Zestien jaar geëist voor moord
PARAMARIBO – Marcelo P (19) hoorde gisteren zestien jaar gevangenisstraf tegen zich eisen voor de moord op een landgenoot op de weg naar Nassau in Sipaliwini op 27 december 2015. Hij was toen zeventien jaar oud.
Uit een onderzoek van de politie blijkt dat Marcelo P het slachtoffer uit jaloezie om een animeermeisje zou hebben vermoord door met een jachtgeweer op hem te schieten. Hij kreeg te horen dat het slachtoffer de uitlating had gedaan dat het iemand zou vermoorden. Het slachtoffer had echter geen namen genoemd. Nadat Marcelo P de daad had gepleegd, wist hij met het jachtgeweer het gebied te verlaten. Het lichaam van het slachtoffer vertoonde volgens de politie een schotverwonding aan zijn linkeronderschouder en rug.
Officier van justitie Shanta Mahadew zegt dat de verdachte op een gegeven moment na een woordenwisseling welke reeds geruime tijd vooraf met het slachtoffer had plaatsgevonden, naar een kamp is geweest. Marcelo P nam een mes waarmee hij is teruggelopen om zich te verschuilen in een bosschage. Het latere slachtoffer liep samen met een ander op het pad langs het bosschage, toen de verdachte tevoorschijn kwam. Marcelo P wist zijn landgenoot te ontwapenen van een jachtgeweer. Volgens Mahadew kon de verdachte zich met het jachtgeweer terugtrekken, omdat er geen gevaar was voor zijn leven. Ze geeft aan dat gelet op de tijd tussen het lopen naar het kamp om het mes te halen en de terugweg om zich te verschuilen en zich te bemachtigen met het jachtgeweer, de verdachte voldoende gelegenheid had om zich te beraden. De officier vindt dat er geen directe aanleiding bestond voor het schieten en er aldus niet is geschoten in een opwelling. Naar haar mening is het slachtoffer na kalm beraad en rustig overleg, aldus met voorbedachten rade doodgeschoten. De jongeman heeft verder een wapen voor handen gehad, waarvan hij geen machtiging had. Mahadew zegt dat Marcelo P het leven van het slachtoffer op gruwelijke wijze heeft beëindigd. Ze merkt op dat hij na de moord het gebied had verlaten met medeneming van het moordwapen. “Het gedrag van de verdachte getuigt van disrespect voor het leven van een ander. Deze daad is de verdachte ten volle aan te rekenen. Moord behoort tot de meest ernstige delicten die onze rechtsorde kent; het recht op leven tot de sterkste rechten waarvoor dezelfde rechtsorde opkomt”, aldus Mahadew. Op 24 april houdt raadsvrouw Georgette Leter haar pleidooi.
WJ