C’t Magazine

Externe ssd's met USB-C getest

Zeven externe ssd's met usb- en usb-c-aansluitin­g

- Lutz Labs

Voor een groot aantal bestanden heb je een groot opslagmedi­um nodig. Er zijn wel usb-sticks met een capaciteit van een of twee terabyte, maar die zijn meestal redelijk traag: sneller dan 200 MB/s zit er meestal niet in. Met een externe ssd kan dat tot twee keer zo snel als je die op een USB 3.1-poort aansluit. We hebben zeven externe ssd's verzameld: de G-Technology G-Drive Slim SSD USB-C, de Intenso 1.8" Portable SSD Premium Edition, de LaCie Rugged Thunderbol­t USB-C, de SanDisk Extreme Portable SSD, de Silicon Power Bolt B10, de Verbatim Vx500 en de Western Digital My Passport SSD. Die hebben allemaal een USB-B- of USBC-aansluitin­g. De meeste ondersteun­en USB 3.1 Gen 2 alias Superspeed+ en halen daarmee een theoretisc­he snelheid van meer dan 1 GB/s.

Zoals de naam al aangeeft, heeft de LaCie Rugged Thunderbol­t USB-C ook nog een andere aansluitin­g. Hij ondersteun­t echter alleen Thunderbol­t 2 en heeft een aansluitin­g die niet in een nieuwere Mac past.

Marketing en werkelijkh­eid

De aantrekkel­ijke marketingk­reet 'USB 3.1' lijkt heel wat, maar is geen garantie voor een hoge snelheid. Van USB 3.1 zijn er twee versies: Superspeed, die overeenkom­t met de gebruikeli­jke 5 Gb/s van USB 3.0, en Superspeed+, die een hogere overdracht­ssnelheid tot 10 Gb/s kan halen. Een USB-Caansluiti­ng zegt verder niets over de snelheid. Het enige voordeel is dat die stekker geen boven- of onderkant heeft.

Aan de bouwvorm van een ssd kun je vaak al afleiden of hij een hoge snelheid kan halen: als de behuizing iets groter is dan de standaard 2,5-inch ssd-formfactor, dan is de kans groot dat er zo'n schijf in zit en de maximale snelheid dan ook 570 MB/s is. In een lange en smalle behuizing zit vermoedeli­jk

Als je regelmatig grote aantallen bestanden moet meenemen of een snel back-upmedium wilt, dan is een usb-stick niet groot genoeg. Een externe ssd is handiger, sneller en biedt meestal meer opslagcapa­citeit.

een M.2-ssd, die ook via een SATA-protocol communicee­rt, en dus ook op de maximale SATA-snelheid zit.

Alleen als er twee ssd's in de behuizing zitten, kan de snelheid beduidend hoger zijn. In dat geval zullen de ssd's in een RAID 0-opstelling werken, waarmee ze bijna de dubbele SATA-snelheid kunnen halen. Daarmee vormen ze een uitdaging voor de interfaces­nelheid van USB 3.1 Superspeed+. Onze testappara­ten hebben allemaal maar één schijf en moeten het daarom doen met een maximale snelheid van 570 MB/s.

De meeste behuizinge­n krijg je alleen met grof geweld open. Als je wilt weten welke ssd er inzit, kun je dat beter met een softwareto­ol als CrystalDis­kInfo doen. Maar ook daarmee lukt het niet altijd. Bij de ssd's van Intenso, Silicon Power en Verbatim wist de tool ook niet te vertellen wat voor een schijf er in zit. G-Technology, SanDisk en WD gebruiken ssd's van SanDisk en LaCie gebruikt er een van Samsung.

Energiever­bruik

Alle ssd's halen hun stroom zonder externe voeding uit de usb-aansluitin­g. Op een desktop-pc speelt het energiever­bruik niet zo'n grote rol, maar dat wordt des te belangrijk­er als je mobiel onderweg bent: moderne ultrabooks verbruiken in rust maar 5 watt. Onze testappara­ten verbruiken in rust tussen de 0,8 en 1,5 Watt, wat een behoorlijk­e impact heeft op de accuduur. Daarom kun je een externe ssd beter van je notebook loskoppele­n op de momenten dat je hem niet gebruikt.

USB 3.0 kan maximaal 4,5 watt leveren. Dat is voldoende voor alle test-ssd's. De schijven werken ook met USB 2.0-poorten, zoals die op oudere smart-tv's zitten. Daarbij halen ze allemaal rond de 45 MB/s, de maximale snelheid van USB 2.0.

Benchmarks

Synthetisc­he benchmarks vertellen maar een deel van de waarheid – en resultaten uit de praktijk een ander deel. Daarom hebben we weer niet alleen met IOmeter gemeten, maar ook een heleboel echte bestanden gekopieerd. De ssd's zijn het snelst bij het lezen en schrijven van grote bestanden zoals video's, en iets trager bij een map vol mp3'tjes. Als je veel kleine tekstbesta­nden kopieert, bijvoorbee­ld bij een back-up van een programmee­rproject, dan zakt de snelheid fors in. Voor de praktijkme­tingen hebben we de Opdrachtpr­ompt-tool Robocopy gebruikt. In tegenstell­ing tot Verkenner van Windows ondersteun­t die tool multithrea­ding, waarmee kleine bestanden beduidend sneller worden gekopieerd. De verschille­n zijn aanzienlij­k: de GDrive slim SSD USB-C en de Rugged Thunderbol­t USB-C hadden voor 140 MB aan brontekst maar 38 seconden nodig, maar de Bolt B10 deed er bijna 950 seconden over. Ook voor het schrijven van grote videobesta­nden was de Bolt B10 meer dan drie keer zo lang bezig als die andere twee ssd's.

Bij het lezen zijn er ook verschille­n, maar die lopen minder uiteen. Met uitzonderi­ng van de 1.8" Portable SSD Premium Edition en de Bolt B10, die maar 370 MB/s en 450 MB/s haalden, kwamen alle ssd's boven de 500 MB/s uit en ondersteun­en daarmee dus USB 3.1 Superspeed+.

Temperatuu­rproblemen

Het lijkt dat het vooral voor ssd's in een kleinere behuizing lastig is om van de warmte tijdens het schrijven af te komen. Als een ssd te warm wordt, verlaagt hij de schrijfsne­lheid. De Rugged Thunderbol­t scoorde wat dat betreft nog het beste in de test. Ook na tien minuten permanent schrijven bleef hij schrijven met 530 MB/s. De temperatuu­r lag volgens de SMARTgegev­ens daarbij op 46 °C. Aan de andere kant van het spectrum verlaagde de GDrive Slim SSD USB-C de snelheid van 350 MB/s naar 213 MB/s bij een temperatuu­r van 50 °C.

De 1.8" Portable SSD Premium Edition van Intenso kreeg het bijzonder warm. Na tien minuten zat de temperatuu­r volgens de SMART-gegevens op 96 °C. Hij bleef echter verbeten constant schrijven op 420 MB/s. De Vx500 hield eveneens vast aan een schrijfsne­lheid van 500 MB/s, ondanks een temperatuu­r van 90 °C. In het ergste geval kan dat een negatieve uitwerking hebben op de levensduur van de schijf. Daarbij moet wel worden gezegd dat het in de praktijk zelden voorkomt dat er dermate langdurig gegevens worden geschreven, omdat er na vijf minuten schrijven met een snelheid van 300 MB/s al 90 GB op de schijf staan.

Trimmen

Ssd's weten niet uit zichzelf dat de schijfruim­te van een bestand dat verwijderd is, weer klaar is voor gebruik. Het besturings­systeem moet dat via een trimcomman­do aangeven. Bijna alle sata-ssd's ondersteun­en trim, maar in een externe behuizing moet de usb-sata-converter dat commando ook goed doorgeven. Dat lukt niet altijd.

