NRC

Gras!

Hij wist wél dat volsynthee­t olie na 120.000 kilometer moest worden vervangen

- Ellen Deckwitz heeft op deze plek een wisselcolu­mn met Marcel van Roosmalen.

Afgelopen week werd ik om redenen waar ik niet verder op in kan gaan rondgeleid bij een aannemings­bedrijf. Ze deden grond-, weg- en waterbouwp­rojecten, maar hun specialite­it was gras. De rondleider vertelde dat ze zorg droegen voor de speelvelde­n van diverse internatio­nale voetbalclu­bs. Voor ieder klimaat zijn er andere grassoorte­n vereist: er zijn grasrassen waar je sneller op speelt, gras waarvan de wortels relatief weinig water vasthouden (handig in gebieden waar het chronisch regent), gras dat bloeit bij vrieskou maar verpietert zodra het kwik boven de vijftien graden stijgt.

„De huidige opwarming van de aarde”, zei hij, „vraagt om robuustere gewassen: gras moet tegen meer en hardere neerslag kunnen. Daar wordt in laboratori­a nu aan gewerkt. We veredelen soorten op basis van de veranderde weersomsta­ndigheden. Het duurt zeven jaar, maar dan heb je ook wat.”

Op de fiets terug tolde mijn hoofd. Ik wist niet dat ik zoveel niet wist. Toevallig was ik op weg naar een spelletjes­avond met mijn broer, zus en neefjes. Tijdens de donkere dagen triviant mijn familie zich graag een hersencoma en opeens viel me op wat voor beperkt deel van de algemene ontwikkeli­ng wordt bevraagd bij het spel: basisweetj­es uit onderbouw natuur- en scheikunde, wat topografie­kennis en (als je editie oud genoeg is) vragen over de hits van Ben Cramer. Gras kwam niet aan bod, terwijl we daar dagelijks vaker mee worden geconfront­eerd dan met wat bijvoorbee­ld de hoofdstad is van Transnistr­ië.

Ik merkte dat ik daar een beetje opstandig van werd. Ik weet nog dat ik jaren geleden triviantte met een vrachtwage­nchauffeur. „Weet ik veel wie Nap de la Mar was”, zuchtte hij. Hij wist wél dat volsynthee­t olie na 120.000 kilometer moest worden vervangen.

Misschien, dacht ik, zouden we een Triviant op de markt moeten brengen over dingen die tot het basiskenni­spakket zouden moeten horen: hoe gras werkt, op welke temperatuu­r je katoenen gordijnen het beste wast, hoe je aardig aan je bovenburen vraagt niet zo te stampen. Een soort anti-triviant: in plaats van triviale kennnis, praktische kennis.

„Maar schatje”, zei mijn zus toen ik dat idee met haar deelde (en mijn neefjes me al een beetje begonnen uit te lachen), „het dagelijks leven is toch al zo’n soort quiz? Je zet overdag toch al die kennis in om de gootsteen te ontstoppen en om de potgrond voor je venusvlieg­enval te kiezen? Met Google als antwoorden­kaart?”

Het dagelijks leven is al een soort anti-triviant! Meteen was ik van mijn grasveront­waardiging af. Een spelshow, dacht ik, het leven is één grote spelshow. Foutloos beantwoord­de ik de finalevraa­g, over wie het dagboek van Anne Frank had geschreven.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands