Verknipte komedie over groot sportschandaal
bestaat niet zoiets als waarheid. Iedereen heeft z’n waarheid”, sneert kunstschaatsster Tonya Harding in I, Tonya. „ And life does the fuck it wants.” Dat postmoderne relativisme kan het inzicht zijn van iemand die een lynchpartij in de media overleefde. Of een handig excuus om te liegen.
Veel blijft ambivalent en ongrijpbaar in biopic annex zwarte komedie I, Tonya. En toch krijg je een glashelder beeld van Tonya Harding, de spil in een van de grootste sportschandalen ooit. Op 5 januari 1994 probeerde een crimineel met een stalen pijp de knie van Hardings rivaal Nancy Kerrigan te breken in de aanloop naar de Olympische Spelen. Hardings echtgenoot Jeff Gillooly en zijn schlemielige vriend Shawn Eckhardt bleken de opdrachtgevers. Een droomverhaal: prinsesje Kerrigan geknakt door immorele ‘trailer trash’ Harding.
Wist Tonya Harding van die aanslag of niet? Dat lijkt de hamvraag voor elk portret. Is ze dader, of een slachtoffer van de slangenkuil waarin ze opgroeide? Want Harding werd door moeder LaVona, een bittere serveerster, gedrild, mishandeld en gekleineerd, waarna haar eerste liefde Jeff Gillooly het stelselmatig meppen overnam (en dat in Camiel Eurlingsstijl goedpraatte als ‘handgemeen’). En al was Harding in 1991 de eerste Amerikaanse kunstschaatsster die een drievoudige axel aankon, de kunstschaatsbond discrimineerde haar omdat ze ‘white trash’ was: arm, bonkig, smaakloos, brutaal, grof in de mond. Omdat ze ijsdanste op ZZ Top, vulgaire oogschaduw droeg, haar eigen schaatspakjes naaide.
Filmster Margot Robbie geeft blijk van uitstekende smaak door het knappe script van Steven Rogers te kiezen en daar regisseur Craig Gillespie ( Lars and the Real Girl) aan te koppelen. I, Tonya volgt in grote lijnen Hardings versie, maar laat als een soort pastiche op de gedramatiseerde documentaire meerdere uiterst onbetrouwbare vertelstemmen aan het woord. Tonya Harding (Margot Robbie), moeder LaVona Golden (Allison Janney) en echtgenoot Jeff Gillooly (Sebastian Stan) liegen, bagatelliseren en zetten de plot van I, Tonya naar hun hand. De ‘vierde muur’ valt vaak weg: zo kijkt Harding nadat ze met een jachtgeweer op Jeff heeft geschoten – zijn verhaal – in de camera en zegt: „Maar dit is nooit gebeurd.”
Die vervreemding maakt de pikzwarte humor over huiselijk geweld en armoede van I, Tonya dragelijk. Humor die de film soms kwalijk wordt genomen, want de Amerikaanse onderklasse is herontdekt in films als American Honey, The Florida Project en Lean on Pete. Die ‘indies’ zoeken warmte, veerkracht en poëzie in armoedecultuur, voeren ‘white trash’ op als nobele wilden. Vanuit die optiek is I, Tonya karikaturaal en neerbuigend, met name de monsterlijke, grove, kettingrokende harpij van een moeder LaVona: menselijk prikkeldraad dat actrice Allison Janney tot een terechte Oscarfavoriet maakt.
Maar alleen een verknipte komedie kan de klucht die Hardings entourage in 1994 opvoerde recht doen. Al voelt I, Tonya met haar mee, de film houdt Tonya Harding prudent op afstand. Want LaVona’s zelfbedrog en zelfbeklag zijn haar poriën binnengedrongen; haar stem is, ook in het echt, hardvochtig en rancuneus, zoekt de schuld altijd elders. Een excuus aan Nancy Kerrigan kon er nooit af, wel klaagde Harding dat iedereen jammerde om dat ene klapje terwijl zij dagelijks klappen kreeg.
Het knappe van I, Tonya is dat de hamvraag naar haar rol in ‘Het Incident’ irrelevant wordt. Harding is een slachtoffer dat zelf ook klauwt en bijt, en of ze vals speelde? P-lease! Haar hele wereld speelt vals. De film gaat niet zozeer over mediahypes, maar over de wijze waarop grote mediabedrijven de Amerikaanse klassenmaatschappij schragen. In een Hollywoodscript was de wereld als een blok gevallen voor de eenvoud en ijver van het getalenteerde volksmeisje. Had Tonya Harding gewonnen. Het echte Amerika zit heel anders in elkaar, toont I, Tonya. Coen van Zwol I, Tonya Regie: Craig Gillespie. Met: Margot Robbie, Sebastian Stan, Allison Janney. In: 64 bioscopen 4 *#