Gemeenten spekken hun kas met precario
DEN HAAG - Meer dan 40 gemeenten hebben dit jaar snel precariotaks op het stroomnet onder hun grond ingevoerd. Ze halen zo tientallen miljoenen euro’s binnen die burgers via de energienota weer moeten betalen. Netbeheerders Alliander en Stedin eisen dat de Tweede Kamer de precario vóór de verkiezingen afschaft.
Terwijl het Kabinet het wetsvoorstel al klaar heeft om de uit de 19e eeuw stammende belasting af te schaffen, zien gemeenten hun kans schoon. Zij voeren de precario nog snel in, zeker nu de wet een zeer lange overgangstermijn van tien jaar bevat en ze zo nog tot met 2027 kunnen heffen. Delft is het recentste voorbeeld: deze maand rekent de stad voor het eerst precario op het stroomnet. Volgend jaar moet Stedin daardoor liefst 3,4 miljoen euro afdragen aan de Delftse gemeentekas.
Ruim veertig dorpen en steden zijn dit jaar met de precario gestart, blijkt uit cijfers die Alliander en Stedin aan het AD hebben verstrekt. Dat zijn de twee grootste regionale netbeheerders, vrijwel alle precario-gemeenten bevinden zich in hun werkgebied. Inmiddels heffen ruim 140 van de in totaal 380 gemeenten belasting op het stroomnet.
Nieuwe gemeenten bij Alliander - beheerder voor de provincies NoordHolland, Gelderland, Flevoland en Friesland zijn o.a. Alkmaar, Ede, Gooise Meren, Veenendaal, Weesp en Wageningen. In het Stedingebied - Zuid-Holland en Utrecht - betreft het onder meer Amersfoort, Dordrecht, Gorinchem, Sliedrecht, Strijen en Zwijndrecht.
Per gemeente gaat het al snel om vele miljoenen: neem koploper Den Haag dat een slordige 11,5 miljoen euro heft. Rotterdam rekent 9,8 miljoen, Haarlemmermeer 6,5 miljoen, Leiden 5,7 miljoen. Over dit jaar kreeg Alliander liefst €148 miljoen op zijn bord geschoven, 38 miljoen meer dan vorig jaar. Stedin moet ruim 60 miljoen betalen, vorig jaar was dat nog 36 miljoen euro. In totaal zijn Alliander en Stedin over 2016 dus liefst 206 miljoen euro kwijt.
(AD/ foto: persgroep.net)