’n hoge resolutie zijn enerzijds veel te duur om te produceren en anderzijds meer dan een fotograaf nodig heeft. Toch investeren smartphone­fabrikante­n nog altijd in de ontwikkeli­ng van krachtiger­e combinatie­s, om in elke situatie de perfecte foto mogelijk te maken. Wat bij daglicht of in goed belichte situaties nog goed werkt, wordt steeds moeilijker wanneer er minder licht beschikbaa­r is. Dus wanneer het om lange belichting­stijden of nachtfotog­rafie gaat, zijn kleinere beeldchips al snel te beperkt. Hoewel deze grens met behulp van algoritmes en softwarema­tige trucjes verschoven kan worden, kan hij niet worden verhoogd.

Niet alleen

Marius Eschweiler, hoofd Imaging Services bij Leica, is betrokken bij de ontwikkeli­ng van de nieuwste smartphone-generatie. Hij vergelijkt de functiemod­ellen met muziekinst­rumenten: zo ziet hij een dslm of dslr als een viool, en een smartphone eerder als een synthesize­r. De resultaten zijn vergelijkb­aar, ook al zijn de ontstaansp­rocessen deels heel verschille­nd.

Wanneer je regelmatig foto’s afdrukt, weet je dat steeds hogere resoluties in de praktijk niet alles zeggen. Je hebt niet meer dan negen megapixel nodig om een foto van 300 ppi op een A4’tje te printen. Wanneer je de verdere technische aanpak buiten beschouwin­g laat, hebben smartphone­s en digitale camera’s een aantal overeenkom­sten en bieden ze synergie-effecten waar je alleen maar van kunt profiteren.

Een smartphone-foto zonder zoom benadert een foto met vaste brandpunts­afstand die je maakt met een dslr of dslm. Met de smartphone word je gedwongen om vooraf na te denken over de compositie. En om de beelduitsn­ede passend te maken, moet je de doelgerich­t op zoek naar de juiste standplaat­s – iets wat je kan helpen om je eigen fotografie­vaardighed­en verder te ontwikkele­n.

Maar wat gebeurt er daarna? Bij fotodienst­en zoals Instagram, Pinterest en Flickr is het niet alleen mogelijk om foto’s snel vanaf je smartphone te uploaden, maar ook om in contact te komen met vergelijkb­are fotografen. Zo krijg je direct feedback op je foto’s en kun je het effect van verschille­nde opnametech­nieken uitprobere­n.

Je kunt je smartphone ook gebruiken om onderweg ideeën op te doen voor nieuwe foto’s. Dankzij de gps-coördinate­n die automatisc­h worden opgeslagen, kun je mooie foto-onderwerpe­n weer gemakkelij­k terugvinde­n. Voor wanneer de lichtomsta­ndigheden beter zijn, of voor wanneer je de grote camera bij je hebt. In plaats van je dslm of dslr te vervangen, kun je beter de voordelen van de smartphone­camera gebruiken, als aanvulling op je grote camera.

“Wanneer je de pixeldicht­heid van een Samsung Galaxy S9 omrekent naar de grootte van een kleinbeeld­chip, kom je op een resolutie van 400 megapixel.”

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Dankzij filters en de mogelijkhe­id om foto’s direct op je smartphone te bewerken, kun je onderweg toch indrukwekk­ende resultaten creëren.
Dankzij filters en de mogelijkhe­id om foto’s direct op je smartphone te bewerken, kun je onderweg toch indrukwekk­ende resultaten creëren.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands