Kans stijgt op Noord-Europese baas ECB
Volgend jaar moet ook een opvolger voor ECBpresident Mario Draghi worden gevonden.
Mark Beunderman
Luis de Guindos zal hard moeten werken om respect te verdienen binnen het 25-koppige bestuur van de ECB. Hij komt, als enige, direct uit een politieke functie de centrale bank binnen. In zijn portefeuille levert dit niet direct een probleem op: hij wordt niet verantwoordelijk voor het monetaire beleid, maar voor financiële stabiliteit. Toch moet ook hij straks meestemmen over de rente en over de opkoop van leningen. Hierover wordt in de ECB-toren op het allerhoogste niveau gepraat door cen- trale bankiers waarvan enkelen (Mario Draghi, Klaas Knot) ook gepromoveerd econoom zijn. De Guindos heeft alleen een bachelor Economie. Eenmaal eerder kwam een politicus direct binnen in de ECB-directie: de Duitser Jörg Asmussen, oud-staatssecretaris. Maar dat was geen succes: hij bleef maar twee jaar (2012-2014).
Nu een Spanjaard is aangewezen als tweede man van de ECB, neemt de kans toe dat een Noord-Europeaan de opvolger wordt van ECB-president Draghi. Diens termijn loopt af in oktober 2019. Er bestaat een informele afspraak dat als één van de twee een zuiderling is, de ander een noordeling moet zijn. Maar dat is geen regel die in steen is gebeiteld, zo bleek de afgelopen jaren. Mede omdat in 2012 de gedoodverfde Duitse kandidaat voor het ECB-voorzitterschap Axel Weber uitviel, kreeg Draghi de baan – ondanks het feit dat de Portugees Vítor Constâncio al was benoemd als vicepresident.
Verreweg het meest genoemd als opvolger van Draghi is de Duitser Jens Weidmann, nu baas van de Bundesbank. Duitsland, het grootste euroland, heeft nog nooit een ECB-voorzitter gehad. Maar Weidmann is niet onomstreden. Hij nam de voorbije jaren structureel en openlijk afstand van de belangrijkste monetaire besluiten van het ECB-bestuur, waarbinnen de meerderheid steeds Draghi volgde. De Nederlander Knot is ook criticus van Draghi’s beleid, maar stemde in het crisisjaar 2012 wel met Draghi mee en hij uit zijn grieven minder vaak publiekelijk. Favoriet zijn is bij dit soort topbenoemingen niet altijd gunstig: het geeft anderen de kans de kandidatuur te ondermijnen.
Er zouden andere kapers op de kust zijn: Frankrijk, dat eerder JeanClaude Trichet leverde als ECB-baas, zou nu huidig ECB-bestuurslid François Villeroy de Galhau op Draghi’s plek willen hebben. De Ier Philip Lane, die zich deze week terugtrok in de race om het vice-presidentschap, zou ook kans maken. Waarschijnlijker is dat Lane, behalve voorman van de centrale bank ook hoogleraar economie, de nieuwe ECB-hoofdeconoom wordt. Deze post komt in mei volgend jaar vrij. En dan is er nog een naam die ook hardnekkig genoemd blijft worden: Klaas Knot. Net heeft hij zich gemeld voor een tweede termijn als president van De Nederlandsche Bank. Gevraagd naar de post van Draghi zei Knot onlangs in het tv-programma Buitenhof: „Als je voor het altaar staat, is dat niet het moment om te gaan denken of er ergens anders nog een aantrekkelijker iemand rondloopt.” Maar als Duitsland en Frankrijk er niet uitkomen, is niet helemaal uitgesloten hij een telefoontje krijgt.