Interview
Wildlifefotograaf Jeroen Stel.
Jeroen Stel is al zo’n 20 jaar aan het fotograferen, waarvan de laatste tien jaar als professioneel fotograaf. De van oorsprong modeontwerper heeft zichzelf zeer verdienstelijk leren fotograferen en heeft van zijn hobby (natuurfotografie) zijn beroep gemaakt. We stelden hem een aantal vragen.
Hoe heb je je eigen stijl ontwikkeld?
Mijn stijl is in de loop der jaren wel wat veranderd. In het verleden hield ik me vooral bezig met het dier op een intieme manier vast te leggen en werkte ik vaak met open diafragma’s en lange telelenzen. Tegenwoordig ben ik veel meer bezig verhalend te fotograferen en kies ik sneller voor een groothoeklens of een middellang objectief zoals een 70-200mm, om zo meer van de habitat van de dieren in beeld te brengen. Daarnaast heb ik me toegespitst op het gebruik van flitsers en cameravallen, om zo dichter bij de dieren te komen en ze in hun eigen leefomgeving vast te leggen.
Welke camera(‘s) en objectieven gebruik je?
Mijn hoofdcamera is een Canon 1Dx. Daarnaast gebruik ik een Canon 7D en een 77D als back-up body’s. Tijdens mijn reizen maak ik voor mijn cameravallen gebruik van allerhande Canon instapmodellen en enkele wat verouderde modellen zoals de: Canon 40D, 550D, 1200D en 1100D. Mijn favoriete camera is zonder twijfel de Canon 1Dx en ik ben nieuwsgierig wat de opvolger van deze camera gaat worden. Ik heb onlangs de Canon Eos-R mogen testen die me op het gebied van lichtmeting en de kleurechtheid van de zoeker bijzonder verrast heeft.
Ik gebruik de Canon 600mm f/4 USM vanwege de geweldige kwaliteit en het lage gewicht, de Canon 70-200mm f/2.8 USM als water- en stofdichte telezoom, en de Canon 17-35mm f/2.8 USM (voorloper van de Canon EF 16-35mm f/2.8 III USM) voor groothoekopnames. Af en toe pak ik mijn Canon 50mm f/1.8 lensje uit de tas, omdat deze ondanks de lage kostprijs een fantastisch mooi bokeh heeft. Met de bovengenoemde lenzen kan ik behoorlijk uit de voeten voor de meeste onderwerpen die ik fotografeer. Het zou fijn zijn als er ooit een lichtsterke lens in de range van 70-600mm (die ook nog compact blijft) op de markt zou komen, maar ik vrees dat de kostprijs van een dergelijke lens behoorlijk zou zijn. Verder zou ik graag de nieuwe Canon EF 600mm f/4 L IS USM III eens willen uitproberen, want die levert ongetwijfeld topkwaliteit. Ik kies voor L-serie lenzen vanwege kwaliteit en betrouwbaarheid.
Hoe plan je een fotoshoot?
Ik doe erg veel vooronderzoek. Dat begint op internet en daarna vraag ik mensen (bijvoorbeeld wetenschappers) die zich bezighouden met een bepaalde diersoort om extra informatie, of ik kijk of er mogelijkheden zijn om samen te werken. Daarna begint meestal een
periode van zelf onderzoeken (met behulp van wildcams bijvoorbeeld) om te ontdekken wat het gedrag van het dier is en waar ik het kan vinden.
Wat is je favoriete foto en waarom?
Ik vind het altijd heel erg lastig om een favoriete foto te kiezen. De volgende keer maak je altijd weer een mooiere foto. Wat wel bij blijft zijn de unieke momenten in de natuur, zoals ooit een ontmoeting met een wilde vos die ik drie maanden lang had gevolgd en het moment dat hij eindelijk besloot om op drie meter langs me heen te wandelen met een vers gevangen grauwe gans in zijn bek.
Wat vind je het mooiste van wildlife fotografie?
Het mooiste aan mijn vak vind ik nog steeds het buiten bezig zijn en genieten van al het moois dat moeder natuur te bieden heeft. De stilte van een bos in de vroege ochtend, of de opkomende zon die over een heideveld straalt.
Ik vind het wel eens jammer dat er steeds minder plekken zijn waar je rond kunt struinen en zelf op zoek kunt gaan naar wild. Er komen steeds meer hekjes, bordjes en regels. Dat is nodig om verstoring te voorkomen, maar maakt mijn werk wel steeds lastiger. Gemiddeld ben ik zo’n zeven weken bezig met de aanvraag van een vergunning om ergens te mogen fotograferen op natuurgebied. Om die reden werk ik steeds vaker op privéterrein, maar ook daar is natuurlijk toestemming voor nodig. Verder heeft social media er voor gezorgd dat locaties steeds sneller bekend worden bij het grote publiek en dat heeft een negatieve impact op de natuur.
Hoe lang duurt het doorgaans voordat je de foto hebt die je wilde maken?
Dat is een leuke vraag ... Het wisselt nogal eens. Soms heb je in een paar uur de foto die je graag wilde hebben, maar vaak ben je weken bezig alvorens je het beeld maakt dat in je hoofd zit. Zo ben ik bijvoorbeeld zes weken druk geweest om een goede nachtopname van een boommarter te maken. Een ander voorbeeld is een recente opdracht voor Het Parool, die me vroegen om een Amsterdamse IJsvogel te fotograferen. Hij moest herkenbaar in beeld zijn als Amsterdamse IJsvogel en dat heeft me wel een aantal weken gekost om voor elkaar te krijgen. Maar de aanhouder wint.
De meeste tijd gaat in de voorbereiding zitten. Soms wordt er gedacht dat ik wekenlang in het veld lig, maar ook ik heb een gezin en
niet onbeperkt de tijd. Een goede voorbereiding is dus essentieel. Het nabewerken doe ik steeds minder en ik word er steeds sneller in. Mijn geschiedenis als modeontwerper heeft er voor gezorgd dat ik blindelings met Adobe Photoshop overweg kan. Uiteindelijk gaat het er om dat je in het veld je beeld maakt en niet in de nabewerking. Dit betekent overigens niet dat ik moeite heb met het verwijderen van een stofvlekje of storend grassprietje in beeld.
Wat wil je absoluut nog fotograferen?
Ik zou heel graag eens de noordelijke streken bezoeken en muskusossen fotograferen in de sneeuw. Dat is een magisch oerdier dat me enorm aantrekt. En waar ik niet genoeg van kan krijgen zijn ijsvogels. Die fotografeer ik al 20 jaar en ik probeer ieder jaar weer een uniek beeld te schieten, wat een steeds grotere uitdaging wordt omdat ik al meer dan 40.000 beelden in mijn archief heb. Een van mijn favoriete landen om te fotograferen is toch wel Zuid-Afrika. Er is daar zo veel wild om vast te leggen en ik voel me enorm verbonden met het land. Dat neemt niet weg dat ik ons eigen land ook bijzonder blijf vinden. We zijn tegenwoordig wellicht te snel geneigd om op reis te gaan en daar op zoek te gaan naar bijzondere dieren, terwijl er in ons eigen land ook zeer veel moois te vinden is (als je er oog voor hebt). Om die reden heb ik in 2013 mijn boek Natuur is om de Hoek uitgebracht dat dit beschrijft.
Heb je wilde dieren wel eens te dicht benaderd?
Dat is wel eens voorgekomen helaas. Het blijft lastig om wilde dieren in te schatten. Zo is het al een keer gebeurd dat in Zuid-Afrika een grote olifant op mijn auto af kwam stormen en me duidelijk liet merken niet blij te zijn met mijn aanwezigheid. Ook in Nederland ben ik al eens aangevallen door een wild zwijn dat ik tegen het lijf liep op de Veluwe. Uiteindelijk bleek in beide gevallen dat de dieren een schijnaanval deden en me eigenlijk geen kwaad wilden doen, maar me enkel op gepaste afstand wilden houden.
Heb je tips voor beginnende wildlife-fotografen?
Ik zou adviseren om zo veel mogelijk kennis over de natuur te vergaren. Je kunt nog zulk mooi materiaal hebben, maar als je niet weet waar en wanneer het dier te vinden is heb je er niets aan. Een goede voorbereiding is het halve werk. Daarnaast zou ik adviseren om enkele workshops te volgen bij ervaren natuurfotografen wiens werk je aanspreekt.