De Nikon Z 5 in details
In vergelijking met de Z 6 en Z 7 heeft de Z 5 een paar veranderingen ondergaan. Andere componenten zijn juist rechtstreeks overgenomen.
Ruis: Wat betreft de weergave van storende pixels is de Nikon Z 5 totaal onopvallend. Bij het afdrukken op A3 zien afbeeldingen met ISO 12.800 er nog steeds goed uit. Petje af! In de 100 procent weergave op de monitor is het homogene patroon aangenaam tot ISO 3200. De ruis is alleen merkbaar bij hoge ISO-waarden. Prima!
Resolutie en details: Van de 2410 mogelijke lijnenparen per beeldhoogte (lp/bh) scoort de Nikon Z 5 bij ISO 100 ongeveer 2000 lp/bh. Tot ISO 800 blijven de waarden vrijwel constant. Vanaf ISO 12.800 komt de waarde onder de markering van 1700 lp/bh. Dat zijn al met al zeer goede waarden. Voor de weergave van fijne details scoort de camera slechts 1665 lp/bh bij ISO 100.
Bij ISO 1600 komen de waarden onder de 1500 lp/bh en bij ISO 6400 onder de 1300 lp/bh. Dat is een gemiddelde prestatie.
Bij het fotograferen van snelle series neemt de oudere Z 6, met 12 foto’s per seconde, echt een voorsprong. De Z 5 is daarentegen slechts in staat om 4,5 foto’s per seconde te schieten, wat voor sommige situaties iets te ontspannen is. De dslm houdt dit tempo voor 100 jpeg’s of raw’s vol, voordat het buffergeheugen een korte geforceerde pauze inlast. Maar de autofocus is perfect. Die is verbeterd en de prestaties van het fase- en contrastsysteem zijn opnieuw aangepast. Zowel de nauwkeurigheid als de snelheid van de bewegingen zijn indrukwekkend, inclusief ogen-AF voor mens en dier. Zelfs het volgen van onderwerpen in situaties met hoog contrast werkt heel goed. Alleen bij weinig licht gebeurde het in de test af en toe dat het volgpunt begon te springen en zo het onderwerp voor korte tijd verloor. De Nikon Z 5 is goed uitgerust voor dagelijks gebruik, maar net als bij elke andere camera voor gevorderde fotografen is er een beetje oefening nodig. En dit is precies waar de dslm weer een van zijn sterke punten laat zien.