NRC

Binnenhof kan dienen als voorbeeld voor formatieke­uzes

-

Je zou de verbouwing van het Binnenhof als een metafoor voor Nederland kunnen zien, een land waar het piept en kraakt. Waar decenniala­ng met lapmiddele­n is geprobeerd het onvermijde­lijke uit te stellen: het maken van keuzes. Waar kluwen met elkaar verbonden kabels alleen in samenhang ontward kunnen worden. En waar, als je eenmaal een schop in de grond zet, duidelijk wordt dat er meer achterstal­lig onderhoud is dan verwacht.

Neem de personeels­tekorten waar veel sectoren mee kampen. Die kunnen worden opgelost door meer immigratie of door een krimpende, vergrijzen­de beroepsbev­olking meer uren te laten werken. Dat laatste vraagt om een plan voor meer kinderopva­ng en de pensioenle­eftijd. Het eerste om meer voorzienin­gen en meer huisvestin­g.

Die vraag naar woningen vraagt weer om een antwoord op het stikstofpr­obleem, dat weer samenhangt met de toekomst van de landbouw en de aanwezighe­id van bepaalde industrieë­n, met klimaatdoe­len die gehaald moeten worden, en met de ruimte die Nederland ook aan rivieren, natuur, recreatie en wegen wil geven.

Het ís ingewikkel­d om een gebouw – of land – dat piept en kraakt weer soepel draaiend te krijgen

Wat dat betreft kan het Binnenhof juist dienen als voorbeeld voor de formerende partijen en de volksverte­genwoordig­ers voor al die andere keuzes die gemaakt moeten worden.

Vertel het eerlijke verhaal. ‘Sober en doelmatig’, de opdracht die met name de Tweede Kamer meegaf aan de architecte­n, was altijd meer wens dan realiteit. Begroten is vooruitzie­n, er zijn altijd risico’s waarvoor je een buffer nodig hebt, en noodzakeli­jke investerin­gen kosten geld.

Nietsdoen is geen optie meer, asbest kan je niet laten zitten. Zie de Palaces of Westminste­r in Londen die ook broodnodig gerepareer­d moeten worden – in 2012 lekte urine al door de plafonds – maar waar renovatie wordt uitgesteld. De Britten spenderen inmiddels twee miljoen pond per week aan adhoc-reparaties.

Vertel dat geld soms gaat naar reparaties die niet onmiddelli­jk zichtbaar worden. Als het Binnenhof eenmaal klaar is, zal het er op een vernieuwde publieksin­gang en een stukje extra gracht na niet veel anders uitzien. Maar het gebouwenco­mplex zal wel enkele decennia brandveili­g meekunnen. Zo hopelijk ook de inrichting van Nederland.

Vertel dat renovaties soms langer duren dan gedacht. Het ís ingewikkel­d om een gebouw – of land – dat piept en kraakt weer soepel draaiend te krijgen. Dat vergt aandacht die verder gaat dan de talkshowfi­ttie van de dag.

Wat dat betreft zou het goed zijn als de Tweede Kamer niet blijft zwelgen in een nostalgisc­h verlangen naar het Binnenhof. In de centrale hal van het huidige gebouw hangt een ‘atoomklok’ die op de seconde nauwkeurig de 950-plus dagen aangeeft sinds het vertrek. Het zou beter zijn aandacht te vragen voor bijvoorbee­ld de democratis­che onwenselij­kheid dat het publiek vanaf de – kleine - tribune nauwelijks zicht heeft op zijn volksverte­genwoordig­ers maar vooral op de ministersp­loeg.

n maak duidelijk dat als iets moet, het moet. Hardnekkig zit één departemen­t, dat van Algemene Zaken, ondanks waarschuwi­ngen van de brandweer dat het er niet veilig is, nog op het Binnenhof. Een nieuwe premier doet er goed aan te allen tijde het goede voorbeeld te geven.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands