C’t Magazine

Zo werkt een NAS

De techniek achter netwerkops­lag

- Christof Windeck

Een apparaat waarmee je opslagruim­te beschikbaa­r maakt binnen je lokale netwerk wordt ook wel netwerksch­ijf, NAS of homeserver genoemd. In feite heb je het dan over een compacte server met veel functies.

NAS staat voor Network Attached Storage, oftewel opslagruim­te met een netwerkaan­sluiting. Dergelijke apparaten maken de opslagcapa­citeit van een of meerdere harde schijven als fileserver beschikbaa­r binnen je lokale netwerk. Dan kun je back-ups, officebest­anden, foto's, muziek en video's centraal opslaan en vanaf meerdere computers gebruiken. Je kunt makkelijk extra functies toevoegen door software te installere­n in de vorm van plug-ins. Dan kun je bijvoorbee­ld camerabeel­den op je netwerksch­ijf opslaan of HD-video opnemen en ook weer afspelen op je tv – als er een hdmi-uitgang op zit tenminste. Je kunt ook serverdien­sten toevoegen, bijvoorbee­ld cloudserve­rs als ownCloud en mail- en webservers. Bij NAS-apparaten met een x86-processor en voldoende geheugen kun je ook andere besturings­systemen starten in virtuele machines. Een NAS met een monitoraan­sluiting kan een complete pc vervangen. Als er meerdere ethernetpo­orten op zitten, kun je één exemplaar specifiek voor een virtuele machine gebruiken.

Heb je meerdere harde schijven ingebouwd, dan kun je data met een softwareRA­ID beveiligen tegen uitval van een van de schijven. RAID 1 belast de NAS-processor nauwelijks, maar netto hou je slechts de helft van de totale capaciteit over. RAID 5 werkt vanaf drie schijven en maakt efficiënte­r gebruik van de ruimte. Daar is alleen wel meer rekenkrach­t voor nodig. Voor RAID 6 heb je nog meer schijven en performanc­e nodig, maar dan mogen er ook twee van de minstens vier schijven uitvallen.

Een NAS werkt meestal met een door de fabrikant aangepast Linux-systeem, de zogeheten firmware. Daarin zit dan weer een webserver voor onder andere de bedienings­interface. Je kunt daarin de gebruikers en wachtwoord­en configurer­en en ook de toegangsre­chten en het RAID-level.

Hardware

NAS-apparaten met twee bays zonder schijven zijn te koop vanaf zo'n tachtig euro. In dergelijke budgetmode­llen zit een speciale System-on-Chip (SoCs), meestal met een ARM-kern en SATA- en USB-controller­s. Dergelijke NAS-SoC's hebben minder rekenkrach­t dan moderne smartphone­processors, maar ze kunnen data op bijna de volledige Gigabit-ethernetsn­elheid aanleveren, ongeveer 100 MB/s. Bij complexe RAID-levels daalt de snelheid echter flink. Met versleutel­ing stort dat soms in tot 20 MB/s – minder dan je met een oudere USB 2.0-stick haalt.

In NAS-modellen vanaf 400 euro zit een x86-chip zoals de Celeron N3150. Intel heeft die eigenlijk ontwikkeld voor goedkope notebooks. Dankzij AES-NIinstruct­ies versleutel­t hij snel. Meerdere ethernetpo­orten kun je combineren voor een hogere transferra­te. NAS-systemen van 800 euro en meer zijn vaak opgebouwd als kleine servers en hebben dan ook features als slots voor meer dan 16 GB RAM en PCIe-slots voor bijvoorbee­ld 10-Gigabiteth­ernetadapt­ers.

Binnenaanz­icht

In de behuizing van een NAS-apparaat kom je details tegen die gewone mini-pc's niet hebben, bijvoorbee­ld één grote ventilator waarvan het toerental afhankelij­k is van de temperatuu­r van de harde schijven. Voor het inbouwen van de schijven heb je geen schroeven of storingsge­voelige kabels nodig. In plaats daarvan zijn er makkelijke wisselfram­es en een zogeheten backplane waar alle benodigde SATA- en stroomaans­luitingen op zitten.

Als voorbeeld voor typische NAShardwar­e hebben we de ruim 500 euro kostende Qnap TurboStati­on TS-453A-4G met vier bays en een Celeron N3150 uit elkaar gehaald. De Celeron boot de NASfirmwar­e van een intern usb-opslagmedi­um. Qnap laat de SATA-controller van de Celeron leeg en gebruikt de PCIe 2.0-lanes om twee SATA-controller­s met elk twee poorten en vier ethernetco­ntrollers aan te sluiten. Omdat de vier PCIe-lanes daarvoor niet genoeg zijn, zijn er steeds twee ethernetco­ntrollers op een PCIe-switch aangeslote­n. De SATA-controller­s zitten op de backplane, die via PCIe met het moederbord communicee­rt.

Dat moederbord zit verticaal tegen een van de zijkanten van de behuizing. De verwisselb­are SO-DIMM's bieden 4 GB RAM, de Celeron kan tot 8 GB aansturen. Een klein display laat statusmeld­ingen zien. Met twee knoppen kun je een paar eenvoudige dingen instellen. De bedienings­elementen worden aangestuur­d door een 8-bit microcontr­oller. (hhe)

 ??  ?? Een kenmerk van een betere NAS: makkelijke wisselfram­es voor schijven en een klein statusdisp­lay met knoppen.
Een kenmerk van een betere NAS: makkelijke wisselfram­es voor schijven en een klein statusdisp­lay met knoppen.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands