Vrouwelijke wetenschappers doen niet onder voor mannelijke
Willen vrouwelijke kankeronderzoekers niet ‘beulen’? Kijk naar de feiten, schrijven vier vrouwelijke hoogleraren. „De impact van het werk van mannen en vrouwen is vrijwel identiek.” e opening van het onderzoeksinstituut Oncode eerder deze maand heeft nogal wat stof doen opwaaien. Hierbij werd ook de vraag opgeroepen of het terecht is dat er geen vrouwelijke onderzoekers deel uitmaken van dit samenwerkingsverband. Initiatiefnemer Hans Clevers vertelde aan een Nieuwsuur- verslaggever: „De gender balance is bij ons een probleem.” Maar, vervolgde hij: „Het ligt aan de vrouwen. Nederlandse vrouwen willen niet beulen.”
Laten we kijken naar de feiten. Geprikkeld door de discussie voerden Thed van Leeuwen en Paul Wouters van het Centrum voor Wetenschapsen Technologiestudies (CWTS) deze week een analyse uit van publicaties in de Web of Science-database, waarbij auteursnamen aan gender werden gekoppeld. Zij selecteerden publicaties uit het vakgebied ‘Oncology’, gepubliceerd in de jaren 2007-2016, door auteurs met een Nederlands postadres. Hun bevindingen laten zien dat de bijdrage (aantal publicaties) van Nederlandse vrouwen aan de internationale literatuur in de laatste tien jaar is toegenomen, van 17 naar 27 procent. In dezelfde periode is de bijdrage van Nederlandse mannen stabiel gebleven (35-40 procent). De impact van Nederlandse onderzoekers aan publicaties in de oncologie (zowel de citaties van hun publicaties als de impactfactor van de tijdschriften waarin zij publiceren) ligt beduidend hoger dan het internationale gemiddelde op het gebied van de oncologie. De impact van het werk van mannelijke en vrouwelijke onderzoekers is vrijwel identiek. Als er al een verschil is, worden publicaties van vrouwelijke onderzoekers iets vaker geciteerd dan die van hun mannelijke collega’s. e zien dus dat de feitelijke prestaties van vrouwelijke onderzoekers in de Nederlandse oncologie (gemeten naar het aantal citaties van hun werk) niet on-