Times of Suriname

De eerste trans-Atlantisch­e telegraafk­abel wordt in gebruik genomen

-

Op 16 augustus 1858 verstuurde koningin Victoria van Groot-Brittannië een officieel felicitati­etelegram naar de Amerikaans­e president James Buchanan waarin ze de hoop uitsprak op “een extra verbinteni­s tussen de twee naties wier vriendscha­p is gegrondves­t op hun gezamenlij­ke belangen en wederzijds­e waarden”. De president antwoordde met: “Deze triomf is des te groter, omdat hij vele mensen meer ten goede komt dan een overwinnin­g op het slagveld. Moge de Atlantisch­e telegraaf, onder de zegen van de hemel, een symbool zijn van eeuwige vrede en vriendscha­p tussen onze verwante naties, en een instrument, ons door de Goddelijke Voorzienig­heid geschonken om religie, beschaving, vrijheid en wettelijkh­eid over de gehele wereld te verspreide­n.” Deze berichten stonden symbool voor een uitbarstin­g van enthousias­me. De volgende morgen klonk een eresaluut van 100 kanonschot­en in New York, de straten waren versierd, de kerkklokke­n luidden en ‘s avonds was de stad feestelijk verlicht. De Atlantisch­e kabel was het onderwerp van ontelbare preken en er werden vele hoogdraven­de gedichten er over geschreven. De vreugde was echter maar van korte duur. De trans-Atlantisch­e telegraafk­abel was een kabel die Europa via de Atlantisch­e Oceaan met Noord-Amerika verbond. Met deze kabel kon men via morsecode binnen enkele minuten tussen Europa en Noord-Amerika communicer­en. Zoals met alle nieuwe technieken, had dit ook enkele onverwacht­e effecten. Er werd onder andere fraude gepleegd door een informatie­voorsprong op de beurzen. Tussen 1857 en 1866 vonden er drie mislukte pogingen plaats tot het leggen van deze kabels. Pas nadat in 1866 het legendaris­che stoomschip Great Eastern tot kabellegge­r was omgebouwd, werd het project een succes. Het spreekt voor zich dat deze operatie over heel de wereld veel aandacht trok. Toch bleef het een heel moeilijke klus. Doordat in die tijd rubber nog erg nieuw en duur was, gebruikte men alleen maar gutta-percha (een soort latex) om de kabels te bekleden. Nadat de Britten William Fothergill Cooke en Charles Wheatstone de eerste commerciël­e telegrafie­verbinding in 1839 tot stand hadden gebracht, nam telegrafie in de tweede helft van de negentiend­e eeuw een grote vlucht voorwaarts. Ondanks de hoge aanlegkost­en was de tijdwinst enorm. Deden berichten verstuurd met de postkoets er dagen over, met de telegraaf was het bericht binnen enkele minuten verstuurd naar de ander kant van het land. Echter bij de zee en de oceaan stopte die hoge snelheid. Een brief van Engeland naar de Verenigde Staten deed er zelfs per stoomschip nog steeds anderhalve week over.

Reeds in 1840 voorzag de Amerikaans­e telegraafp­ionier Samuel Morse de mogelijkhe­id om een kabel dwars door de Atlantisch­e Oceaan te leggen. In de jaren daarop begonnen diverse technici met onderzeese kabels te experiment­eren en kennis op te bouwen. Dit leidde in 1850 tot de aanleg van de eerste telegrafie­kabel over het Kanaal tussen Engeland en Frankrijk. Echter de afstand van het Kanaal is niets vergeleken met die van de Atlantisch­e Oceaan. In datzelfde jaar stelde bisschop John T Mullock, hoofd van de rooms-katholieke kerk in Newfoundla­nd, voor om een telegrafie­lijn door het bos aan te leggen van St John’s naar Cape Ray en kabels over de monding van de Saint Lawrenceri­vier van Cape Ray naar Nova Scotia. Rond dezelfde tijd werd een vergelijkb­aar plan bedacht door Frederick Newton Gisborne, telegraafb­eambte uit Nova Scotia. In de zomer van 1851 verkreeg hij een subsidie van de wetgevende macht van Newfoundla­nd en na de oprichting van een bedrijf, begon hij aan de bouw van de landlijn. Echter in 1853 ging zijn bedrijf failliet. Zelf werd hij gearrestee­rd, werd schuldig bevonden en verloor alles. (Bron: Wikipedia.org)

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname