Motief moord en zelfmoord…
Volgens hem kan de twijfel die in de samenleving bestaat dat er sprake zou zijn van een liquidatie helemaal achterwege worden gelaten. Vanwege het technische onderzoek en het aangetroffen sporenbeeld is er duidelijk sprake van moord gevolgd door zelfmoord. Cederboom legt uit dat de Forensische Opsporing in tegenstelling tot de tactische recherche werkt met sporen op de plaats delict. “We hebben aan de hand van het sporenbeeld een reconstructie kunnen maken van wat daar mogelijk is gebeurd. Bij ons onderzoek proberen we zoveel mogelijk objectief te construeren wat er is gebeurd. Het gebeurt dat soms zaken verplaatst worden door slachtoffers, familieleden en de Spoedeisende Hulp. Men verzuimt dat aan te geven. Op basis daarvan kunnen soms andere conclusies getrokken worden.” Cederboom zegt dat de werkwijze is dat als er eenmaal tot het onderzoek is gekomen, een voorlopige hypothese gemaakt wordt van wat gebeurd kan zijn aan de hand van het aangetroffen sporenbeeld. “We gaan in overleg met de tactische recherche en aan de hand van getuigenverklaringen en andere zaken na of de voorlopige hypothese op waarheid berust. Aan de hand van het sporenbeeld en het resultaat van eventuele secties en andere zaken, komen we uiteindelijk tot een eindconclusie en aan de hand daarvan kan je zeggen dat je invulling hebt gegeven aan zaken.” WJ