Maan Charon verstoort striptease van Pluto
De zonnewind is hard bezig om Pluto van zijn atmosfeer te ontdoen. Maar Charon gooit – zo af en toe – roet in het eten. De atmosfeer van Pluto wordt steeds dunner. Het is allemaal te wijten aan de zonnewind die de dwergplaneet aan het strippen is. Maar helemaal vrij spel heeft de zonnewind niet, zo blijkt nu uit nieuw onderzoek. Want wanneer Charon tussen Pluto en de zon in staat, heeft de atmosfeer van Pluto het aanzienlijk minder zwaar te verduren.
“Charon heeft niet altijd zijn eigen atmosfeer”, vertelt onderzoeker Carol Paty. “Maar wanneer dat wel het geval is, creëert deze een schild voor Pluto en leidt deze de zonnewind grotendeels om Pluto heen.” Hierdoor takelt de atmosfeer van Pluto aanzienlijk langzamer af. Wanneer Charon geen
atmosfeer heeft of naast of achter Pluto staat (de onderzoekers noemen dat ‘stroomafwaarts) heeft de maan slechts een klein effect op de interactie tussen de zonnewind en Pluto.
Voordat ruimtesonde New Horizons een bezoek bracht aan Pluto schatten onderzoekers al in hoe snel de atmosfeer van de dwergplaneet verdwijnt. Die schatting viel echter veel hoger uit dan de daadwerkelijke metingen van New Horizons. En nu weten we dus hoe dat komt: Charon zit er – letterlijk – tussen.
Dat de maan zo’n grote invloed heeft op de interactie tussen de zonnewind en Pluto is niet zo heel gek. Charon is met een diameter die ongeveer half zo groot is als de diameter van Pluto aanzienlijk groot. Bovendien staat de maan ook nog vrij dicht bij Pluto in de buurt: de twee zijn slechts iets meer dan 19.000 kilometer van elkaar verwijderd.
Verkleurde polen
Met het onderzoek bevestigen Paty en collega’s ook direct een andere hypothese die draait om de verkleuringen op de polen van Charon. De hypothese stelt dat deze veroorzaakt worden door magnetische deeltjes die uit de atmosfeer van Pluto zijn gerukt en zich over een periode van miljarden jaren – wanneer Charon zich ‘stroomafwaarts’ bevond – op de polen van de maan hebben verzameld.
Door Pluto en zijn directe omgeving te bestuderen, hopen onderzoekers een beter beeld te krijgen van hoe Pluto er lang geleden uitzag. “Zelfs op grote afstand van de zon is Pluto zijn atmosfeer aan het kwijtraken. Door de snelheid waarmee dat gebeurt, vast te stellen, kunnen we meer zeggen over hoe dik de atmosfeer in het begin was en dus hoe Pluto er vroeger uitzag.”
(Scientias)
Maar daar klopt niks van, zo schrijven onderzoekers nu in het blad Astronomy & Astrophysics. Ze baseren zich op nieuwe informatie, verzameld door ruimtetelescoop
En dat heeft gevolgen. “De ontmoeting met Gliese 710
Uit het onderzoek blijkt dat fruitvliegjes die op jonge leeftijd bloot worden gesteld aan iets hogere temperaturen dan normaal een kleinere kans hebben om op latere leeftijd nageslacht op de wereld te zetten. “We wisten reeds dat insecten het effect van klimaatverandering voelen, maar nu weten we dat ze het al bij veel lagere temperaturen voelen”, stelt onderzoeker Rhonda Snook. “Ons onderzoek is uniek, omdat we de insecten slechts blootstelden aan milde opwarming, maar ook nagingen welke impact dit op lange termijn op de insecten had. De resultaten laten zien dat zelfs kleine temperatuurstijgingen kunnen leiden tot krimpende populaties.” Want de insecten gaan weliswaar niet dood door de warmte, maar brengen wel minder jongen voort.
Maar hogere temperaturen hebben niet overal hetzelfde negatieve effect op het voortplantingssucces van fruitvliegen. Zo zijn fruitvliegen die geëvolueerd zijn in landen op lage breedte (bijvoorbeeld Spanje) beter bestand tegen iets hogere temperaturen dan insecten die op hoge breedte (bijvoorbeeld in Zweden) zijn geëvolueerd. Het suggereert volgens de onderzoekers dat insecten in landen op hogere breedtes met het oog op klimaatverandering kwetsbaarder zijn dan de insecten op lagere breedtes.
Grote vraag is nu waarom insecten in Spanje beter om kunnen gaan met een beetje extra warmte dan de insecten in Zweden. Dat willen de onderzoekers nu gaan achterhalen. “Het identificeren van genen die verband houden met een toename of afname in de voortplanting is iets wat heel nuttig kan zijn. Niet alleen als we willen begrijpen hoe insecten met klimaatverandering omgaan, maar ook vanuit het perspectief van ongediertebestrijding.”
(Scientias/ Foto: Flickr)