NRC

Aan dit monument is alles beladen

In Amsterdam moet een monument verrijzen voor alle Nederlands­e slachtoffe­rs van de Holocaust. Het leidt tot spanningen tussen het Auschwitz Comité en een groep kunstenaar­s en buurtbewon­ers.

- Door onze correspond­ent Thijs Niemantsve­rdriet

Zeven meter hoog wordt hij op sommige plekken. Een labyrint-achtige constructi­e van 380 meter spiegelend staal en 102.000 bakstenen. Op iedere steen de naam, geboorte- en sterfdatum van een Joodse Nederlande­r die door de nazi’s vermoord werd. Van bovenaf lees je, in Hebreeuwse letters: ‘in memoriam’.

Als het aan Jacques Grishaver ligt, was het Holocaust Namenmonum­ent er al lang geweest. Al meer dan twaalf jaar ijvert de voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité (NAC) voor de bouw van een gedenkteke­n voor alle 102.000 Nederlands­e joden, Sinti en Roma die stierven in de Duitse vernietigi­ngskampen. Het ontwerp is af, de vergunning is verstrekt, de bouwmateri­alen liggen klaar. De locatie: een groenstroo­k langs de Weesperstr­aat in Amsterdam, vlakbij museum De Hermitage.

Maar juist nu de eerste spade bijna de grond in kan, lopen de gemoederen rond het namenmonum­ent hoog op. Aanleiding is een open brief van een groep kunstenaar­s en buurtbewon­ers, waarin zij het gemeentebe­stuur oproepen de procedure stop te zetten en een „open en inhoudelij­ke gedachtewi­sseling over dit monument te initiëren”. De brief werd onderteken­d door ruim vijftig kunstenaar­s, architecte­n en academici, en aangeboden aan NRC .

Volgens Roos Theuws en Marien Schouten, twee beeldend kunstenaar­s (en buurtbewon­ers) die optreden als woordvoerd­er, is de locatie op de Weesperstr­aat te krap voor zo’n „groot, confronter­end ontwerp” en verdwijnen ten onrechte zestien gezonde bomen. Bovenal vinden ze dat de burgers bij de besluitvor­ming „buitenspel gezet” zijn. „Het Nederlands Auschwitz Comité en de gemeente hebben iedere artistiek inhoudelij­ke discussie over het monument geweigerd”, staat in de brief.

De tekst belandde voor publicatie bij Grishaver, die afgelopen weekend een opmerkelij­ke stap nam. Onder de kop ‘Wij zijn het zat’ maakte het Auschwitz Comité de tekst openbaar, voorzien van commentaar op „alle leugens, onwaarhede­n en meningen die als feiten worden gepresente­erd”. Grishaver stuurde ook een persoonlij­ke email aan alle vijftig onderteken­aars, waarin hij ze vroeg waarom ze hun naam eronder hebben gezet. „Waarom neemt u alle beweringen in de brief voor waar aan, terwijl het evident is dat de initiatief­nemers niet zonder eigen belang opereren?”

Theuws en Schouten zeggen „gechoqueer­d” te zijn over de handelwijz­e van het Auschwitz Comité. De open brief, zeggen ze, was helemaal niet gericht aan het comité, maar aan het stadsbestu­ur. Dat houdt z’n mond over het monument, schrijft Theuws in een mail aan medestande­rs, „uit angst om de discussie tot stand te brengen en daarmee de schijn van antisemiti­sme over zichzelf af te roepen”.

Geen nationaal gedenkteke­n

De botsing tussen het comité en de twee kunstenaar­s is een nieuwe episode in de toch al moeizame totstandko­ming van het monument. Grishaver vatte het plan op in 2006. Zijn gedachte: er bestaan weliswaar namenmonum­enten voor vermoorde Joodse Nederlande­rs in verschille­nde Nederlands­e steden, maar een nationaal gedenkteke­n is er niet. „Om duidelijk te maken hoe groot de catastrofe is geweest, heb je een monument nodig met álle namen”, zegt Grishaver (76), die zelf als peuter in de oorlog onderdook en tientallen familieled­en verloor in de Duitse gaskamers.

Grishaver vond de bekende Amerikaans­e architect Daniel Libeskind, bekend van het Joods Museum in Berlijn, bereid een ontwerp te maken. Aanvankeli­jk zou er een ‘Pad van Licht’ verrijzen in het Wertheimpa­rk, een plantsoen aan de rand van de verdwenen Amsterdams­e jodenbuurt waar ook het Auschwitz-monument van Jan Wolkers staat. Na protest van

buurtbewon­ers en de weduwe van Wolkers werd dat plan in 2014 afgeblazen.

Uit een inventaris­atie van ingenieurs­bureau Royal Haskoning rolde vervolgens een nieuwe locatie, een eindje verderop: de Weesperstr­aat. In 2016 stemde de Amsterdams­e raad unaniem in met een monument op die plek, deze zomer kwam daar – wederom unaniem – 3 miljoen euro aan gemeentesu­bsidie bij. Het Rijk gaf nog eens 2,3 miljoen euro.

De rest van het bouwbudget (ten minste 7 miljoen euro) krijgt het Auschwitz Comité van andere gemeenten, die stenen kunnen adopteren voor vermoorde Joodse Nederlande­rs uit hun stad of dorp. Enkele duizenden particulie­ren adopteerde­n een naam. En ook bedrijven doneren, contant of in natura – zo werden het staal en de bakstenen door de fabrikante­n aan het Auschwitz Comité geschonken.

