Verantwoording
Kamer kreeg van de NVWA tijdens een hoorzitting niet alle informatie
NRC onderzocht de afgelopen maanden de aard en de omvang van de mestfraude in Oost-Brabant en Noord-Limburg. Hier wordt de meeste dierlijke mest geproduceerd en is de daarmee samenhangende milieuschade het grootst. We spraken met tientallen betrokkenen, van wie het merendeel niet met naam genoemd wil worden uit vrees voor represailles vanuit de mestwereld. We reden mee met een chauffeur die deel uit maakt van een fraudenetwerk. Hij liet tijdens zijn ritten zien hoe de fraude werkt. Waarom hij ons meenam? Hij zei dat hij wil laten zien hoe makkelijk en lucratief het is om te rommelen met mest. Naar eigen zeggen hoopt hij dat ruchtbaarheid voor verandering zal zorgen. Waarom hij fraudeert? „Iedereen doet het. Wie niet meedoet heeft geen werk.” Gedurende het onderzoek ontvingen we twee flesjes met vloeibaar fosfaat en stikstof.
De vloeistoffen zijn in omloop in de netwerken en worden gebruikt om monsters te manipuleren. We lieten de inhoud analyseren door laboratorium Eurofins Omegam in Amsterdam. De vloeistoffen bleken extreem geconcentreerd. Het eerste flesje bevatte 240.000 milligram fosfaat per liter, het tweede 350.000 milligram stikstof per liter. Een paar druppels zijn genoeg om de gehaltes van deze stoffen in mestmonsters flink omhoog te krijgen. We vroegen cijfers op bij de Nederlandse Voedselen Warenautoriteit (NVWA) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), die vallen onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De NVWA houdt toezicht op de weg, de RVO doet het administratief toezicht. Daarnaast legden we de hand op opgelegde boetes aan tientallen bedrijven en op vonnissen van bestuurs- en strafrechters. Ook inventariseerden we de belangrijkste bedrijven die de mest afvoeren in de regio. Hierbij gaat het dus niet alleen om ‘foute’ mestbedrijven. Al deze gegevens vormden de basis voor de conclusie dat 64 procent van deze transporteurs, handelaren en verwerkers in Oost-Brabant en Noord-Limburg is beboet, verdacht of veroordeeld. De complete lijst staat op nrc.nl. De NVWA wilde geen interview geven.
We hadden de toezichthouder onder meer willen bevragen over de beperkte inzet van controleurs in het zuidelijk mestgebied. De NVWA liet per e-mail weten: „De informatie ter zake is al publiek beschikbaar.” Verwezen werd naar de aanwezigheid van het hoofd van de divisie Inspectie, Gerben Maij, tijdens een hoorzitting over mestfraude in de Tweede Kamer, afgelopen zomer. In de hoorzitting zei Maij dat de omvangvan de fraude „niet bekend” is bij de NVWA. Wel meldde hij dat bij controles in een kwart van de gevallen zaken niet oporde waren. Wat de Kamer niet te horen kreeg, is dat de NVWAin2015een nalevingsonderzoek deed naar de mate waarin mesttransporteurs en -handelaren zich aan de wet houden. De rapportage met de resultaten is door de NVWA nooit gepubliceerd, hoewel de uitkomst opmerkelijk is: 61 procent bleek de regels te overtreden.
In 2016 werd een al begonnen nalevingsonderzoek onder veehouders plots afgebroken. De NVWA zegt „prioriteit [te hebben] gegeven aan andere inspecties”.