Hooghart voelt zich overgeslagen door procureur-generaal
PARAMARIBO Vakbondsman en parlementariër Ronald Hooghart (NDP) heeft sterk het vermoeden dat er met een etnische bril wordt gekeken naar het verstrekken van vuurwapenvergunningen. Hij heeft in De Nationale Assemblee openlijk gesproken over Hindostanen die bevoorrecht worden. Hij wil concrete antwoorden van de procureur-generaal hierover. “Ik ben in een wapenwinkel gegaan om te kijken. Daar waren meer dan twaalf mannen van een bepaalde etnische groep. Ze hadden allemaal een vergunning, maar ik kan niet krijgen”, zegt Hooghart tegenover de krant. Volgens hem probeert hij sinds 1998 om een vergunning voor een jachtgeweer en een vuistvuurwapen te krijgen.
“Wat ik zeg, is publieksgeheim, maar niemand durft het te zeggen. Als je een Hindostaan zet op een ministerie wordt het Calcutta. Als je een javaan zet, wordt het een dessa. Alleen die negers hebben de neiging om iedereen om zich heen mee te pakken, omdat hen dat is geleerd.”
Aan procureur-generaal Roy Baidjnath Panday heeft hij een boze brief gestuurd, waarin hij ook het functioneren van het Openbaar Ministerie aan de kaak stelt. Volgens Hooghart wordt hij door een politie-inspecteur bedreigd en geïntimideerd. Op een stuk land van de familie heeft Hooghart een huis neergezet, maar die politieagent claimt het terrein als zijn eigendom en heeft zelfs een muur laten optrekken rondom het huis.
Ook is de inspecteur op zijn kantoor geweest om bedreigingen te uiten. Er is reeds aangifte gegaan op politiepost Derde Rijweg en de afdeling Onderzoek Politionele Zaken, maar resultaten blijven uit. “Die politieman bedreigt je met het leven. Niets gebeurt en je huis staat daar nu te verrotten.”
Verder ligt Hooghart overhoop met iemand die hij een schurk zou hebben genoemd en daarvoor zijn verontschuldigingen moet aanbieden. “Van ons geld daar is door een samenloop van omstandigheden op het CLO-project zeker SRD 45.000 gegaan in handen van een derde. Ik heb die man een schurk genoemd en ik ben veroordeeld. Daar is iets niet correct, want ik ben nooit gehoord om te bevestigen wat ik heb gezegd.”