Marine Le Pen in opspraak na uitspraken over Jodenvervolging
FRANKRIJK - De Franse presidentskandidaat Marine Le Pen heeft een golf van kritiek over zich heen gekregen na een interview met de Franse pers. Ze zei daarin dat de Franse staat niet verantwoordelijk was voor de massale arrestatie van Joden in de Tweede Wereldoorlog.
Le Pen doelde op de arrestatie van vele duizenden Joden in Parijs op 16 juli 1942. De razzia’s werden uitgevoerd door de Franse politie in opdracht van de nazi’s.
Maar volgens Le Pen is de Franse staat niet verantwoordelijk voor ‘Vel d’Hiv’, een verwijzing naar het Vélodrome d’Hiver (het winterstadion), waar veel Joden werden vastgehouden. “Ik denk, in het algemeen, dat als er mensen verantwoordelijk waren, dat het dan de mensen zijn die destijds aan de macht waren. Dat was niet Frankrijk”, aldus Le Pen. “We hebben onze kinderen geleerd dat ze alle reden hebben om kritiek te hebben op Frankrijk, om alleen de zwartste aspecten te zien. Ik wil dat ze weer trots op Frankrijk zijn.”
Die opmerking kwam haar op veel kritiek te staan. Niet alleen van andere presidentskandidaten, maar ook van een Joodse belangenorganisatie en het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. De ochtend van 16 juni 1942 wordt door historici beschouwd als een zwarte bladzijde in de moderne geschiedenis van Frankrijk. Onder leiding van de Gestapo voerde de Franse politie in Parijs een enorme razzia uit, waarbij bijna 15.000 joden werden opgepakt.
Voordat de slachtoffers naar Auschwitz werden afgevoerd, verbleven ze eerst wekenlang onder erbarmelijke omstandigheden in Franse interneringskampen. Pas in 1995 bood president Chirac namens de regering officieel excuses aan voor de Franse rol in deze massadeportatie.
De razzia’s werden de afgelopen jaren in meerdere boeken en films aan de kaak gesteld, zoals Haar naam was Sarah en La Rafle (met Jean Reno).
(NU.nl)