Stralende zang Renee Fleming
Ze nadert de zestig, maar op de divastatus noch de grandeur van de Amerikaanse sopraan Renee Fleming heeft de tijd vat. Nou ja, in het topregister is haar vocale souplesse misschien drie procentpunt minder geworden, maar wie maalt daarom als iemand zó Strauss zingt als Fleming, hier in de Verwandlungs- scène uit de opera Daphne en het lied Morgen? Sfeervol, romig, stralend. En dat terwijl dirigent Sakari Oramo de registers van zijn uitstekende Stockholm Royal Philharmonic Orchestra soms wel erg ver opentrok – zoals ook voor de pauze in Barbers melancholiek mijmerende, omvangrijke orkestlied Knoxville: Summer of 1915. En toch trof Orama daar wel precies de juiste, lome sfeer; in de haastloos wiegende cadans van het orkest voelde je zo de nazomeravondbries over zuidelijke veranda’s waaien. Fleming liet haar lijnen elegant aansluiten, maar de verstaanbaarheid van de juist zo beeldende tekst liet nog wat te wensen over (zoals ook op de net verschenen cd, met hetzelfde orkest en dirigent) waardoor – opmerkelijk – het als toegift gezongen lied Sure on this shiny night eigenlijk nóg mooier was. Hoewel de uitverkochte Grote Zaal duidelijk voor Fleming was gekomen, deed het orkest zijn uiterste best veel méér te zijn dan een stervehikel. Met wisselend succes. De in grote bezetting gespeelde Ouvertüre Leonore van Beethoven bevatte curieuze eigenzinnigheden en miste overall helderheid. Veel beter beviel de energie van Schumanns Derde symfonie : zwierig, krachtig en lekker aards. Het al wegstromende publiek kreeg Brahms’ Hongaarse Dans nr. 4 als opwekkende encore. Daar liet Orama zijn musici voluit gaan. Mischa Spel Renee Fleming (sopraan) & Stockholm Royal Philharmonic Orchestra