Bolt wil niet te snel oordelen over Carter

ATLETIEK - Usain Bolt heeft zijn landgenoot Nesta Carter nog niet gesproken sinds hij één van zijn negen gouden olympische medailles, gewonnen met Jamaica op de 4x100 meter estafette in Peking in 2008, heeft moeten inleveren.

Carter bleek bij hertesten van de bloed- en urinemonsters verboden middelen te hebben gebruikt. Dat kwam in januari uit, waarop het internationaal olympisch comité (IOC) besloot om de gehele ploeg de medaille af te nemen. “Uiteraard ben ik niet blij dat iemand uit ons team doping heeft gebruikt”, zegt Bolt in een interview met de BBC “Maar ik heb Nesta niet gezien sinds het uitkwam en hem nog niet kunnen vragen wat er gebeurd is. Ik ben ongelukkig over het feit dat ik een medaille heb moeten inleveren, maar ik kan niet boos zijn op iemand zonder dat die persoon me uitleg heeft kunnen geven.”

Bolt, die in augustus op het WK in Londen afscheid neemt, laat zijn voorbereiding op zijn laatste seizoen er dan ook niet door beïnvloeden.

“Ik kan het ook niet veranderen. Ik kan alleen doorgaan met mijn sport, getest worden en bewijzen dat ik schoon ben in de wetenschap dat bedriegers gepakt worden.”

Carter kondigde na de straf aan dat hij bij het internationaal sporttribunaal CAS in beroep gaat tegen het besluit van het IOC. Bolt wilde niet op dat vonnis wachten en besloot één van zijn negen gouden olympische medailles direct af te staan. De 31-jarige Carter maakte begin februari zijn rentree na een afwezigheid van anderhalf jaar. Mede door blessures deed hij in de zomer van 2015 voor het laatst mee aan een wedstrijd. (NS)