Selectief verscherpen
Bijna elke foto kan wel wat verscherping gebruiken. Wij laten zien hoe je dat effectief doet, zonder te overdrijven, met de functie Slim verscherpen.
Bijna elke foto kan verscherping gebruiken. Wij laten zien hoe je dat doet.
De meeste verscherpingsfuncties bieden niet veel mogelijkheden om zelf instellingen te maken. Vaak krijg je hooguit een regelaar voor de sterkte en het bereik van het effect. Het gereedschap Slim verscherpen in Photoshop werkt anders. Hiermee kun je een hele reeks opties tweaken – ideaal voor iedereen die de scherpte in zijn foto’s wat gerichter wil aanpakken. We bespreken hier alle belangrijke instellingen.
Photoshop heeft ook een filter genaamd Onscherp masker, maar het filter Slim verscherpen biedt veel meer mogelijkheden voor finetuning. Daarnaast vind je in het Camera Raw-filter in het tabblad Verscherpen de handige optie Details. Deze functie is echter vooral bedoeld om vooraf een raw-foto naar wens in te stellen en niet zozeer om achteraf scherpte toe te voegen.
Slim verscherpen werkt anders. Deze functie gebruik je eigenlijk altijd als laatste stap in een bewerkingsproces, wanneer je alle andere bewerkingen op de afbeelding al hebt uitgevoerd – inclusief het aanpassen van de grootte en resolutie. Heb je dat allemaal gedaan? Goed, dan kun je nu met Slim verscherpen aan de slag.
De optie Slim verscherpen
He vindt het gereedschap Slim verscherpen in het menu Filter>Verscherpen. Je kan het beste eerst de originele laag dupliceren met Ctrl+J. Klik met de rechter muisknop op de nieuwe laag en kies Omzetten in slim object. Je kan dan achteraf de verscherping eenvoudig aanpassen of tijdelijk uitschakelen. Ook kun je via een laagmasker, de Dekking of een overvloeimodus het effect verfijnen.
Ruis reduceren
Deze handige optie vermindert tegelijk met het verscherpen de hoeveelheid ruis. Zo zwak je bijvoorbeeld de ruis af die ontstaat bij hoge ISO-waarden. Soms neemt de ruis door het verscherpen zelf toe. Als je dit effect opmerkt, bijvoorbeeld in effen kleurvlakken of huidgebieden, gebruik dan de regelaar Ruis reduceren om dit tegen te gaan.
Hoeveelheid
Tijdens het verscherpen wordt het contrast van de contouren in de afbeelding verscherpt, oftewel alle plekken waar lichtere en donkerdere pixels elkaar raken. Via de optie Hoeveelheid geef je aan hoe sterk je dit contrast wilt verhogen. Het maakt de lichtere pixels langs de contourlijn lichter en de donkere pixels nog donkerder. De fijne details worden zo benadrukt, waardoor de afbeelding voor het oog scherper lijkt.
Verwijderen
In het snelmenu Verwijderen kun je het type verscherping wijzigen. Met de standaard Gaussiaanse vervaging verscherpt Photoshop langs de contouren. De Onscherpe lens kijkt naar opvallende contouren en details in de foto en produceert minder halo’s, vooral bij een hogere sterkte. Bij Bewegingsonscherpte wordt geprobeerd beweging tegen te gaan. Je kan daarbij ook de richting van de bewegingsonscherpte aangeven.
Straal
Hiermee bepaal je hoeveel pixels van de contouren worden meegenomen voor het verbeteren van het contrast. Bij een waarde van 2 px wordt het contrast over een afstand van twee pixels vanaf de contourlijn versterkt. Daarom moet je je afbeelding voor het verscherpen omzetten naar het uiteindelijke formaat en doel, bijvoorbeeld voor een afdruk op papier of voor Instagram. De verscherping past zich aan de resolutie van je afbeelding aan. Als er lelijke halo’s ontstaan, kun je het beste de Straal lager instellen.
Schaduwen en Hooglichten
Hier vind je regelaars om de verscherping van erg lichte of donkere pixels af te zwakken. Daarmee zou je ghosting moeten kunnen voorkomen. Het schuifje Vervagen vermindert de verscherping. Straal legt vast hoe groot het bereik rondom een beeldpunt moet zijn waarin Photoshop zoekt naar lichte en donkere pixels. En via Toonbreedte beperk je het niveaubereik. Lage waarden veranderen alleen de allerlichtste en allerdonkerste pixels.