"niet alleen goed voor je keel, maar ook erg lekker."
Honing-gemberhoestbonbons Deze ouderwetse snoepjes bevatten ingrediënten die al eeuwenlang worden gebruikt om verkoudheid en keelpijn te verlichten. 1 Schil en rasp de gember. Doe de gember samen met de kruidnagels en 200 ml water in een kleine pan. Breng aan de kook en laat 5 minuten zachtjes koken. Laat deze kruidendrank dan afkoelen. 2 Maak de vormen door de maïzena en de poedersuiker samen te zeven. Spreid dit suikermengsel gelijkmatig uit over een bakplaat of ondiepe plastic container en druk er dan op regelmatige afstand van elkaar kleine ronde objecten (een maatlepel van ½ theelepel werkt goed) in, zodat een mal ontstaat. Maak 40-50 holten; gebruik indien nodig meer dan één plaat. 3 Schenk het gember-kruidnagelaftreksel door een zeef. Druk de gember uit met de achterkant van een lepel om er zoveel mogelijk sap uit te drukken. Doe 100 ml van dit vocht in een grote pan met dikke bodem en voeg de honing en de suiker toe. Het is belangrijk om een grote pan te gebruiken, omdat het honingmengsel uitzet en tijdens het verwarmen omhoogkomt in de pan. 4 Breng het honingmengsel langzaam aan de kook en blijf roeren tot de suiker en de honing zijn opgelost. Laat, onder af en toe roeren met een houten lepel, hard doorkoken tot de siroop een temperatuur van 150°C heeft. Neem de pan van het vuur en schenk met behulp van een eet- of pollepel een beetje van de siroop in de holten op de bakplaten. Als de siroop te stijf wordt, kun je hem weer een minuutje verwarmen. 5 Laat de hoestbonbons afkoelen en neem ze dan uit het maïzena-poedersuikermengsel door ze in een zeef te doen. Je kunt de hoestbonbons maximaal een maand bewaren in een goed afgesloten trommel.