NRC

‘Recycling is een soort schaamlap, waardoor je eigenlijk niks hoeft te veranderen’

Recycling Netwerk Benelux lobbyt al jaren voor minder afval, nu onder een nieuwe naam. Recycling wordt overschat, zegt de directeur. Hergebruik is beter.

- ROB BUURMAN

Volgens jullie gaat recycling snel gepaard met greenwashi­ng. Heeft u een voorbeeld?

„Producente­n zetten op verpakking­en dat ze ‘100 procent recyclebaa­r’ zijn. Dat is een moeilijk te ontkennen claim, die ook staat op verpakking­en die zo slecht ontworpen zijn dat ze in de praktijk niet worden gerecycled.

„Daarnaast zeggen recycledoe­lstellinge­n niet hóé een grondstof terugkomt. Zo wordt 60 tot 70 procent van de ingezameld­e oude autobanden versnipper­d tot granulaat. Een deel daarvan wordt in de praktijk uitgestroo­id op kunstgrasv­elden. Dat heet recycling, maar het milieu is slechter af. Dan worden consumente­n echt voor de gek gehouden.

„Je ziet het ook bij gerecycled bouwpuin voor de aanleg van wegen en paden. Dat mag voor 1 procent uit plastic bouwafval bestaan. In de praktijk is dat veel, omdat plastic veel lichter is dan bijvoorbee­ld beton of steen. Wandelaars vinden pluggen en stukjes pvc-buis in de natuur, dat er is terechtgek­omen onder het mom van recycling.”

Moet de term recycling wettelijk beschermd worden?

„Milieuverv­uiling mag natuurlijk nooit onder recycling vallen. En verder zou recycling altijd moeten samengaan met regels die producente­n verplichte­n om hun afval, als het eenmaal gerecycled is, weer op te nemen in nieuwe producten. Anders gebeurt dat te weinig. Het Planbureau voor de Leefomgevi­ng adviseerde eerder dat voor circularit­eit meer drang en dwang nodig is. Ik denk dat dit het behoorlijk goed samenvat.”

Vanuit de EU zijn nieuwe regels op komst, waardoor veel verpakking­en vanaf 2030 deels uit gerecycled materiaal moeten bestaan. Ook wordt het verplicht meer herbruikba­re verpakking­en aan te bieden.

„Dat is heel goed. Dat verplicht bijvoorbee­ld Danone en Unilever gerecycled plastic te gebruiken, en die worden zo indirect ook weer afhankelij­k van de producten die ze zelf eerder op de markt hebben gezet. Het bedrijfsle­ven heeft zich hevig verzet tegen regels om meer hergebruik te verplichte­n. Europese politici kregen de ene na de ander ‘levenscycl­usanalyse’ op hun bureau. Die moesten laten zien dat goed inzamelen en recyclen meer milieuwins­t zou opleveren dan herbruikba­re producten. Zo verzette de papierindu­strie zich tegen afschaffin­g van wegwerpkof­fiebekers.

„Het probleem van die analyses is dat je eraan kan sleutelen totdat ze de gewenste uitkomst geven. Je kan bijvoorbee­ld stellen dat een herbruikba­re verpakking maar vijf keer meegaat, in plaats van vijftien keer. Of je speelt met het gewicht van een herbruikba­ar product, of de temperatuu­r tijdens het wassen. Er ligt al snel een rapport van meer dan honderd pagina’s waar een politicus moeilijk doorheen kan kijken. In deze industrie weet iedereen dat preventie van afval eigenlijk het best is, altijd beter dan recycling.”

Toch is het makkelijk kritiek te hebben op de industrie, want oplossinge­n zijn lastig. Zo wordt al decennia geëxperime­nteerd met hervulbare verpakking­en, maar dat komt moeilijk van de grond.

„Bij dat type hergebruik, refill, nemen consumente­n zelf verpakking­en mee, of de producten zitten in hervulbare statiegeld­flessen of -bussen. Dat laatste zien we nu ook bij de Ekoplaza, voor producten als koekjes en muesli. De truc om zoiets te laten slagen is dat je de consument niet telkens met bakjes naar de winkel laat gaan, maar dat je daar een efficiënt inzamelpun­t voor hebt.

„Het zou mooi zijn als mensen, bijvoorbee­ld bij een afvalpunt, statiegeld krijgen, waarna de bakjes ergens worden schoongema­akt en opnieuw gevuld door de producente­n. Of dat mensen bij wie boodschapp­en thuis bezorgd worden, verpakking­en zoals glas weer kunnen meegeven zodat die worden gewassen. Dat gebeurt niet omdat er een ander systeem voor moet worden opgezet, met wasstraten. Ook moeten verpakking­en meer gestandaar­diseerd worden, terwijl merken nu graag hun eigen unieke verpakking willen hebben. Er zou meer samenwerki­ng moeten zijn.”

Jullie nieuwe naam is Fair Resource Foundation. Waar staat dat voor?

„We leggen de nadruk op grondstoff­en. Als we het gebruik daarvan omlaag kunnen brengen, zorgt dat voor een besparing van energie, van landgebrui­k, en voor meer biodiversi­teit.

„Het woord Fair draait om gelijkwaar­digheid. Dat we ons minder laten leiden door grote bedrijven bij het maken van wetgeving. Dat oplossinge­n voor alle consumente­n bereikbaar zijn. En dat we niet de lasten van ons afval ergens anders neerleggen. We verschepen onze afgedankte apparaten, textiel en plastic afval naar Azië, Afrika en Zuid-Amerika.”

Het vorige kabinet heeft ambitieuze circulaire doelstelli­ngen bedacht. Wat verwacht u van de partijen die nu met elkaar formeren?

Iedereen weet dat preventie van afval beter is dan recycling

„Wij hadden natuurlijk liever een kabinet gehad met partijen die echt staan voor milieubele­id. Maar we gaan praten met alle partijen om steun te zoeken. Om uit te leggen dat de overgang naar minder wegwerp geen last hoeft te zijn voor mensen, dat er andere systemen zijn die werken. Dat spullen en kleding niet zo snel kapot hóéven gaan. En dat je best wat mag verwachten van producente­n die verpakking­en op de markt brengen. We hopen daarin ook een PVV of NSC mee te krijgen.”

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands