NRC

Flamingo’s spotten in de Grevelinge­n

VOGELS Ze zijn een trend in winkels, maar steeds vaker kan je in Nederland ook gewoon échte flamingo’s in het wild zien.

- Door onze medewerker Kirsten Dorrestijn Foto Ingrit Raven

Uit botvondste­n blijkt dat flamingo’s duizenden jaren geleden al in West-Europa voorkwamen

William van der Hulle, boswachter

Het wemelt van de flamingo’s in winkels. Je ziet ze op telefoonho­esjes, mokken, T-shirts, paraplu’s en notitieboe­kjes. Met zijn zuurstokro­ze verenkleed, lange nek, stelten van poten en elegante snavel heeft hij kennelijk een grote aantrekkin­gskracht op consumente­n. Intratuin verkoopt levensgrot­e plastic exemplaren voor naast de vijver. Bol.com levert opblaasbar­e flamingo’s (XXL) voor in het zwembad, voor 19,95 euro. Ook bij de Blokker, Xenos, Action, de Bijenkorf en Sissy Boy vullen flamingo’s de schappen.

In de Nederlands­e natuur vind je ze ook – mits je goed zoekt. „Veel mensen associëren flamingo’s met de tropen”, zegt Gert Ottens, gespeciali­seerd in exoten en werkzaam bij de Vogelbesch­erming. „Maar sinds de jaren tachtig broedt er een kolonie in Duitsland en zien we ze steeds vaker in ons land.” Ottens gaat ze geregeld bekijken. De Duitse kolonie is te vinden in het Zwillbrock­er Venn, een paar honderd meter over de grens bij Groenlo. Omdat het water daar in de winter dichtvries­t, komen vrijwel alle vogels uit de kolonie – een stuk of zestig – overwinter­en in Nederland, vooral in de Grevelinge­n.

Het begon allemaal in 1982 met zes Chileense flamingo’s, die vermoedeli­jk waren ontsnapt uit een dierentuin of een privécolle­ctie. Nog datzelfde jaar plantten de vogels zich voort in het Zwillbrock­er Venn. In 1986 voegden zich een aantal Europese flamingo’s bij de groep, en nog later sloten zich twee Caribische exemplaren aan – die laatste soort was waarschijn­lijk ook ontsnapt.

Bussen vol flamingo-watchers

De Europese flamingo komt uit het Middelland­se Zeegebied en is waarschijn­lijk op eigen kracht komen aanvliegen: in Zuid-Frankrijk, Spanje en in Italië leeft deze soort in het wild. Inmiddels duiken er allerlei kruisingen op in de groep, met kenmerken van verschille­nde soorten. Van de Caribische flamingo zijn zelfs geen ‘zuivere’ vertegenwo­ordigers meer.

Met de trend van nep-flamingo’s groei- de de afgelopen jaren ook de popularite­it van de echte flamingo’s in de Grevelinge­n, merkt boswachter William van der Hulle van Staatsbosb­eheer. Hij heeft het gebied waar de dieren leven onder zijn hoede en zag de bezoekersa­antallen toenemen.

„Sinds zes jaar staan ze op een vaste plek, waar ze goed te zien zijn. Vooral in de winter, en als er media -aandacht voor de vogels is geweest, staat de haven van Battenoord vol toeristen. Al die mensen staan dan met hun verrekijke­rs op de dijk te kijken. Vanuit België worden zelfs speciale vogelreize­n georganise­erd met bussen. In het weekend staan er vaak wel twee of drie bussen. Je kunt nog geen kop koffie drinken in de haven, maar door de flamingo’s is het een echte pleisterpl­aats geworden.”

De groep flamingo’s die in de delta overwinter­t, is in de loop der jaren flink gegroeid. Zes jaar geleden waren het er nog zo’n twintig, nu zijn het er meer dan zestig. Elk jaar worden er in Duitsland zo’n vijf tot tien jongen geboren en afgelopen jaar voegden ook elf flamingo’s uit het Middelland­se Zeegebied zich bij de kolonie. Die vogels zijn goed te herkennen omdat ze, in tegenstell­ing tot de Duitse kolonie, niet geringd zijn. De kuikens die geboren worden in de Duitse kolonie krijgen allemaal een rode ring met een unieke code om hun poot, zodat de individuel­e dieren herkenbaar zijn. Mogelijk zullen de flamingo’s in de toekomst zich ook in Nederland voortplant­en.

In de regio rond de Grevelinge­n is inmiddels algemeen bekend dat er flamingo’s zitten, zegt Van der Hulle. „Maar mensen die ze voor het eerst ontdekken, vinden het vaak onnatuurli­jk dat ze in de delta staan. En dat terwijl uit botvondste­n blijkt dat flamingo’s duizenden jaren geleden al in West-Europa voorkwamen.”

Even 200 kilometer op en neer

Ook in de rest van Nederland zijn bijna dagelijks flamingo’s te zien. Dat wordt duidelijk op de website waarneming.nl, waar vogelaars hun waarneming­en doorgeven. Zo zijn er de afgelopen dagen vo- gels gespot bij Spijkeniss­e, Zwolle en Borculo. Plekken waar de flamingo’s vaak gezien worden zijn het Lauwersmee­r, langs de randmeren, de Friese IJsselmeer­kust of bij plasjes in de Achterhoek.

Volgens vogelkenne­r Ottens gaat het vaak om ouder-vogels uit het Zwillbrock­er Venn die voedsel komen zoeken voor hun jongen. „Flamingo’s kunnen enorme afstanden afleggen”, zegt Ottens. „Een paar duizend kilometer is peanuts voor ze.” Uit onderzoek blijkt dat flamingo’s uit Duitsland soms ‘even’ op en neer naar de Grevelinge­n vliegen om te foerageren.

Dat er steeds meer flamingo’s uit ZuidEuropa naar Nederland en Duitsland vliegen, kan komen door klimaatver­andering, volgens Ottens. „In de broedtijd zijn ze afhankelij­k van ondiepe plassen om hun nest te bouwen. Als zo’n plas uitdroogt gaan de vogels op zoek naar een andere broedplek.” Het klimaat is hier in ieder geval niet te koud voor de flamingo’s. „De Chileense flamingo broedt in zijn oorspronke­lijke leefgebied ook in de Andes, dus die kan wel tegen een stootje.” Ook met sneeuw geven de flamingo’s gewoon ‘acte de présence’ in Nederland.

Boswachter Van der Hulle is de flamingo-trend in winkels niet ontgaan – hij doet er zelf aan mee. „Bij mij in de tuin staan plastic flamingo’s en mijn kinderen lopen in kleding met roze vogels erop.” Van der Hulle denkt wel dat het vooral de kleur is die bij mensen het ‘tropische’ gevoel opwekt, en niet zozeer de gestalte van de vogel. „Zonder zijn roze jas is het eigenlijk maar een lelijk dier.”

 ??  ?? Een stuk of zestig flamingo’s overwinter­en in de Grevelinge­n, op de grens van Zeeland en Zuid-Holland.
Een stuk of zestig flamingo’s overwinter­en in de Grevelinge­n, op de grens van Zeeland en Zuid-Holland.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands