Single of blend?
Criollo: witte cacaoboon. Ontstaan in het noordelijk Amazonegebied. De Spanjaarden hebben de criollo ingevoerd in de Caraïben, Indonesië, Java, de Filippijnen en Maleisië. Forastero: paarse cacaoboon die ontstond in het zuidelijke deel van het Amazonegebied. De Portugezen hebben deze cacaoboon meegebracht naar Afrika. Trinitario: cacaoboon die is ontstaan uit kruisingen tussen de forastero en criollo. Voor het maken van chocolade wordt vaak gebruik gemaakt van blends, dus van cacaobonen uit verschillende regio’s. De laatste jaren is single-originchocolade in opkomst, chocolade van cacaobonen uit één regio. Verschillende cacaogebieden zorgen voor unieke rassen en een karakteristieke smaak van de cacaobonen. Cacaobonen nemen net als druiven tijdens de groei de smaaktonen uit de omgeving op. Hierdoor smaakt elke single-originchocoladereep weer anders. Cacao uit Madagaskar staat bekend om zijn fruitige smaak met tonen van hout en specerijen. De Dominicaanse Republiek produceert juist weer cacaobonen die robuust smaken met veel tannine en tonen van kruidnagel en kaneel. Vaak is de hele productie van een bean-to-barreep in handen van één bedrijf, waardoor er meer zicht is op de duurzaamheid en de arbeidsomstandigheden van de boeren. Soms ook komen de cacaobonen voor een reep van één enkele plantage, deze herken je aan de term ‘single plantation origin’. Maar blend of single origin, het zegt niet iets over de kwaliteit. De beste chocolatiers maken gebruik van blend-chocolade, met veel oog voor smaak samengesteld.