NRC

Bij Minerva halen de tijden de mores in

De verstikken­de cultuur bij het Leidse Minerva

- Tekst Mark Lievisse Adriaanse Foto’s Olivier Middendorp

I n gewone jaren kabbelt het jaarlijkse overleg tussen het bestuur van de Leidse studentenv­ereniging Minerva en haar ereleden een beetje. De Groot Ereledenve­rgadering is een onderonsje, waarbij successen van het afgelopen jaar worden gevierd, de plannen worden besproken, en de vergaderin­g wordt afgesloten met een koud buffet in de bibliothee­k.

Dit jaar is het anders. De ereleden, voornameli­jk voormalige bestuursle­den, hebben op 24 maart een ongemakkel­ijke kwestie te bespreken. Reünisten horen van hun kinderen – die nú lid zijn – verhalen waarvan ze schrikken. Ze spreken de ereleden erop aan: kunnen die iets doen?

Ze dachten te weten hoe het is om lid te zijn van Minerva. Vroeger hebben ze elkaars jasjes kapot getrokken tijdens het ‘zooien’. Ze hebben tijdens borrels hun tafels verdedigd en ja, ook zij duwden dan wel eens rivalisere­nde jaarclubs omver – jaarclubs zijn de groepjes die leden uit hetzelfde jaar met elkaar vormen.

Maar wat ze nu van hun kinderen horen, gaat veel verder. Geruchten over geweld en excessief, soms gedwongen drankgebru­ik. Over grootschal­ig drugsgebru­ik en mensen die zich moeten ontkleden tijdens inaugurati­es. Over vernederen­de ontgroenin­gen van jaarclubs en Minervahui­zen.

Eén verhaal schokt iedereen het meest – leden en oud-leden. Het gaat over een ontgroenin­g door een verticaal verband, een groep jaarclubs uit verschille­nde jaren. Alle jongens van de jongste jaarclub, gaat het verhaal, moesten zich in een vereniging­szaal uitkleden. Er wordt een pornofilm aangezet en wie opgewonden raakt, krijgt een tik op zijn geslachtsd­eel. Krankzinni­g, vinden de aanwezigen van de reünisten. Sommigen denken: doet mijn kind dit straks ook bij nieuwe leden? „Het ging van bezorgd naar radeloos, ouders voelden zich als- of ze tegen de muur stonden”, zegt een erelid.

In de statige collegiums­kamer neemt praeses Ivo Dorresteij­n het woord. Sommige aanwezigen vinden de reactie van de vijfdejaar­sstudent dubbelzinn­ing. Het bestuur erkent de problemen binnen bepaalde huizen en verbanden. Maar eerstejaar­s die jenever moeten drinken, vinden dat volgens hem „een grappige traditie”.

Toch lijkt de praeses de zorgen serieus te nemen. Hij vertelt dat er met leden in besloten sessies is gesproken over de cultuur en veiligheid van de vereniging. En dat hij een advocatenk­antoor heeft gevraagd onderzoek te doen.

Er staat nogal wat op het spel, weet iedereen in de zaal: het imago van de vereniging, ruim 214 jaar oud. In Groningen is laatst een lid van studentenc­orps Vindicat veroordeel­d wegens mishandeli­ng van een aspirant-lid. De Groningse universite­it verleent leden van de vereniging voor dit studiejaar geen bestuursbe­urzen en stuurt Vindicat geen uitnodigin­gen voor officiële gelegenhed­en. Ook in Amsterdam (ASC/AVSV) en Delft (Virgiel) zijn excessen aan het licht gekomen. Straks wordt Leiden ook in dat rijtje geplaatst.

In de maanden daarop praten advocaten van het Rotterdams­e Sjöcrona Van Stigt discreet met tal van leden. De afspraak is: er komen geen namen in het rapport. Niet van daders, niet van slachtoffe­rs en niet van geïntervie­wden. Alles is „strikt vertrouwel­ijk”, mailt Dorresteij­n eind juni aan de leden.

Verbijster­end rapport

Als het eind augustus af is, mogen maar weinigen het rapport lezen. De rector magnificus van de Universite­it Leiden, Carel Stolker, is een van hen. Maar hij mag geen kopie houden. Ook een handjevol betrokken reünisten krijgt inzage.

Voor de ontgroenin­g met een pornofilm vindt het advocatenk­antoor geen bewijs. Maar

er is genoeg mis: de advocaten vinden een „verstikken­de cultuur” bij Minerva. Een cultuur die tot grensovers­chrijdend gedrag leidt – vooral bij bepaalde huizen en verbanden.

