UWV doet te weinig om tekort verzekeringsartsen op te lossen
DEN HAAG - Het UWV doet te weinig om het tekort aan verzekeringsartsen op te lossen. Daardoor wachten mensen vergeefs op een herkeuring en hun uitkering loopt onnodig verder, terwijl ze inmiddels misschien niet meer arbeidsongeschikt zijn.
Dat zegt Wim van Pelt, voorzitter van Novag, de vakvereniging van UWVverzekeringsartsen. Novag en UWV voerden gesprekken over de chronische achterstanden bij de uitkeringsinstantie, maar die gesprekken zijn donderdag geklapt omdat het UWV in de ogen van Novag te weinig doet om meer verzekeringsartsen in dienst te nemen en zo de achterstanden weg te werken. Novag waarschuwde anderhalf jaar geleden al dat er een stuwmeer is van 150 duizend mensen die een tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben. Zij moeten door een verzekeringsarts worden herkeurd om te beslissen of ze weer aan het werk kunnen of definitief moeten worden afgekeurd. Maar met de huidige capaciteit is het dweilen met de kraan open voor de verzekeringsartsen, zegt Van Pelt. De achterstanden leiden ertoe dat iemand die na bijvoorbeeld een rugoperatie weer aan het werk wil, onnodig in een uitkering blijft omdat er niet genoeg verzekeringsartsen zijn om hem te herkeuren. “Of iemand die echt niet kan werken, in onzekerheid blijft en bovendien financieel nadeel ondervindt, omdat arbeidsongeschikten een iets hogere uitkering krijgen als ze definitief zijn afgekeurd.” Het UWV is het niet eens met de nieuwe kritiek. De uitkeringsinstantie zegt samen met de verzekeringsartsen ‘keihard te werken’ aan het inlopen van de achterstanden. “We hebben nu 180 verzekeringsartsen in opleiding, wat een enorm aantal is”, zegt een UWV-woordvoerder. In totaal heeft het UWV achthonderd verzekeringsartsen in dienst. “Dit jaar laten we nog minimaal 25 artsen in opleiding van start gaan, wat ook noodzakelijk is om de vergrijzing in de beroepsgroep op te vangen.” Ook probeert het UWV het werk van verzekeringsartsen te verlichten door hun administratieve taken over te laten nemen door assistenten, waardoor de artsen meer tijd hebben voor hun medische taken.
Onvoldoende, vindt de Novag desondanks. “Het aantal artsen in opleiding is te weinig om de uitstroom te compenseren”, zegt Van Pelt. “Momenteel stromen er elk jaar vijftig artsen uit, niet alleen door pensionering, maar ook omdat veel jonge artsen na verloop van tijd iets anders gaan doen.” Van Pelt erkent dat het UWV sinds vorig jaar wel een slag heeft gemaakt in het werven van jonge verzekeringsartsen, maar door de geringe aanwas in de jaren ervoor blijven de problemen groot. Het Capaciteitsorgaan, de onafhankelijke stichting waarin verzekeraars, medische beroepsverenigingen en opleidingsinstituten adviseren over het aantal benodigde medici, maakte zich daar enkele maanden geleden in een rapport ook al zorgen over. Minister Asscher zei twee maanden geleden in een brief aan de Tweede Kamer nog geen aanleiding tot aanvullende maatregelen te zien. Hij voorzag voor 2018 een tekort aan verzekeringsartsen van 20 fte. Het UWV verwacht dit tekort op te kunnen lossen met de meer dan 200 verzekeringsartsen in opleiding.
(volkskrant.nl)