Spaanse socialisten doorbreken impasse
SPANJE - De Spaanse socialisten hebben eieren voor hun geld gekozen en rivaal Mariano Rajoy een nieuwe termijn als premier gegund. Daarmee komt een tien maanden-durende impasse aan zijn eind en zijn nieuwe verkiezingen, die de derde van dit jaar zouden worden, definitief van de baan.
De Socialistische Partij, de PSOE, was diep verdeeld over de vraag of het Rajoys Partido Popular moest gedogen. Critici vreesden dat gedoogsteun een hypocriete boodschap zou uitzenden, voorstanders waren bang voor een uitloop naar de populisten van Podemos. Bovendien is Spanje in de ban van enkele rechtszaken over corruptieschandalen rond de Partido Popular (PP), schrijft Volkskrant correspondent Maartje Bakker. Omkoping was aan de orde van de dag; bij het aanleggen van nieuwe infrastructuur, het aanbesteden van de vuilnisophaaldienst, het organiseren van partij-evenementen. De penningmeester van de PP deelde volop mee in de steekpenningen. Dat was de man aan wie Rajoy sms’te, na onthullingen over een zwarte partijrekening; ‘Wees sterk.’ Met zo iemand wil een deel van de sociaal-democraten niet gezien worden.
Spanje had sinds december een interim-regering, omdat de verkiezingen geen duidelijke winnaar aanwezen, in tegenstelling tot eerdere verkiezingen, waar de PP en de PSOE afwisselden. Ditmaal kreeg Rajoys PP 33 procent van de stemmen, tegenover 23 procent voor de socialisten. De populisten van Podemos kregen 21 procent van de stemmen. Ciudadanos, een partij vergelijkbaar met D66, was goed voor 13 procent.
Rajoy wist eerder de democraten van Ciudadanos aan zich te binden, en mag met de gedoogsteun van de PSOE beginnen aan een tweede termijn. De verkiezingsuitslag bracht de socialisten in een splijtzwam, omdat die campagne voerden voor verandering. Het kostte PSOE-leider Pedro Sánchez de kop, die fel tegenstander was van gedoogsteun aan Rajoy. Wie nu de partij moet gaan leiden is onduidelijk. (de Volkskrant)