Romein in Tongeren werd op oosterse wijze vervloekt
Jahweh en Ba’al werden in stelling gebracht om een Romein te vervloeken, zo blijkt uit een Tongerense vervloekingstablet.
Archeologen hebben in Tongeren (België) een vervloekingstablet uit de Romeinse tijd opgegraven. Het laat zien dat al op het eind van de eerste eeuw na Chr. oosterse religieuze ideeën in Noordwest-Europa aanwezig waren. De tekst op het loden plaatje, ongeveer 12 bij 14 centimeter groot, is geschreven in het
Grieks en Latijn en verwijst naar de joodse god Jahweh. Het is maandag gepresenteerd in het Gallo-Romaans Museum in Tongeren en wordt beschreven in een artikel in het tijdschrift Latomus.
Een vervloekingstablet werd in de Romeinse wereld regelmatig gebruikt om het ongeluk af te roepen over vijanden. Dat Romeinen daarbij nietGriekse of -Romeinse goden aanriepen, is niet ongebruikelijk. Uit Egyptische papyri blijkt dat de Romeinen bij hun magische rituelen (waarbij de gelovige de bovennatuurlijke machten niet verzocht om iets te doen, maar hen daartoe wilde dwingen) wel vaker de joodse god inzetten. Op het Tongerse tablet, waarvan de tekst grotendeels Grieks is, staat Jahweh zesmaal vermeld, waarvan driemaal met Ba’al, een in de Bijbel fel bestreden ‘afgod’. Ook de godsnaam Elohim valt te lezen, net als het Hebreeuwse Sabaoth, ‘heer der heerscharen’. Degene die naar de hel mocht lopen, heette Gaius Julius Viator.
Het bijzondere is de vindplek: niet alleen in het noordwesten van het Romeinse Rijk, maar ook in of bij een woonhuis. Dit is wonderlijk, want normaal gesproken vinden archeologen deze tabletten in heiligdommen, graven of waterputten. Toch zijn er wel aanwijzingen voor rituelen waarbij een tablet in een woonhuis werd verborgen. De Romeinse auteur Tacitus vermeldt bijvoorbeeld dat toen generaal Germanicus ziek werd, in zijn huis loden tabletten werden gevonden met zijn naam erop.
De wijze waarop de informatie is geschreven (in een halve cirkel, rond een huisvormig centrum en met een band bovenaan) is verder alleen bekend uit Griekenland en Tunesië. Het ligt voor de hand dat het een Mediterraan importstuk is, maar een chemische analyse van het lood bewijst dat dit in de Eifel is gewonnen. Het voorwerp is dus lokaal vervaardigd.
Het team dat de officiële publicatie verzorgt, houdt het erop dat iemand met een modellenboek rondreisde, dat het voorwerp misschien in het kosmopolitische Keulen is vervaardigd en dat de opdrachtgever de naam van Gaius Julius Viator heeft toegevoegd. Het lot van deze Gaius Julius Viator is onbekend.