Regionale media hebben het zwaar. Samenwerking lijkt een oplossing, maar ligt gevoelig. De verkiezingen brengen concurrenten bijeen.
oet de gemeente Tietjerksteradeel weer snelle motorboten toelaten op het Bergumermeer? Krijgt Drachten een koopzondag? En wat doet Harlingen tegen de dalende werkgelegenheid?
Het zijn de ‘hete hangijzers’ in de verkiezingscampgne in drie van de veertien Friese gemeenten. Verslaggevers van de Leeuwarder Courant maakten de afgelopen weken vlogs over die thema’s op de site van de krant. De Leeuwarder Courant is niet de enige. In de aanloop naar de verkiezingen haalden veel regionale media alles uit de kast. Op papier, in de ether, op de kabel, online.
Ze moeten wel. Méér dan vier jaar geleden grijpen ze de gemeenteraadsverkiezingen aan voor veranderingen. De plaatselijke pers moet meer de straat op, meer samenwerken en sneller digitaliseren. Dat is van levensbelang, blijkt uit cijfers van de Nederlandse Vereniging van Journalisten, en onderzoek van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.
Drie jaar geleden concludeerde het Fonds al dat bijna 8 miljoen Nederlanders nauwelijks of geen relevant nieuws meer krijgen over hun woonplaats. Dat trof vooral gemeenten met minder dan 50.000 inwoners. „Zo langzamerhand dringt door tot kranten en omroepen dat zij nu een ouder publiek trekken”, zegt Quint Kik van het Stimuleringsfonds. „Ze beseffen dat ze het over een andere boeg moeten gooien om jongeren te trekken.”
Kik noemt een paar voorbeelden van bijzondere verkiezingsproducties, uit onder meer Gelderland en Limburg. Zo stuurde Omroep Gelderland een reportagebus langs alle gemeenten in de provincie. De zender trok op met 33 lokale omroepen in haar gebied, in het project GLD Stemt. „Samenwerking is van levensbelang”, zegt Sandrina Hadderingh van Omroep Gelderland. „Wij hebben zes regioverslaggevers. Voor het gebied de Veluwe hebben we 2,5 fte; dat zijn meer dan dertig plaatsen. Dat is voor ons alleen niet te doen.” Maar, zegt ze, samenwerking tussen haar omroep en de lokale zenders, tussen professionals en vrijwilligers, is „soms best ingewikkeld”.
Nog een voorbeeld: dagblad De Limburger zoekt hulp van lezers bij onderzoek naar de actuele thema’s kinderarmoede, eenzaamheid en allochtonen in Limburg. Het verkiezingsproject heet Wat beweegt Limburg?.
Onderzoeksjournalist Hans Goossen experimenteerde met nieuwe vormen van lezersparticipatie. Hij ging meer dan voorheen de straat op, maakte filmpjes en andere digitale producties over het vertrouwen in de politiek. „Je krijgt een beeld van wat leeft op straat. Het is confronterend om te merken dat veel mensen die ik sprak de verkiezingen geen ene moer kan schelen. Dan vraag je je af: past alle aandacht die we in de krant besteden aan de verkiezingen wel bij de be- Sandrina Hadderingh, Omroep Gelderland levingswereld van de man en vrouw op straat? Vroeger merkte je wel wantrouwen ten opzichte van de politiek. Nu is het meer desinteresse.”
Dalende cijfers
De voorbeelden vertellen niet het hele verhaal van de regionale en lokale pers en de aandacht die zij kunnen besteden aan de gemeentepolitiek. Tegenover het enthousiasme van de makers, staan de harde cijfersvan het Stimuleringsfond, van de NVJ over de werkgelegenheid in de sector, en cijfers de dalende mediabudgetten in provincies en gemeenten.
Om met dat laatste te beginnen: de dertien regionale omroepen krijgen sinds januari 2017 in totaal 17 miljoen euro minder van het kabinet. Samen kregen ze 143,5 miljoen euro. Dat kostte ruim 150 van de 1.300 banen. Ook veel lokale omroepen hebben het financieel moeilijk. In 2016 meldde het Commissariaat voor de Media al dat een derde van de omroepen geldzorgen heeft. De financiële situatie van de regionale dagbladen is evenmin rooskleurig. De inkomsten uit abonnementen waren in 2016 stabiel, maar de advertentieinkomsten bleven dalen. De (kleinere) regionale kranten verdienen nog weinig met digitale abonnementen en online-reclame. Onder meer Telegraaf Media Groep overweegt weer edities van zijn kranten in Noord- en ZuidHolland te schrappen.
„Zo komen inwoners van kleine of middelgrote gemeenten er vaak bekaaid vanaf”, zegt Kik van het Stimuleringsfonds. In gemeenten met minder dan 25.000 inwoners is het volgens Kik „echt bar en boos”. „Er is vaak maar één nieuwsmedium: als het meezit een dagblad, als het tegenzit een lokale omroep of huis-aan-huisblad.”
Gehalveerd
De belangrijkste controleurs in de regio zijn van oudsher de regionale kranten en in de Biblebelt ook wel de betaalde nieuwsbladen, mailt Thomas Bruning (NVJ). Vrijwel overal in de regio moeten media hun werk doen met minder mensen.
Volgens de NVJ is het aantal journalisten op regionale dagbladredacties in twintig jaar gehalveerd. Rond 1998 werkten er rond 2.400 journalisten bij de regionale titels, nu nog 1.062 als je puur naar regionale kranten kijkt en 1.225 als je de centrale redactie van het AD meetelt. Die verzorgt (bovenregionaal) binnenlands en buitenlands nieuws voor veel dagbladen. Er zijn volgens Bruning meer freelance journalisten bijgekomen in de regio, maar de budgetten zijn nauwelijks verhoogd, „met als gevolg dat freelancers veelal slecht betaald worden”. Bij lokale omroepen werken op enkele uitzonderingen na vooral amateurs en regionale omroepen moeten heel grote gebieden verslaan.
En zo mocht de kiezer in een Fries dorp of een plaats op de Veluwe zich even verheugen in de belangstelling van de media, maar of de vlogger van de Leeuwarder Courant of de bus van Omroep Gelderland snel weer langskomen is nog maar de vraag.
Meer verkiezingsprojecten van lokale media en het verhaal van Almere Deze Week: nrc.nl/techmedia