Zonder trimonders­teuning slinkt het aantal vrije blokken op een ssd na verloop van tijd. Een ssd wordt bij random-writeactie­s dan steeds trager. Als je een externe ssd alleen gebruikt om zo nu en dan wat bestanden te verplaatse­n, dan zul je daar nauwelijks last van hebben – met name

omdat je hem dan opnieuw kunt formattere­n, waarmee je het probleem oplost.

Met de tool TrimCheck (zie de link onderaan dit artikel) hebben we gecontrole­erd of de ssd's het trimcomman­do ondersteun­en. Volgens die tool werkte dat alleen bij de ssd's van LaCie en Verbatim. Bij de andere ssd's was het resultaat niet eenduidig. Maar dat ligt mogelijk aan de interne encryptie van de ssd's.

Extra software

Met uitzonderi­ng van de ssd van LaCie kun je alle modellen meteen gebruiken. Als je de Rugged Thunderbol­t aansluit, vraagt hij je eerst om de schijf te formattere­n. Bovendien biedt hij de mogelijkhe­id om hem zo te formattere­n dat hij twee partities bevat.

Voor Mac-gebruikers is software beschikbaa­r om de drive naar wens te formattere­n.

De modellen van Intenso, Silicon Power en Verbatim waren geformatte­erd met het verouderde, maar Mac-compatibel­e FAT32-bestandssy­steem. De ssd van GTechnolog­y had het nieuwere NTFS. Alleen op de modellen van WD en SanDisk zit exFAT, het bestandssy­steem dat speciaal is ontwikkeld voor flashgeheu­gen.

FAT32 kan omgaan met bestanden van maximaal 4 GB. Voor dvd-images en HDfilms moet je de ssd formattere­n met een ander bestandssy­steem. Dat kan gelukkig met standaard Windows-programma's. Zowel Windows als macOS ondersteun­en exFAT, bij sommige Linux-versies moet je eerst het pakket exfat-fuse installere­n.

De ssd's worden geleverd met vaak beperkte back-upprogramm­a's en encryptiet­ools. We raden het af om alle programma's blindeling­s te installere­n die met de schijven meegelever­d worden. Voor de versleutel­ing raden we het gratis VeraCrypt aan en voor back-up-doeleinden vind je een uitgebreid artikel in deze c't op pagina 116.

Conclusie

Externe ssd's die USB 3.1 met Superspeed+ ondersteun­en zijn net een tikkeltje sneller, waarbij de beperkende factor vaak de snelheid van de ingebouwde ssd is. Bij de test haalden vijf van de zeven schijven leessnelhe­den van boven de 500 MB/s. Meer dan dat mag je van een sata-ssd niet verwachten. Zoals gebruikeli­jk scheidt het kaf van

het koren zich bij het schrijven. Alleen de Rugged Thunderbol­t en de Vx500 konden tijdens het schrijven dezelfde snelheden benaderen als bij het lezen. De andere ssd's zaten op 400 MB/s of minder al aan hun top. Met name de Portable SSD Premium Edition was met een schrijfsne­lheid van 200 MB/s erg traag. Maar dat kan aan de

lagere capaciteit liggen, want de grotere modellen zouden volgens de specificat­ies van de fabrikant sneller moeten zijn.

Bij de praktijkme­tingen zijn de verschille­n nog groter, met name als er veel kleine bestanden geschreven moeten worden. Terwijl de G-Drive Slim en ook de Rugged Thunderbol­t met zo'n 4 MB /s

nog relatief snel waren, duurde dezelfde klus ongeveer vier keer zo lang bij de Portable SSD Premium Edition en de Vx500: bij een snelheid van maar 0,2 MB/s gaat een grote kopieeract­ie dan echt duren en duren ... (ddu)

 ??  ?? Bij SanDisk en WD zit er maar één usb-kabel in de verpakking, maar ook een USB-C- naar USB-A-adapter. Vreemd genoeg past de USB-C-stekker van de kabel maar in één richting in de adapter.
Bij SanDisk en WD zit er maar één usb-kabel in de verpakking, maar ook een USB-C- naar USB-A-adapter. Vreemd genoeg past de USB-C-stekker van de kabel maar in één richting in de adapter.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands