Amsterdam moet 6000 bomen planten in vrijwel volle stad
AMESTERDAM - In het nieuwe Amsterdamse herplantfonds zit 2,5 miljoen euro, genoeg voor ruim zesduizend bomen. Maar waar is nog ruimte? De stad is vol, zowel boven als onder de grond. Amsterdam is een bomenstad. Altijd geweest ook. In de middeleeuwen had het stadsbestuur een zogeheten keur opgesteld, waarin stond dat degene die een van de bomen in de stad schade toebracht, de rechterhand werd afgehakt.
Daar is in de huidige gemeenteraad geen meerderheid meer voor te vinden, maar dat Amsterdam bomen nog steeds een warm hart toedraagt, bleek onder meer vorig jaar toen dezelfde raad, van links tot rechts, unaniem achter de nieuwe bomenverordening ging staan. Zoals het uitgangspunt dat voor elke boom die in de stad wordt gekapt, een nieuw exemplaar moet worden geplant. “Vooral particulieren kijken daar nog wel van op”, vertelt de hoofdstedelijke boomconsulent Hans Kaljee. “Maar ook als zij een boom in de eigen tuin willen kappen, moet daar een nieuwe boom voor terugkomen.” En ook nog eens een boom van vergelijkbare dikte, en ja, dat wordt gecontroleerd. Als er echt geen ruimte in de tuin is, mogen mensen de boom ook ergens anders in de stad planten. Als dat niet kan of lukt, is er nog een laatste optie: een storting in het nieuwe herplantfonds.
Dat fonds bestaat sinds 1 januari van dit jaar en heeft inmiddels 2,5 miljoen euro in kas. De goedgevulde groene kas stelt de gemeente voor een nieuw probleem: waar laten we al die bomen? Bij de behandeling in de gemeenteraad beloofde verantwoordelijk wethouder Abdeluheb Choho dat het herplantfonds geen spaarpot zou worden: hij zou zijn best doen om de gelden zo snel en zo goed mogelijk te besteden aan nieuw groen.
In de praktijk blijkt dat nog best lastig. Als het goed is, wordt de eerste boom uit het fonds binnenkort in de grond gezet bij het nieuwe Nationale Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium in Zuid. In de stad is het niet veel anders, met alle kabels en leidingen en de aanleg van ondergrondse metrolijnen, parkeergarages en fietskelders.
(Het Parool)