Apollo-Celeron
De goedkoopste Intel-processors zijn bedoeld voor notebooks en goedkope mini-pc's. De nieuwste generatie van deze zuinige en high-integrated systems-on-chip (SoC's) heet Apollo Lake. We hebben hiervan de Celeron J3455 getest, op het mini-ITX-moederbord J3455ITX van Asrock.
De relatief hoge prijs is deels te verklaren doordat Asrock zelf een adapter van DisplayPort naar HDMI monteert. De MegaChips MCDP2800BC ondersteunt HDMI 2.0. Daarmee kun je 4K-displays op 60 Hz aansturen. Dat werkte zonder problemen met Acers monitor S277HK en een aantal smart-tv's.
Met nog een extra chip worden twee SATA 6G-poorten toegevoegd. Apollo Lake-SoC's hebben namelijk net als hun Braswell-voorgangers slechts twee SATA 6G-poorten. Daardoor zijn ze standaard niet zo geschikt voor mini-servers.
Performance
Dankzij Goldmont, de verbeterde microarchitectuur van de cpu-kernen, werkt een Apollo Lake een stuk sneller dan een Braswell. Hoewel de klokfrequentie van de processor in turbomodus slechts 10,5 procent hoger ligt dan bij de Celeron N3150, is de Celeron J3455 in de Cinebench R15 bijna 40 procent sneller. Voor een vergelijking met de 6W-chip Celeron N3150 zou de Celeron N3450 overigens beter zijn geweest, maar die hadden we helaas niet tot onze beschikking. De J3455 is gespecificeerd voor 10 watt en de gpu werkt iets sneller. Volledig belast verbruikt de J3455ITX met een ATX-voeding 28 watt. Dat is 5 watt meer dan de fanless mini-pc Zotac ZBox CI323 Nano met Celeron N3150. Deze meting wijst erop dat de J3455 over zijn TDP heen gaat. Als je hem langere tijd volledig belast, loopt de temperatuur van de koeler van de J3455-ITX op tot 68°C – zelfs zonder behuizing. Idle verbruikte de ASRock J3455-ITX inclusief voeding tien watt.
Vergeleken met de desktop-Celeron G3900 met twee Skylake-cores scoort ook de Celeron J3455 niet hoog: eerstgenoemde is per thread meer dan twee keer zo snel (108 in plaats van 50 Cinebench-punten) en dus ook bij multi-threading sneller (218 versus 181 punten), terwijl die cpu maar half zo veel kernen heeft. Bij programma's die niet meer dan twee kernen benutten, merk je dat duidelijk.
Op het gebied van 3D-versnelling is Apollo Lake wel beter, maar nog steeds niet geweldig. Wel blinkt de Celeron J3455 uit bij de videobenchmark. In tegenstelling tot de Skylake-gpu kan hij 4K-video's decoderen in zowel YouTubes VP9 als in het 10-bit-HEVC-formaat. Bij maximale resolutie haperde het beeld echter af en toe. VP9 werd daarnaast alleen in Microsoft Edge vloeiend afgespeeld, want Google Chrome kon de hardwareversneller niet gebruiken. Daarnaast werd niet duidelijk of de Celeron J3455 via de HDMI 2.0-adapterchip ook echt HDR-signaal levert. Intel belooft dat in elk geval niet. Voor Apollo Lake zullen geen drivers voor Windows 7 uitkomen. De fabrikant wil alleen stuurprogramma's ontwikkelen voor Windows 10 en Linux.
Conclusie
Ondanks de betere performance blijven Apollo Lake-chips relatief langzaam. Voor eenvoudige taken bieden ze wel genoeg en als videospeler slaan ze zowaar een goed figuur – zij het alleen onder Windows 10. Voor dat laatste moet je als doe-het-zelver behoorlijk wat geld op de toonbank leggen. Atom-Celerons zijn hierdoor met name interessant voor pc-fabrikanten. De J3455-ITX is vooral geschikt voor videospelers zonder ventilator. Voor ongeveer hetzelfde geld heb je namelijk ook een LGA1151-moederbord met Celeron G3900 en die doet veel dingen een stuk sneller – maar verbruikt daarbij wel heel wat meer stroom. (mvdm)
Intel heeft de serie 'Atom-Celerons' voor goedkope notebooks en minipc's vernieuwd. De processors zijn sneller, sturen 4K-displays aan met 60 Hz en decoderen HEVC- en VP9video's.
Budgetprocessor Intel Celeron J3455 met HDMI 2.0-adapter