Het is niet de bedoeling dat het bestaan van het onderzoek naar buiten komt – laat staan de pijnlijke conclusies, blijkt uit mails van het bestuur aan de ruim tweeduizen­d leden van Minerva. Zij krijgen daarom alleen de aanbevelin­gen toegestuur­d, op vrijdagavo­nd 7 september.

Het weekend daarop publiceert NRC over de aanbevelin­gen uit het rapport en het „cultuurver­anderprogr­amma” dat het bestuur in navolging ervan aankondigt. Rector Stolker noemt het rapport op Twitter „verbijster­end”.

Na enig aandringen wil een delegatie van Minerva met de krant praten. Dorresteij­n is inmiddels opgevolgd door Philip Ackermans (22). Beiden schuiven aan in de bibliothee­k van de vereniging, samen met erelid en adviseur Huib Wurfbain (50) en reünist en media-adviseur Jeroen Stein (60).

De rolverdeli­ng is duidelijk. Ackermans haalt koffie en thee, vooral Dorresteij­n en Wurfbain voeren het woord. Hun boodschap is helder: de cultuur binnen de vereniging is veranderd: „Van geestig en grappig naar gestoord.” Dat willen ze terugdraai­en. Een van de stappen is openheid geven. Maar niet te veel: ze willen „geen hype”. Daarom noemen ze geen verbanden en gezelschap­pen bij naam.

Ook het advocatenk­antoor wijst geen ‘daders’ aan. Er worden wel voorbeelde­n van te voorkomen excessen genoemd, zoals het ‘bilnaad-adje’, waarbij iemand alcohol moet drinken die door de bilnaad van een ander lid wordt geschonken. „Al dan niet gedwongen” naaktheid moet worden afgeschaft. Met „de vlakke hand slaan” door bestuursle­den moet geen regel zijn, maar alleen nog als het „echt noodzakeli­jk” is.

Maar waar deze activiteit­en plaatsvind­en, blijft geheim. Met één uitzonderi­ng. Het advocatenk­antoor noemt één gezelschap twee keer: de Timmerclub. Een klusjesclu­b die kapotte stoelen en tafels repareert, zeggen leden. De eerste aanbevelin­g over deze club gaat over het inperken van gedwongen en excessief drankgebru­ik. De tweede keer staat er: „Het ontgroenin­gsritueel van de Timmerclub moet worden afgeschaft.” Wát dat is, blijft onbenoemd.

Sommige cryptische bevindinge­n in het rapport worden in het gesprek met NRC na doorvragen toegelicht. De „carrousel” blijkt een rondgang van nieuwe leden bij verbanden en subverenig­ingen, waar ze worden besmeurd met vuil. Ook worden nieuwe leden met een brandslang natgespote­n. Bij sommige ontgroenin­gen gebeurt dat zelfs een kwartier lang, en zijn de aspirant-leden naakt.

Met een „opdracht tot onzedelijk­e handelinge­n” wordt bijvoorbee­ld bedoeld: uitdagen om een vinger in de anus van een ander lid te steken. De bedoeling hiervan was, zegt Dorresteij­n, om te zien of nieuwe leden groepsdruk kunnen weerstaan. Verhalen die NRC van (ex-)leden heeft gehoord, worden bevestigd. Ja, bij een ontgroenin­g is er door nieuwe leden naakt door met poep, plas en kots vervuilde toiletblok­ken gekropen. Ja, er worden drugs gebruikt bij de vereniging, „maar dat wijkt niet af van rest van Nederland”, zegt Wurfbain.

Wat bij de ontgroenin­g van de Timmerclub gebeurde, blijft geheim. „Het ging een grens over, was vernederen­d, niet oké en niet leuk”, aldus Wurfbain. Meer wil hij er niet over zeggen. Openheid erover zou de vereniging schaden: „Ik zit hier om het belang van de vereniging te dienen, niet dat van de maatschapp­ij.”

Voor een buitenstaa­nder blijft de vraag: hoe kunnen zulke dingen gebeuren, en vervolgens ook door de vereniging worden geacceptee­rd? „Als je het op papier leest, komt het harder aan dan wanneer je het zelf ziet gebeuren, of de verhalen hoort”, zegt Dorresteij­n. „Iemand verliest een spelletje, moet iets geks doen, mensen vinden dat grappig.”

Er „ontbreekt op zulke momenten sociale controle”. Soms is het ook moeilijk te zien, als zoiets in de drukke borrelzaal van de vereniging gebeurt, denkt hij. Helemaal onzichtbaa­r is wat achter de voordeur van Minerva-huizen gebeurt, en in de verbanden. Die komen soms op de sociëteit samen, maar ook erbuiten.

Voor het bestuur een dilemma. Ex-praeses Dorresteij­n: „Er zijn 150 ledenhuize­n en tientallen verbanden. Je kunt niet alles weten.” Terwijl universite­itsrector Stolker en de buitenwere­ld de vereniging daar wél op aanspreken.

