Hoefdraad verduidelijkt afspraken met IMF
PARAMARIBO – De Surinaamse autoriteiten en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) hebben geen nadere concrete afspraken over de uitvoering van het Stabiliteitsen Herstelplan. Dit meldt minister Gillmore Hoefdraad van Financiën in een persbericht. “De overheid is bezig met de uitvoering van het programma en zit goed op schema”, laat Hoefdraad weten. De minister meldt dat het recente IMF-bezoek een reguliere Artikel-IV missie was, die in het algemeen de economische ontwikkelingen en vooruitzichten onderzoekt.
Volgens de bewindsman hebben de autoriteiten het argument aangehaald dat de terugval van de groei, ook door het IMF, te laag was ingeschat en de projecties op basis daarvan herzien moeten worden. Als dit in een later stadium blijkt, moet er kunnen worden toegegeven dat het uitgangspunt verkeerd was, en moeten eerder voorgestelde maatregelen opnieuw worden geprogrammeerd. Het IMF is erop gewezen dat het land anders het gevaar loopt dat de economie in een nog zwaardere recessie terechtkomt.
“Er is met het Surinaams programma resultaat geleverd op cruciale gebieden die de regering als prioriteit ziet om de economie te balanceren en wederom op het groeipad te trekken. Deze zijn: het sterk terugdringen van het begrotingstekort, opbouw van de monetaire reserves, vrij laten van de wisselkoers, verbeteren van het sociale vangnet en het voorbereiden van wetshervorming en institutionele versterking”, legt Hoefdraad uit.
De minister geeft ook aan dat de autoriteiten zeer verbaasd zijn dat het IMF-team aan journalisten en parlementariërs een zeer technische definitie van de internationale reserves heeft voorgehouden. Hierdoor zou er maar 1 maand importdekking zijn. Echter, de reserves zijn juist weer opgekrikt. “Eind oktober bedragen de reserves zoals gepubliceerd door de CBvS, en notabene volgens definities die zij altijd hanteert en die door technische assistentie missies zijn geaccordeerd, US$ 371 miljoen. De Centrale Bank van Suriname is gestadig bezig reserves op te bouwen. Met de geslonken importen, die mede door bezuinigingen een realistischer beeld geven van onze importbehoefte, is dit een dekking van ongeveer 4.5 maanden”, zegt Hoefdraad. Volgens hem heeft het IMF-team daarentegen de berekeningen en de macro-tabellen niet met de overheid gedeeld, wat hoogst ongebruikelijk is, ook bij een Artikel-IV missie.
Hoefdraad meldt dat er op vele punten overeenstemming is met het IMF, maar er zijn ook nog zaken waarover er ernstige meningsverschillen zijn. “Daar zitten wij nog steeds mee en als het IMF een open mind heeft, dan raken wij snel uit de impasse waarin wij nu beland zijn”, zegt de minister.