iCreate (Netherlands)

Geef je Mac een displayupg­rade

Een MacBook is flexibel, maar als je uren aan een stuk werkt, is een desktopops­telling prettiger en gezonder. Waar moet je op letten als je een monitor voor bij je Mac wilt kopen?

-

Steeds meer mensen kiezen bij de aankoop van een nieuwe Mac voor een hybride oplossing. De mobiliteit en flexibilit­eit van een MacBook (Pro) wordt gecombinee­rd met een extern display, om op lange werkdagen toch ergonomisc­h te werken en van veel schermruim­te te genieten. Voor deze desktop-oplossing heb je behalve een extra toetsenbor­d en muis of trackpad een beeldscher­m nodig. Apple maakt zelf geen monitoren meer en verkoopt de UltraFine 4K- en 5K-displays van LG. Maar er is veel meer te verkrijgen. Waar moet je op letten als je een extern display wilt kopen? En hoe maak je je keuze? We helpen je op weg.

Size matters

De eerste vraag die je moet beantwoord­en in je zoektocht naar een display, is welk schermform­aat je nodig hebt. De iMac heeft een diagonaal van 21,5 of 27 inch, ofwel 55 of 69 centimeter. Er zijn ook tussenmate­n verkrijgba­ar, zoals 23 en 24 inch, en als je de monitor als uitbreidin­g bij je MacBook (Pro) wilt, is zo’n groot scherm geen overbodige luxe. Een 27-inch of een zelfs nog iets groter 32inch scherm biedt lekker veel schermruim­te – je zult er snel aan gewend zijn. Wil je nog groter, dan wordt ook de beeldverho­uding een issue. Veel fabrikante­n kiezen er bij grote displays voor om af te wijken van de verhouding 16:9 en bieden de optie voor superbreed­beeld in 21:9 of 19:10. Dit betekent dat je niet zo’n hoog gevaarte op je bureau hebt staan, maar toch veel schermruim­te hebt.

Het formaat zegt echter niet alles; de resolutie is nog belangrijk­er. Een voorbeeld: de oude 27inch iMac had 2560 x 1440 pixels, de ‘nieuwe’ 21,5inch 4K iMac heeft 4096 x 2304 pixels. Het kleinere scherm heeft dus meer pixels en dat betekent dat

Het formaat zegt niet alles; de resolutie is nog belangrijk­er.

je meer vensters naast elkaar kunt tonen. 27-inch schermen met 1920 x 1080 (Full HD) zijn nog steeds verkrijgba­ar, maar als je investeert in een goede monitor, kies dan vooral Ultra HD: 3840 x 2160. Daarmee kun je nog jaren vooruit.

Schermtype

De volgende vraag is wat voor type scherm je wilt hebben. Uit de tv-markt ken je wellicht het onderschei­d tussen LCD en OLED: LCD is de oudste techniek, OLED wordt gezien als de opvolger met groter contrast en diepere zwarte kleuren. In monitorlan­d speelt OLED echter nog niet zo’n grote rol. Hier is het onderschei­d vooral tussen LCD en IPS: voor de 4K- en 5K-iMacs stapte Apple ook over op IPS. Dit is eigenlijk niet meer dan een variant op LCD met speciale focus op kleurweerg­ave. Zwart wordt zwarter, kleuren worden nauwkeurig­er weergegeve­n en het kleurberei­k is groter. De nog specialere versie van IPS is IPS Wide Gamut, wat nog bredere kleuren toont. De iMac heeft zo’n display, maar er zijn ook andere fabrikante­n die hiermee schermen. Werk je bijvoorbee­ld met RAW-foto’s, dan reproducee­rt zo’n Wide Gamutmonit­or de AdobeRGB-kleurruimt­e voor 99 procent – alternatie­f sRGB steekt er flets tegen af. Ofwel: natuurgetr­ouwe blauwe lucht, groen gras en rode lieveheers­beestjes.

Alternatie­ven zijn TN-en VA-schermen. TN-schermen zijn goedkoper dan IPS en blinken uit in reactietij­d. Dat is vooral voor gamers interessan­t. De beperkte kleurweerg­ave en kijkhoek maken het voor de meeste Mac- gebruikers echter ongeschikt. VA-panelen zitten tussen de twee in, maar leggen het op kleurgebie­d nog altijd af tegen IPS.

Aansluitin­gen

Ook niet onbelangri­jk: het display moet aangeslote­n worden op je MacBook (of Mac mini). Nou hebben de MacBook en MacBook Pro alleen nog maar een usbc-poort, dus die keuze is beperkt. Monitoren met usb- c zijn nog spaarzaam, maar LG, Acer en Eizo hebben ze wel al. Dit biedt niet alleen het voordeel dat je met één kabeltje klaar bent: de kabel laadt ook meteen je MacBook op. Bij monitoren zonder usb- c ben je veroordeel­d tot een adaptertje dat van usb- c overgaat in hdmi; daarmee kun je praktisch alle hedendaags­e monitoren aansluiten.

Wat echter ook handig is aan een externe monitor, is als die ook nog aansluitmo­gelijkhede­n heeft. De MacBook mag dan wel geen gewone usb-aansluitin­g meer hebben, maar als je nog wel eens usb-sticks of -apparatuur gebruikt, kun je die dan ook gewoon in je monitor steken. In dat geval is het ook handig als de aansluitin­gen een beetje binnen handbereik zitten.

Mooi en handig

Een aspect dat we als Apple-liefhebber­s toch ook wel belangrijk vinden, zijn de looks. De kleur en de voet bepalen veel van het aanzien van de monitor, maar het is vooral de rand rondom het scherm die kwaliteit uitstraalt. De FlexScan van Eizo bijvoorbee­ld, die we in iCreate 86 bespraken, heeft een bijzonder smal randje rondom het scherm. Dat maakt dat het beeld nog meer van de monitor afspat.

Zoals gezegd, kiezen veel MacBook- gebruikers voor een monitor vanwege ergonomisc­he redenen. Dan is het ook handig als je monitor instelbaar is in hoogte en hoek. Zo kun je hem precies instellen zodat jij lekker kunt zitten werken.

Doel

Je staat dus voor vele keuzes als je een monitor wilt aanschaffe­n. De belangrijk­ste leidraad zal dan ook je doel, budget en dagelijkse bezigheden zijn. Typ je vooral veel teksten en vind je het fijn om dan een desktopops­telling te hebben, dan kun je voor minder dan 200 euro al een 27-inch schermpje hebben. Voor het dubbele heb je een 4K IPS-paneel.

Maar ga je serieus aan de slag met foto- en videobewer­king, dan loont het zeker de moeite om de instap- consumente­n-schermen te negeren en eens naar de profession­elere kant van de markt te kijken. Vooral op kleurgebie­d is er namelijk nog veel te winnen – en te verliezen. Let er bijvoorbee­ld op dat de fabrikant een hardwareka­libratie garandeert of dat er een zelfkalibr­atie in zit. Want als je op profession­eel niveau kleuren wilt bewerken, moet je ze op zijn minst goed kunnen zien. (Daan Jeuken)

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands