All-in-one-kleurenlasers
papierlade voor 250 vel normaal papier en automatisch dubbelzijdig printen (duplex). De geteste apparaten zijn de Brother DCPL3550CDW, de Canon i-Sensys MF645Cx, de HP Color LaserJet Pro MFP M283fdw en de Lexmark MC3224dwe.
Deze vier apparaten verschillen duidelijk qua uitrusting. De Lexmark MC3224-printer, die met 210 euro de goedkoopste is, heeft alleen een flatbedscanner. Alle andere printers kunnen automatisch hele batches documenten scannen, kopiëren of faxen via een Automatic Document Feeder (ADF) voor 50 vellen. Alleen de Canon i-Sensys digitaliseert ook de achterzijde van documenten dankzij een tweede scanlijn.
Alleen de Canon en HP zijn uitgerust met een faxmodem en een usb-hostpoort voor het rechtstreeks printen en scannen van en naar usb-geheugensticks. Afgezien van de ADF en het display zijn die twee printers opvallend identiek: de twee fabrikanten werken nauw samen bij het ontwikkelen van printers. Maar er zijn grote verschillen tussen de twee modellen als je kijkt naar de bediening en de functies, want de HP LaserJet Pro is meer ontworpen voor thuisgebruikers en kleine kantoren, terwijl de Canon i-Sensys bedoeld is voor in grotere bedrijven met een centraal beheer.
Alle multifunctionele printers in deze test kunnen via een usb-kabel aan een pc verbonden worden of via een netwerkkabel of wifi op het lokale netwerk worden aangesloten. Op die manier kunnen ze door meerdere computers gebruikt worden. Ze zijn echter niet geschikt voor zeer veel werknemers. Er ontbreekt namelijk een uitbreidbare papiervoorraad en een krachtigere printunit. Via WiFi Direct kan elke printer opdrachten aannemen vanaf smartphones en tablets die zelf geen toegang hebben tot het netwerk.
BEDIENING
Bij all-in-one-printers is touchscreenbediening nu standaard. Dat is niet altijd een fijne optie, want bij het invoeren van cijfers of het intypen van mailadressen zou een toetsenbord wel prettig zijn. Alleen de Brother L3550 heeft naast het touchscreen nog de normale cijfer- en functietoetsen. Vooral de kleine displays van HP en Lexmark kunnen bij bepaalde bedieningsstappen behoorlijk vervelend zijn. Bovendien hebben ze capacitieve touchscreens die alleen vingerbediening toelaten of speciale smartphonepennen van geleidend materiaal. Bij de resistieve schermen van Brother en Canon kun je ook een pennendop gebruiken om op het scherm te typen.
De functiemenu’s kunnen echter vrij goed met een vinger worden bediend. Met uitzondering van het propvolle hoofdmenu van de Canon i-Sensys, dat over meerdere schermen verdeeld is, bieden alle apparaten menu’s waarin je de hoofdfuncties zoals kopiëren of scannen meteen kunt vinden. Het wordt moeilijker als je sommige configuraties wilt wijzigen of bepaalde diensten wilt configureren. Als de printer via een netwerk is aangesloten, is het beter om de webinterface te gebruiken. Op die manier is het simpeler om de instellingen te wijzigen, contactlijsten voor de faxfunctie of scannen-naar-email te bewerken en netwerkservices in te stellen.
PRIJZIGE TONER
Elektrofotografische printers zoals laser- en led-apparaten zijn veel complexer dan inkjetprinters. Dat begint met het genereren van hoogspanning die nodig is om het tonerpoeder elektrostatisch op de beoogde plaats te houden. Dan zijn er nog de gevoelige drums, de transferriem en de fixeereenheid. De single-pass kleurenlaserprinters in deze test hebben vier drums. De transferunit pakt de vier afzonderlijke beelden op van de drums en brengt ze over op het papier. Een fuserwals die tot ongeveer 200 graden wordt verwarmd, strijkt het poeder op de drukzijde. Al die componenten worden tijdens het printen zwaar belast en hebben daardoor slechts een beperkte levensduur. De meeste zijn verbruiksgoederen, net als de houder voor de restjes toner die de overtollige toner die tijdens elk drukproces wordt geproduceerd absorbeert.
Dat alles maakt laser- of led-printen – of de fotodrum nu wordt belicht door een laserscanner of een led-lijn is niet relevant voor het verdere printproces – veel duurder dan printen met inkt. Bovendien verdienen fabrikanten heel weinig aan de relatief goedkope apparatuur en verdienen ze hun geld in plaats daarvan aan de verbruiksgoederen. Bij normale cartridges kost een standaard kleurenpagina