Theresa May wil op 29 maart beginnen aan Brexit
ENGELAND - De Britse premier Theresa May wil op 29 maart van start gaan met de Brexit. Artikel 50 van het Verdrag van Lissabon zal op die dag van kracht worden. Dat liet de Britse regering gisteren weten. De voorzitter van de Europese Raad, Donald Tusk, is op de hoogte gebracht van de plannen van May.
Een woordvoerder van de Europese Commissie laat weten dat de commissie ‘klaar’ is voor het begin van de onderhandelingen over de uittreding van Groot-Brittannië. Tusk zal zo snel mogelijk na Mays officiële aanzegging in Brussel een speciale EU-top bijeen roepen, mogelijk op 6 april. De EU-leiders zullen daar het onderhandelingsmandaat bepalen waarmee Michel Barnier, de Franse hoofdonderhandelaar namens de EUlanden, aan de slag mag.
May had al herhaaldelijk gezegd dat ze Artikel 50 eind maart van start wilde laten gaan, maar nu is dus ook een datum vastgesteld. Het is 29 maart ruim negen maanden nadat de Britse bevolking ervoor had gekozen de Europese Unie te verlaten. Het opzeggen van het lidmaatschap leidt volgens het Europese Verdrag van Lissabon (2009) tot onderhandelingen over de nieuwe relatie tussen de EU en het vertrekkende lid. Brussel heeft herhaaldelijk gezegd dat eerst de scheiding wordt uitonderhandeld, en daarna pas kan worden onderhandeld over hoe een mogelijke nieuwe relatie eruit kan zien. De Britse koningin Elizabeth II had donderdag formeel ingestemd met de wet waarmee premier Theresa May de Europese Unie wil verlaten. Enkele dagen eerder was het Britse parlement definitief akkoord gegaan met de uittreding uit de Europese Unie via artikel 50. Het was de laatste horde voor de wetgeving.
Met de formele inkennisstelling van het uittreden van Groot-Brittannië, zal het onderhandelingsproces over de scheidingsvoorwaarden beginnen. De Europese Raad stelt richtlijnen op, waarna de Europese Commissie een voorstel doet om de onderhandelingen te openen. Die mogen maximaal twee jaar duren, waarna de uittreding een feit is, ongeacht of er een akkoord is. Deze termijn kan in theorie worden verlengd, mits de 27 andere lidstaten daar unaniem mee instemmen.
Naast de uittredingsvoorwaarden vormen de toekomstige (handels)betrekkingen van het Verenigd Koninkrijk met de EU een belangrijk onderdeel van de onderhandelingen. Het akkoord dat wordt gesloten moet goedkeuring krijgen van een ruime meerderheid van de 27 lidstaten en van het Europees Parlement. Als de Britten in een later stadium opnieuw EU-lid willen worden, moeten ze het volledige toetredingspad bewandelen. (NU.nl)