CDA steunt Oekraïneverdrag toch
DEN HAAG - Er is vanuit de Eerste Kamerfractie van het CDA wel degelijk een signaal afgegeven richting premier Rutte dat het wel snor zit met steun voor het samenwerkingsverdrag tussen de EU en Oekraïne. Dat blijkt uit een rondgang van deze krant. CDA-senator Van Kesteren beaamt dat hij door het kabinet is gebeld met de vraag hoe de vlag erbij hangt. “Persoonlijk vind ik dat het verdrag er moet komen.” Van Kesteren heeft dat ook laten weten. Volgens hem zijn er meer partijgenoten in de Eerste Kamer die er zo over denken. “Daarmee zal het kabinet het misschien wel redden.”
Partijgenoot in de Eerste Kamer Knapen houdt zich op de vlakte. “Ik wil me niet binden aan afspraken vooraf.” Maar hij voelt zich evenmin gebonden aan een decreet van de partijleiding om het kabinet het probleem in z’n uppie te laten opknappen. “Je hebt rekening te houden met de argumenten van de fractie in de Tweede Kamer, maar het is niet zo dat we hier altijd hetzelfde stemmen.”
Het kabinet kondigde maandag aan dat het voor de Europese top van 15 en 16 december in Brussel de zegen wil hebben voor een juridische bindend bijvoegsel bij het verdrag waarin staat dat Oekraïne geen garanties krijgt op EU-lidmaatschap, militaire bijstand, financiële steun en toegang tot de Europese arbeidsmarkt.
In de Eerste Kamer, waar het kabinet geen meerderheid heeft, leek lange tijd onvoldoende steun voor een dergelijke uitleg van de referendumuitslag. Behalve bij ChristenUnie en GroenLinks leek ook bij het CDA geen bereidheid het kabinet te helpen het verdrag erdoor te krijgen. Het kabinet moet het ‘nee’ van de referendumuitslag volgen, redeneerden die partijen in het openbaar. Vooral CDAleider Buma was tamelijk fel in dat standpunt. Toch zei premier Rutte maandag opeens voldoende vertrouwen te hebben op een goede afloop. Dat CDA’ers in de Eerste Kamer straks anders stemmen dan in de tweede Kamer, hoeft voor Buma niet per se een probleem te zijn. Mocht het kabinet de toevoeging aan het Oekraïneverdrag in Brussel voor elkaar krijgen, dan is een eventuele stemming daarover in de Eerste Kamer waarschijnlijk pas na de verkiezingen voor de Tweede Kamer.
(De Telegraaf)