De interface van Affinity Designer uitgelegd

We geven je een rondleiding door Affinity Designer.

Affinity Designer heeft drie werkruimtes. De belangrijkste is de Designer-persona, waarin je vectoren tekent.

1 Persona’s

Affinity Designer is onderverdeeld in drie verschillende werkruimtes, zogeheten persona’s. De eerste persona heet Designer, de tweede Pixel en de derde Export. De knoppen voor het omschakelen vind je in de linkerbovenhoek. Het merendeel van de t d werk je in de Designer-persona, daarmee teken je vectoren. In de Pixel-persona heb je realistische penselen, zoals je die kent van Photoshop en Pixelmator. Handig om later een textuur aan je logo toe te voegen, b voorbeeld. In de Export- persona sla je verschillende versies van je logo automatisch op in diverse formaten.

2 Vectorgereedschappen

Wanneer je de Designer-persona gebruikt, vind je aan de linkerkant van het venster alle gereedschappen om vectoren te tekenen. Deze verschillen behoorl k van wat je kent van Photoshop en dergel ke. Grof kun je de gereedschappen onderverdelen in hulpmiddelen om l nen te tekenen (boven) en hulpmiddelen om vormen te tekenen (onderin). Met de tweede knoppenbalk boven stel je het gekozen gereedschap in, in de statusbalk onderin kr g je handige tips voor te gebruiken sneltoetsen voor het gereedschap.

3 Aanpassingsgereedschappen

In de knoppenbalk helemaal bovenin vind je functies die specifiek z n voor vector- editors. Belangr k z n die aan de rechterkant. Hiermee roteer en spiegel je de getekende vormen, of pas je er geometrische functies op toe (experts noemen deze boolean-functies). Op die manier kun je twee vormen samenvoegen, van elkaar aftrekken, de overeenkomsten van de twee behouden of juist de overeenkomsten verw deren. Klinkt raar? Dit ken je al als je ooit selecties met Photoshop of Pixelmator hebt gemaakt, deze kun je op dezelfde manier uitbreiden of verkleinen.

4 Lagen en kleuren

Aan de rechterkant vind je wat in geen enkele goede grafische app mag ontbreken. Een kleurenkiezer en de verschillende lagen van je afbeelding. Heb je nog nooit met laatstgenoemde gewerkt? Een laag is te zien als een transparant ‘papiertje’ op je afbeelding waarop je tekent. Deze laag kun je vervolgens gemakkel k verplaatsen of verw deren. Lagen z n waarsch nl k het grootste voordeel van digitaal tekenen ten opzichte van analoog. Maak er zeker gebruik van!