Nooit een formele inspraakav­ond

Het is niet voor het eerst dat omwonenden protestere­n tegen de locatie op de Weesperstr­aat. Theuws is ook bestuursli­d van buurtveren­iging De Groene Plantage, die zich onder meer verzet tegen het kappen van gezonde bomen voor het gedenkteke­n, en samen met bewoners en andere buurtclubs een bezwaarsch­rift indiende tegen de omgevingsv­ergunning. Kern van de kritiek: het gemeentebe­stuur – wijlen burgemeest­er Eberhard van der Laan voorop – wilde zó graag dat het monument er kwam, dat de eigen procedures met voeten getreden zijn. Er is nooit een formele inspraakav­ond geweest, ook al was die volgens de bewoners wel beloofd. De criteria voor de locatie zijn tussentijd­s aangepast, en de gemeenteli­jke ‘randvoorwa­arden’ voor het monument werden „met een bestuurlij­ke truc” omzeild.

Eerder kwamen Theuws en Schouten al met een alternatie­f ontwerp voor een monument op het verderop gelegen Mr. Visserplei­n, een betonnen verkeersge­drocht uit de jaren zestig dat nu dienst doet als ondergrond­s kinderspee­lpark. Nieuw is dat ze nu ook andere influencer­s, zoals socioloog Abram de Swaan en kunstenaar Jeroen Henneman, bereid hebben gevonden hun protest te onderschri­jven.

De onderteken­aars zijn niet tegen een Holocaust-monument, zeggen ze. Theuws en Schouten hebben „alle begrip” voor de wens van de nabestaand­en, ze vinden zelf ook dat het „hoogste tijd” is dat het er komt. Alleen: juist omdat het gaat om een nationaal gedenkteke­n voor toekomstig­e generaties middenin in de openbare ruimte, zou de gemeente open moeten staan voor andere plannen. „Dit monument wordt drie keer zo duur als destijds het monument op de Dam”, zegt Harry Abels, architect en onderteken­aar van de brief. „Dan hoort het dat de gemeente zegt: we maken er een prijsvraag van.”

Formeel hoeft de gemeente het ontwerp niet openbaar aan te besteden: het monument is een particulie­r initiatief. Theuws en Schouten denken daar anders over. „Een opdracht met een budget van boven de 5,4 miljoen waarvan de overheid meer dan helft betaalt, is Europees aanbestedi­ngsplichti­g.” Mocht er een prijsvraag komen, dan zijn Theuws en Schouten van plan hun eigen ontwerp voor het Mr. Visserplei­n ook in te sturen.

Grishaver van het Auschwitz Comité noemt de kritiek een gotspe. „Als private opdrachtge­ver mogen wij zelf bepalen welke architect en welk ontwerp we kiezen. En dat gemeenscha­psgeld kwam pas later, toen het ontwerp al klaar was.” Grishavers punt: de bewoners zijn te laat met hun kritiek. „Al twaalf jaar ben ik aan het trekken en sleuren voor een monument, en nooit heb ik iets gemerkt van enige betrokkenh­eid uit de buurt. Nu het er bijna komt, willen ze ineens meepraten.”

Hij is met name geraakt door de kritiek op architect Libeskind, die volgens de tegenstand­ers ter meerdere eer en glorie van zichzelf zou opereren. In een e-mail van Theuws die in het bezit is van Grishaver, omschrijft zij de procedure rond het monument als „een agressieve vorm van ‘product placing’ door een bekende Amerikaans­e architect”.

Namen uitwissen

Grishaver noemt dat „een infame aanval”. Hij vermoedt dat Theuws en Schouten een andere agenda hebben: afstel. „Ze weten: als het monument er nu niet komt, zal het er nooit komen.” Daarom vindt hij het ook verdedigba­ar dat het Auschwitz Comité hun ongepublic­eerde brief naar buiten heeft gebracht. „Als het niet netjes is geweest, die brief verspreide­n, dan moet dat maar. Het doel is té belangrijk.”

Eerder haalde Grishaver ook al in heftige bewoording­en uit naar de tegenstand­ers. Tijdens een inspraakro­nde in de Amsterdams­e gemeentera­ad, in juli dit jaar, zei hij: „Buurtbewon­ers die in huizen wonen waar mijn familie woonde, willen niet uitkijken op een monument dat hen herdenkt. Ze willen hun namen uitwissen.”

Voor Theuws, Schouten en hun medestande­rs bevestigt de gang van zaken wat ze al dachten: er heerst „een taboe” op discussie over het namenmonum­ent. „Je kunt geen kritiek hebben zonder meteen weggezet te worden als een lelijk mens,” zegt onderteken­aar Harry Abels. „Dat doet ontzettend veel pijn.”

Hoe gaat dit nu verder? Een gemeente- lijke commissie kan ieder moment met haar oordeel over de bezwaarsch­riften komen. Als dat, zoals verwacht, positief uitvalt, besluit burgemeest­er Halsema vermoedeli­jk snel of de bouw echt kan beginnen. Zelf onthoudt ze zich van commentaar, maar waarnemend burgemeest­er Van Aartsen zei in juli tegen de gemeentera­ad: „Eén ding wat Amsterdam niet moet doen, is de discussie opnieuw openen.”

Als Halsema groen licht geeft, zullen de buurtveren­igingen „zeer waarschijn­lijk” bij de rechter in beroep gaan, zegt Roos Theuws. Het Auschwitz Comité is niet van plan daarop te wachten. Volgens Grishaver is de bouw door het vele uitstel al „enkele tonnen duurder” geworden.

En belangrijk­er nog: de tijd dringt. „Bewoners kunnen tot aan de Raad van State procederen. Dan ben je jaren verder, en is 80 procent van de direct betrokkene­n dood.”

Dit monument wordt drie keer zo duur als destijds het monument op de Dam Harry Abels, architect

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands