Nikon Z 5
Nikons derde spiegelloze fullframe-dslm richt zich specifiek op fotografen die overstappen van APS-C naar fullframe. De concurrentie in het segment tot 2000 euro is echter hoog.
Nu elke grote fabrikant wel een respectabel aanbod van professionele systeemcamera’s heeft, richten de bedrijven hun aandacht geleidelijk aan op veel betaalbaardere modellen. Nikon is hierop geen uitzondering. Maar terwijl Panasonic, Sony en Canon zich focussen op een compactere behuizing, blijft de nieuwe Nikon Z 5 trouw aan de afmetingen van zijn twee grote broers en zussen, de Z 6 en Z 7. En dat is precies wat ons zeer goed bevalt! Onze gedetailleerde test maakt duidelijk hoe goed de prestaties zijn. De twee genoemde zustermodellen van de
Z 5 zijn niet echt zwaar en massief, dus waarom zou je iets veranderen wat tot nu toe heel goed werkt? Met 134 x 101 x 70 millimeter is de dslm slechts twee millimeter dikker dan zijn zustermodellen, dus dat is verwaarloosbaar. De bediening is nog steeds uitstekend en de Z 5 is zelfs als je grote handen hebt zeer comfortabel en voelt te allen tijde heerlijk vertrouwd aan. De positie van de twee vrij programmeerbare knoppen direct naast de grote Z-vatting aan de voorzijde is perfect. Veelgebruikte functies kun je zo heel gemakkelijk met de middel- en ringvinger bedienen, zonder dat dit ten koste gaat van een stevige en veilige grip.
Wat wel enigszins is veranderd, is het bedieningsconcept van de camera, ook al is het maar op een heel specifiek punt. De modusknop is ten opzicht van de Z 6 namelijk van de linker bovenkant van de camera naar de rechter bovenkant verschoven. Het praktische display aan de bovenkant is het slachtoffer gewor
den van deze maatregel. Jammer, maar begrijpelijk met het oog op de zoektocht naar besparingen. Alle andere knoppen zijn hetzelfde gebleven. We hebben overigens nog wel een suggestie voor verbetering van toekomstige modellen. Het kleine bedieningskruis aan de achterkant is in feite overbodig. Je kunt op de Z 5 namelijk ook navigeren met de focus-joystick, of nog veel intuïtiever via het touchscreen. Bovendien kun je geen extra functies aan het bedieningskruis toekennen. Tijdens het fotograferen heeft het bedieningskruis dus dezelfde taak als de joystick, namelijk het verschuiven van het focuspunt.
Modulair en flexibel inzetbaar
Onder de stevige afdekkingen aan de linkerkant van de behuizing vind je alles wat nodig is voor diverse toepassingen. Naast een aansluiting voor een externe microfoon en een koptelefoon zit daar ook een mini hdmi-poort en een usb-C-poort. Via die laatste kun je de camera nu ook tijdens het gebruik bedienen. Heel goed! Wanneer de Z 5 is uitgeschakeld, kun je de nieuwe EN-EL15c accu (met een verhoogde capaciteit van ongeveer 15 procent ten opzichte van zijn tegenhangers in de Z 6 en Z 7) opladen. Deze combinatie verhoogt de accuduur van de systeemcamera in combinatie met een powerbank aanzienlijk. Wederom top! Verder zitten de twee SD-kaartslots nu verborgen onder het klepje aan de rechterkant van de behuizing. Beide slots ondersteunen de snelle UHS-II-standaard. Ook goed!
Het feit dat Nikon in de Z 5 niet voor XQD heeft gekozen, moet vooral prijsbewuste fotografen aanspreken. De juiste beslissing met het oog op die doelgroep.
Het grote touchscreen op de achterkant is in omvang niet veranderd. Het scherm meet nog steeds een aangenaam grote
3,2 inch, maar heeft wel maar een resolutie van zo’n 1,04 miljoen pixels. Dat is minder dan de helft van het scherm van de Z 6 en Z 7. Met de leesbaarheid en scherpte van het display zit het wel goed, maar andere camera’s stellen de norm als het gaat om ophanging en beweeglijkheid. Een blik op het model van Canon zou wat flexibiliteit betreft niet verkeerd zijn. Het display klapt ongeveer 45 graden naar beneden en bijna 90 graden omhoog, maar niet naar voren of opzij. De elektronische zoeker met een vergrotingsfactor van 0,8 en een dekking van 100 procent is wel weer top en onveranderd ten opzichte van de Z 7. Geen reden tot klagen dus. Integendeel: 3,7 miljoen pixels zorgen voor een helder en scherp beeld. De hoge beeldfrequentie en minimale vertraging zijn indrukwekkend en doen de grens tussen de optische en elektronische zoeker bijna vervagen.
Hetzelfde maar toch anders
Bij een eerste blik op de binnenkant lijkt de Z 5 gelijk aan de bijna twee jaar oude
Z 6. Maar ook hier zijn een aantal positieve veranderingen doorgevoerd. Die komen vooral aan het licht wanneer we kijken naar de metingen van het laboratorium. Op papier heeft de fullframe-dslm een resolutie van 24,2, wat 0,2 megapixels lager is dan die van zijn zustermodel. In de praktijk maakt dit geen verschil. De geïntegreerde 5-assige beeldstabilisator doet het nog steeds uitstekend en vermindert heel betrouwbaar alle bewegingsonscherpte. Dat is direct prettig. Het bruikbare ISO-bereik strekt zich uit van ISO 50 tot ISO 102.400. In vergelijking met de Z 6 ontbreekt er één diafragmastop. Maar waarschijnlijk zullen weinig fotografen zulke hoge ISO-waardes gebruiken. Dus ook hier is geen verschil in het dagelijks gebruik.
Wat de signaalverwerking betreft, hebben de ingenieurs de beeldkwaliteit nog verder weten te optimaliseren. Tot en met ISO 800 heeft deze nieuwkomer zelfs een lichte voorsprong bij de resolutiemeting, maar daarna worden de rollen omgedraaid. Het verschil ligt daarbij steeds tussen 30 en 60 lijnenparen per beeldhoogte (lp/bh), een waarde die over het geheel genomen bijna verwaarloosbaar is. De deadleavesmeting om fijne details te bepalen toont een klein voordeel voor het oudere model: de Z 6 ligt tussen 100 en 150 lp/bh voor op de nieuwe Z 5. Bij de ruisvorming bij weinig licht doet de Z 5 het een tikkeltje beter. De nieuwkomer heeft een iets betere grip op storende pixels, zowel in de volledige, 100 procent weergave op het beeldscherm als bij afdrukken op A3. De tussentijdse conclusie over de beeldkwaliteit is dan ook dat de Nikon Z 5 en Z 6 bijna op hetzelfde hoge niveau zitten. Het is eenvoudigweg niet mogelijk om op dit punt met het blote oog bij een van de twee systeemcamera’s opvallende voor- of nadelen waar te nemen.