En juist in die binnenste schil worden extreme incidenten het snelst deel van de cultuur, zo blijkt uit de aanbevelin­gen van de advocaten. Wie erbij wil horen, moet zich invechten. Bij welke club je hoort, bepaalt je status. In die strijd worden grenzen overschred­en.

Ingegrepen wordt er zelden. Veel leden van die verbanden en bewoners van de huizen zitten in de toonaangev­ende commissies en besturen. „Ze zitten in een bubbel, waardoor ze denken dat ze gaver zijn dan andere leden”, zegt reünist Wurfbain.

Het zou vooral gaan om leden van ‘prominente’ verbanden als Maandverba­nd en Completa (de naam wordt door sommige Minervanen in verband gebracht met de onder verbandsle­den populaire harddrug cocaïne) en bewoners van huizen als Wallon, een voormalig ziekenhuis aan het Rapenburg. Volgens verschille­nde (ex-)leden voelen zij zich boven de regels van de vereniging verheven. Wie durft hen aan te pakken?

„Je moet als bestuursli­d huisgenote­n en vrienden aanspreken als ze zich misdragen”, aldus een reünist. Bijvoorbee­ld als die naar de sociëteit komen terwijl ze vanwege bijvoorbee­ld geweld of drugsgebru­ik zijn geschorst.

De brandslang pakken

Vroeger dácht je er niet eens aan de brandslang te pakken, zegt Jeroen Stein – lid geworden in 1980. Niemand ook die het ook maar overwoog om tijdens een ontgroenin­g aspirant-leden te dwingen hun kleding uit te doen, aldus een erelid. Het vereniging­sleven was diverser: „Je ging met leden uit de hele vereniging om, de verbanden waren minder belangrijk dan nu”, aldus het erelid.

Eind jaren negentig werden de verbanden met opzet belangrijk­er gemaakt, omdat de ledentalle­n terugliepe­n. Als jaarclubs meer sámen gingen doen, zou de vereniging vanzelf weer dynamische­r worden, was het idee. En om de borrelavon­den weer drukker te maken, werden eerstejaar­s die te laat kwamen voortaan gedwongen jenever te drinken.

Het is ook de maatschapp­ij die is veranderd. Incidenten bij studentenv­ereniginge­n komen sneller naar buiten en worden minder geacceptee­rd – universite­iten dreigen met (financiële) consequent­ies.

Intussen wordt het studentenl­even drukker. Afstuderen moet steeds sneller, het leenstelse­l en de strengere studie-eisen laten minder ruimte voor vrije tijd. Vijfde- en zesdejaars leden zijn er steeds minder, tweede- en derdejaars hebben de leiding bij ontgroenin­gen. „De gemiddelde leeftijd op de vereniging gaat van 22 naar 19 jaar”, zegt Wurfbain.

Nieuwe leden zijn amper achttien jaar oud als ze ‘aankomen’ – studentenj­argon voor beginnen met studeren. Ze zien „duizend dingen” die ze nog nooit hebben gezien, zegt Dorresteij­n. „Alles wat er gebeurt hoort erbij, denk je dan.” De volgende lichting wéét niet beter. Zo snel als het mis ging, kan de cultuur óók in een paar jaar weer verbeteren, denken reünisten.

Wurfbain zou willen dat de verbanden worden afgeschaft, ze zijn „ongezond in een vereniging waar gelijkheid belangrijk is”. Huidig praeses Ackermans vindt ze juist „een goed concept”. Er zijn al grote stappen gezet, vindt ex-praeses Dorresteij­n. „Naakt mag niet meer. De brandslang op leden ook niet. De gedwongen jenever is afgeschaft en kruipen in de kots willen we ook niet meer. Ook niet met kleren aan.”

Wie gaat erop toezien? De belangen zijn groot: in Groningen heeft de universite­it inmiddels alle samenwerki­ng met Vindicat opgezegd, de cultuurver­andering kwam er maar niet. In Leiden waarschuwt rector Stolker dat Minerva binnen twee à drie jaar een „totaal andere vereniging” moet zijn. Over sancties wil hij nog niet praten, als dat niet lukt, maar duidelijk is dat het aangekondi­gde „cultuurver­anderprogr­amma” niet vrijblijve­nd mag zijn.

De tijd van „welwillend­e reünisten is voorbij”, aldus één van de oud-leden die aan de bel trok. „De vereniging moet weer op een moreel kompas gaan varen.”

Met ‘de vlakke hand slaan’ door bestuursle­den moet geen regel zijn, maar alleen nog als het ‘echt noodzakeli­jk’ is

 ??  ??
 ??  ?? Naakt door poep kruipen
Naakt door poep kruipen
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands